Staatssecretaris Vijlbrief van Financiën hoopt dat een onafhankelijke onderzoekscommissie zo snel mogelijk kan starten met een onderzoek naar de rechtsbescherming van burgers en kleine ondernemers in belastingzaken. Dat schrijft Vijlbrief in een brief aan de Tweede Kamer.
Motie
De Kamer heeft naar aanleiding van de kinderopvangtoeslagenaffaire een motie van Pieter Omtzigt aangenomen waarin wordt gevraagd onderzoek te doen naar de mogelijkheden tot verbetering van de praktische rechtsbescherming van de burger in belasting- en toeslagzaken. Vanwege de focus op de toeslagenaffaire is eerst invulling gegeven aan het deel van de motie dat ziet op de toeslagzaken, schrijft Vijlbrief. Dat heeft geresulteerd in het instellen van de Adviescommissie Uitvoering Toeslagen.
Burgers en kleine ondernemers
Nu is de tijd gekomen om uitvoering te geven aan het tweede deel van de motie door ook een onderzoek te starten naar de rechtsbescherming van burgers en kleine ondernemers in belastingzaken, schrijft Vijlbrief. In dit onderzoek zal worden gekeken naar het functioneren van de bestaande rechtsbescherming en knelpunten waar burgers en kleine ondernemers in de praktijk tegenaan lopen. De staatssecretaris streeft ernaar drie tot vier onafhankelijke experts te benoemen als leden van de adviescommissie. Daarbij wordt gezocht naar een mix van juridische en gedragswetenschappelijke kennis en ervaring. Gezien de maatschappelijke urgentie zal de staatssecretaris de adviescommissie vragen om zo snel mogelijk met onderzoeksresultaten en aanbevelingen te komen.
Deelvragen
De adviesaanvraag voor de commissie is opgesplitst in drie deelvragen, meldt Vijlbrief:
1. Hoe is de bestaande rechtsbescherming geregeld en tegen welke hindernissen lopen burgers en kleine ondernemers aan in de praktijk? Om de praktijksituatie zo goed mogelijk in kaart te brengen hecht ik waarde aan een onderzoek naar de bestaande, praktische rechtsbescherming voor burgers en kleine ondernemers. Zijn de burger en de kleine ondernemer op de hoogte van de mogelijkheden die de rechtsbescherming hen biedt in de praktijk en in hoeverre maken zij daar gebruik van? Hoe worden zij binnen de kaders van de bestaande praktische rechtsbescherming benaderd? Ook dienen de klachten en bezwaren uit de maatschappij te worden geanalyseerd. Waar lopen burgers en kleine ondernemers op dit moment tegen aan? Onder andere de Nationale Ombudsman en Sociaal Werk Nederland kunnen hierin inzicht bieden. Daarnaast wordt in gesprek gegaan met een afvaardiging van medewerkers van de Belastingdienst, met burgers en kleine ondernemers en met klokkenluiders.
2. Welke aanbevelingen ter verbetering van de bestaande (praktische) rechtsbescherming doen de leden van de onafhankelijke adviescommissie n.a.v. bovenstaande resultaten? Hierbij kan gedacht worden aan een breed palet aan aanbevelingen om de praktische rechtsbescherming in de uitvoering en in de communicatie te verbeteren. Hoewel het niet het primaire doel is van het onderzoek, sluit ik wijzigingen in wet- en regelgeving op voorhand niet uit.
3. Welke procesverbeteringen zijn mogelijk om de rechtsbescherming van de burger en kleine ondernemers zo goed mogelijk te waarborgen? Ik vraag de adviescommissie ook onderzoek te doen naar de mogelijkheden en meerwaarde van een onafhankelijk orgaan voor kwaliteitstoezicht in belastingzaken waarmee de kwaliteit binnen de Belastingdienst wordt gewaarborgd. Daarnaast wordt gevraagd te kijken naar andere soorten kwaliteitscontrole bij de uitvoering in de praktijk. Ook wil ik laten onderzoeken hoe de praktische rechtsbescherming in andere landen is vormgegeven. Hierbij wil ik aandacht vragen voor landen die een onafhankelijk controleorgaan hebben dat toezicht houdt op de belastingdienst, zoals de Amerikaanse “Tax Advocate”, of een vergelijkbaar orgaan.
Geef een reactie