Met de komst van de vervanger van de VAR per 1 mei aanstaande heeft de staatssecretaris van Financiën, Eric Wiebes, een besluit gepubliceerd dat het toepassingsbereik van een aantal fictieve dienstbetrekkingen en van de artiestenregeling aanpast.
Ingevolge de Wet deregulering beoordeling arbeidsrelaties wordt de Verklaring arbeidsrelatie (VAR) afgeschaft. De deregulering van de beoordeling van arbeidsrelaties brengt mee dat voortaan op een andere wijze zekerheid wordt geboden over de kwalificatie van een arbeidsrelatie en de gevolgen die daaraan verbonden zijn voor de plicht tot het afdragen of voldoen van loonheffingen.
In verband met de deregulering van de beoordeling van arbeidsrelaties is het noodzakelijk en wenselijk om het toepassingsbereik van een aantal fictieve dienstbetrekkingen en van de zogenoemde artiestenregeling aan te passen.
Fictieve dienstbetrekking
Een fictieve dienstbetrekking is een wettelijk aangewezen arbeidsverhouding die – zonder dat er sprake is van een echte dienstbetrekking (een arbeidsovereenkomst of een ambtelijke aanstelling) – toch onder de inhoudingsplicht voor de loonbelasting en premie voor de volksverzekeringen of onder de premie- en verzekeringsplicht van de werknemersverzekeringen valt. Twee fictieve dienstbetrekkingen waarvoor wijziging noodzakelijk is, zijn de fictieve dienstbetrekkingen voor de zogenoemde gelijkgestelden en voor de zogenoemde thuiswerkers.
Met de aanpassing van de fictieve dienstbetrekking voor de thuiswerkers en de fictieve dienstbetrekking voor de gelijkgestelden wordt geregeld dat deze fictieve dienstbetrekkingen niet van toepassing zijn indien de werkzaamheden worden verricht op basis van een voor de aanvang van de betaling van de beloning gesloten schriftelijke overeenkomst waaruit blijkt dat het de bedoeling is van beide partijen dat deze fictieve dienstbetrekkingen niet van toepassing zijn. Indien een dergelijke bepaling in de genoemde overeenkomst is opgenomen hoeft de Belastingdienst in voorkomende gevallen nog uitsluitend te beoordelen of de arbeidsverhouding kwalificeert als echte dienstbetrekking of als een andere fictieve dienstbetrekking dan de fictieve dienstbetrekking voor thuiswerkers en gelijkgestelden.
Artiestenregeling
Naast de aanpassing van deze twee fictieve dienstbetrekkingen is ook een wijziging van de artiestenregeling uit de Wet op de loonbelasting 1964 aangekondigd. Deze artiestenregeling uit de Wet LB 1964 is voor de toepassing van de loonbelasting en premie voor de volksverzekeringen geen fictieve dienstbetrekking, maar heeft materieel hetzelfde effect: indien deze regeling van toepassing is geldt een inhoudingsplicht voor de loonbelasting en premie voor de volksverzekeringen, zij het met onder meer afwijkende tarieven en grondslagen. In de regelgeving met betrekking tot de werknemersverzekeringen is deze regeling wel vormgegeven als een fictieve dienstbetrekking voor artiesten. Het is wenselijk dat de regelgeving voor de werknemersverzekeringen en de fiscale regelgeving waar mogelijk op elkaar aansluiten.
Met de aanpassing van de artiestenregeling van de Wet LB 1964 en de fictieve dienstbetrekking voor artiesten in de regelgeving voor de werknemersverzekeringen wordt geregeld dat de artiestenregeling voor in Nederland wonende artiesten niet van toepassing is, indien er sprake is van een voor de aanvang van de betaling van de beloning gesloten schriftelijke overeenkomst waarin is opgenomen dat het de bedoeling is van partijen dat de artiestenregeling niet van toepassing is.
Het besluit treedt tegelijkertijd met de Wet deregulering beoordeling arbeidsrelaties in werking, op 1 mei aanstaande.
Geef een reactie