Een van de grootste boekhoudschandalen in de Belgische geschiedenis lijkt na twintig jaar tot een afronding te komen: de top van het in 2001 omgevallen techbedrijf Lernout & Hauspie moet gedupeerde beleggers meer dan € 650 miljoen betalen, heeft het hof van beroep in Gent bepaald.
Het Belgische bedrijf Lernout & Hauspie stortte zich in de jaren negentig vol op spraaktechnologie. Toen een business met een gouden toekomst, want anno 2021 is spraakgestuurde software onderdeel geworden van het dagelijks leven. L&H verkreeg een notering aan de Amerikaanse techbeurs Nasdaq en wist Microsoft zo ver te krijgen een samenwerking te starten. De bomen groeiden tot in de hemel; tegen de eeuwwisseling noteerde L&H een beurswaarde van 10 miljard dollar.
Koersval
Maar de zes bestuurders, onder wie oprichters Jo Lernout en Pol Hauspie, overspeelden hun hand. In 2000 berichtte The Wall Street Journal over gerommel met de boekhouding, met name op het punt van de Aziatische cijfers. De Amerikaanse toezichthouder nam de verhalen serieus en begon een onderzoek, wat veel beleggers bewoog tot het afstoten van hun aandelen. De beurswaarde daalde in rap tempo en na het onderzoeksrapport van de beurswaakhond – onder meer over te hoog opgegeven winsten in Korea – werd de handel in het aandeel geschorst. Eind 2001 ging het bedrijf failliet.
KPMG trof geen blaam
Controlerend accountant KPMG werd in de jarenlange juridische procedure die volgde, vrijgesproken en kreeg zelfs een symbolische schadevergoeding van een euro. Maar oprichters Lernout en Hauspie werden, samen met vier andere bestuurders, in 2010 (en in hoger beroep in 2011) al schuldig bevonden aan boekhoudfraude en koersmanipulatie. Beiden kregen in 2010 vijf jaar cel, waarvan twee voorwaardelijk, en een boete van € 24.789 euro.
Kans op vergoeding nihil
Wat nu precies de schadevergoedingen waren die ze moesten betalen, was nog niet duidelijk. De behandeling van die zogeheten burgerlijke vorderingen was in 2008 voor onbepaalde tijd uitgesteld. In totaal hebben zich 21.080 personen gemeld. Gedurende het proces, dat dus dertien jaar in beslag nam, haakten duizenden mensen af. Uiteindelijk bleven er nog 9.299 gedupeerden met een vordering over. Van die groep zagen er 4.893 hun vordering afgewezen worden; een groot deel daarvan greep mis omdat de eis na een tussenarrest niet was aangepast aan de bepalingen die de rechter toen had meegegeven. Het hof vermoedt dat veel mensen de kans nihil achten dat ze nog een deel van hun schade vergoed kunnen krijgen.
Van de 4.336 gegrond verklaarde vorderingen is de grootste van de curator van Lernout & Hauspie. De voormalig bestuurders worden hoofdelijk veroordeeld tot betaling van ruim € 608 miljoen, oftewel de omvang van de passiva van het failliete bedrijf. De overige door een advocaat bijgestane schuldeisers krijgen nog eens bijna € 36 miljoen toegewezen; inclusief vergoedingen voor overige eisers schat de rechter de schadevergoeding op € 655 miljoen.
De inmiddels berooide oprichters zullen het schadebedrag niet kunnen ophoesten, reden waarom veel schuldeisers eerder hadden gehoopt op een schuldigverklaring van KPMG, omdat die wel de financiële middelen zou hebben gehad om een vergoeding te betalen.
Geef een reactie