Bas Weber van PwC ziet bedreigingen voor de bouw in Nederland. Maar de vraag is niet weggevallen. Dat constateert hij in vakblad Cobouw naar aanleiding van de jaarlijkse Bouw-top 50 van PwC.
Opborrelend pessimisme
2019 was een topjaar voor de Nederlandse bouw. Hoe anders is 2020 tot nu toe verlopen. Van uitpuilende orderportefeuilles naar zorgen over stikstof, PFAS en corona. De opperbeste stemming van vorig jaar heeft plaatsgemaakt voor opborrelend pessimisme. Wanhopen hoeft de sector echter niet, vindt Bas Weber van PwC, hoofd van de sectorgroep bouw van accountants- en adviesbureau PwC. 2019 was een topjaar, constateert hij in een interview met Cobouw. ‘In alle opzichten. Het rendement op omzet, de liquiditeitspositie, de orderboeken; het is allemaal verbeterd. En de orderportefeuilles zaten niet alleen voller, er zaten ook minder risico’s in. De vraag in de markt was torenhoog. Of je nou in de woningbouw, utiliteitsbouw, installatietechniek of infra werkzaam was, overal zag je een opgaande trend. Iedereen in de bouw heeft geprofiteerd. De mindset was bijzonder positief. De investeringsbereidheid groot.’
2020 niet slecht
Weber verwacht dat de cijfers over 2020 op zich niet heel slecht zullen zijn. Een aantal bedrijven heeft zich bij de presentatie van de halfjaarcijfers ook niet heel negatief uitgelaten over de eerste zes maanden. Het is nog te bezien of de impact van corona en stikstof dit jaar al in de cijfers te zien zullen zijn. ‘De bouw heeft behoorlijk door kunnen werken, maar de onzekerheid is uiteraard bij iedereen groot. De zorgen zijn ook wel terecht, denk ik. 2020 kan cijfermatig dan uiteindelijk wel goed eindigen, ik zie wel degelijk bedreigingen. Voor 2021 en 2022 doemen donkere wolken op. Ze hangen al een beetje boven de sector. Dus wat dat betreft snap ik de uitlatingen van de topmannen wel.’
Bedreigingen
Als de noodsteun wegvalt zou het aantal faillissementen snel kunnen oplopen, denkt Weber, ook door problemen bij toeleveranciers. Aan de andere kant blijft de vraag naar nieuwe woningen groot. Bovendien zorgt de noodzakelijke energietransitie voor werk. Bouwers hebben nog een wereld aan mogelijkheden om daar in te stappen. En wat te denken van het ombouwen van leegstaande hotels tot appartementen. Voor de infrasector geldt op zijn beurt dat ze hulp krijgt van de overheid. Weber: ‘De situatie bij toeleveranciers is wat dat betreft echt anders. Bij hen speelt mee dat ze veel met buitenlandse werknemers werken en te maken hebben met import van materialen. Dat kan door Covid-19 in de knel komen. Dit voorjaar waren bijvoorbeeld leveranties vanuit Italië niet meer mogelijk. Als je daarvan afhankelijk bent, loopt je bedrijfsvoering al snel risico.’
Lees hier het artikel in Cobouw (registratie verplicht).
Dit is de Bouw Top 10 volgens PwC:
2019 (x€1000) | 2018 (x€1000) | Groei (%) | |||
1 | 1 | Koninklijke BAM Groep | 7.209.089 | 7.207.751 | 0,02 |
2 | 2 | VolkerWessels | 6.642.000 | 5.924.000 | 12,12 |
3 | 3 | Koninklijke Boskalis | 2.644.600 | 2.569.549 | 2,92 |
4 | 5 | Strukton | 1.855.231 | 1.779.117 | 4,28 |
5 | 6 | TBI Holdings | 1.849.982 | 1.772.914 | 4,35 |
6 | 4 | Van Oord | 1.643.767 | 1.876.000 | -12,38 |
7 | 7 | Heijmans | 1.600.235 | 1.579.132 | 1,34 |
8 | 8 | Dura Vermeer | 1.504.245 | 1.337.478 | 12,47 |
9 | 9 | Van Wijnen Groep | 954.012 | 982.405 | -2,89 |
10 | 10 | Ten Brinke Group | 903.835 | 806.457 | 12,07 |
Geef een reactie