Meerjarenramingen in de begrotingen van ministeries zijn soms gebaseerd op onjuiste of gedateerde veronderstellingen. Het parlement krijgt daardoor onvoldoende zicht op hoeveel geld er nodig is om bestaand beleid uit te voeren. Ook is onduidelijk hoeveel geld er op korte en lange termijn beschikbaar is voor eventuele alternatieve bestedingen binnen de begrotingen. Dat concludeert de Algemene Rekenkamer aan de hand van vijf casussen die zijn onderzocht. Die situatie maakt het voor het parlement lastig om met het kabinet het debat aan te gaan over de hoogte van de bedragen in de begroting en bemoeilijkt volgens de Algemene Rekenkamer de uitoefening van het parlementaire budgetrecht.
Het parlement krijgt van het kabinet onvoldoende informatie over de consequenties van te krappe of te ruime ramingen, concludeert de Rekenkamer. Ook heeft het parlement weinig inzicht in de aannames die ministeries hanteren om hun ramingen passend te maken aan budgettaire afspraken.
Veronderstellingen en gegevens gedateerd of onjuist
Bij het berekenen van meerjarenramingen gaan ministeries uit van veronderstellingen. Maar die zijn niet altijd actueel. Zo bleek dat de raming van het Ministerie van OCW voor de bekostiging van universiteiten was gebaseerd op tijdschrijfgegevens onder universitair medewerkers uit 1984. Ook de gegevens die het Ministerie van JenV gebruikt over bekostiging van de rechtspraak zijn dermate verouderd dat de voorspelling die uit het model kwam al geruime tijd niet bruikbaar wordt geacht voor de ramingen.
Ministeries baseren zich bij ramingen ook op onjuiste veronderstellingen. Ook dat kan leiden tot verkeerde ramingen. Zo wordt door het Ministerie van IenW uitgesteld onderhoud niet betrokken bij de meerjarige budgetbehoefte voor beheer en onderhoud van het hoofdvaarwegennet. Uitgesteld onderhoud van bijvoorbeeld bruggen en sluizen moet wel een keer worden ingehaald, maar omdat het niet werd betrokken bij het inschatten van onderhoudskosten werd er stelselmatig te laag geraamd. De Algemene Rekenkamer signaleerde in 2019 dat dit een risico vormde voor de doelmatige instandhouding van het hoofdvaarwegennet.
Aanbevelingen aan parlement en minister van Financiën
De Algemene Rekenkamer beveelt het parlement aan om aan ministers vaker gerichte vragen te stellen over aannames en onderbouwing van meerjarenramingen en jaarlijks een raming binnen de begroting nader te onderzoeken. Om de kwaliteit van meerjarenramingen te verbeteren en beter zicht te bieden op begrotingsruimte doet de Algemene Rekenkamer de aanbeveling aan de minister van Financiën aan om duidelijker eisen te formuleren voor het opstellen en onderhouden van meerjarenramingen door ministeries en periodiek na te gaan of aannames nog actueel zijn.
Rapport Ruimte in de ramingen Meerjarenramingen onderzocht (pdf)
J.N. Weezenberg zegt
Ooit op de HBS hadden we het vak Staathuishoudkunde.
Je had toen ook het Instituut voor Bestudering Overheidsuitgaven o.l.v. Dr Drees jr
In allerlei Management opleidingen kun je financieel management studeren.
Zie websites Nijenrode, Erasmus Business School e. a.
Audit Dienst Rijk kan ook helpen.
Verder is er het handboek kascommissies, basiskennis voor bestuurders.
Tweede Kamer adviseren vaker vragen te stellen is zinloos, want de antwoorden zijn dikwijls nietszegend of erger.
Misschien zinnig om een paar CFO`s uit te nodigen eens een adviesje te geven en een flinke verzameling SPD`ers aan het werk te zetten.
Ook wat adviezen van de adviesafdelingen van de Big 4 e.v. erbij.
Dan meteen de informatiehuishoudingen op orde krijgen.