Vanwege de ongunstige economische ontwikkelingen als gevolg van de coronacrisis komt het voor dat lessors en verhuurders een tegemoetkoming doen aan lessees en huurders door huurbedragen tijdelijk te verlagen of uitstel van betaling te verlenen. Daar waar leasebedragen tijdelijk worden verlaagd, komt de vraag op hoe deze verlaging in de jaarrekening moet worden verwerkt.
De Richtlijnen gaan niet specifiek op deze situatie in. De Raad voor de Jaarverslaggeving wil bij operationele leases en bij financiële leases uitsluitend voor de lessee toestaan om deze verlaging toe te rekenen aan de periode waarop de verlaging betrekking heeft. De RJ stelt voor een dergelijke verwerking op te nemen in nieuwe alinea’s 206a en 211a (voor lessees), en 313a (voor lessors) van hoofdstuk 292 ‘Leasing’. Voor micro- en kleine rechtspersonen wordt een overeenkomstig voorstel gedaan voor nieuwe alinea’s 107a en 111a in hoofdstuk B11 ‘Leasing’. Bij financiële leases wordt voor lessors in alinea 309a voorgesteld dat de vermindering van de leasevordering direct in de winst-en-verliesrekening wordt verwerkt.
Download uiting
De RJ nodigt uit tot het inzenden van reacties en commentaren op de RJ-Uitingen. Stuur een e-mail naar: secretariaat@rjnet.nl
Bron: RJ
Geef een reactie