Dat laat de accountant weten aan NRC. Die dook in de casus van de teststraataanbieder die in 2021 miljoenen opstreek dankzij sterk opgehoogde facturen. Dat jaar is er nog volop sprake van een coronacrisis, maar het sociale leven is in gecontroleerde mate op gang gekomen: met een negatieve test krijg je een QR-code die de deuren van het uitgaansleven opent. Ondernemers zien in het Testen voor Toegang-fenomeen een mooi verdienmodel. Er is onder meer een locatie in Drachten, waar op vrijdag 1 oktober een menigte Friezen klaarstaat om zich te laten testen. Maar de twee medewerkers kunnen de toeloop niet aan en moeten de locatie sluiten.
Geen twee, maar tien medewerkers
Later dient de testaanbieder, een samenwerking van drie BV’s uit de Randstad, via de Stichting Open Nederland (SON) de facturen in bij de overheid: er worden niet twee, maar tien medewerkers berekend, plus 19 mensen die tegen betaling stand-by waren. En zo ging het vaker, schrijft NRC. Zes maanden testen leverde de drie BV’s gezamenlijk ruim € 18 miljoen op. Er is voor ruim € 4 miljoen aan facturen ingediend voor werknemers die in werkelijkheid niet aan het werk of oproepbaar waren.
Bovendien leek training en opleiding bijzaak: bij een steekproef van Stichting Open Nederland blijkt dat voor geen van de 75 onderzochte facturen kan worden aangetoond dat medewerkers zijn opgeleid. Met een schriftelijke verklaring van een toezichthoudend huisarts neemt de stichting uiteindelijk genoegen.
Overleg op kantoor accountant
Volgens de facturen die worden ingediend, zijn alle teststraten altijd volledig bemenst. Maar in werkelijkheid zijn er geregeld locaties leeg. Omdat er minder mensen worden ingehuurd dan in rekening wordt gebracht, gaan de ondernemers hem na verloop van tijd knijpen. Eind 2021 overleggen ze in Almere met hun accountant. Het plan is om het uitzendbureau valse facturen op te laten stellen waaruit blijkt dat mensen stand-by hebben gestaan. Maar niet iedereen is het daarmee eens, onder wie de betrokken huisarts. “Ik wil de uren aanleveren zoals ze zijn. “Als [dat] betekent dat we een deel van het geld moeten terugbetalen, dan zou ik daarmee kunnen leven.” Ze distantieert zich van het plan.
Ook een van de bv-eigenaren ziet het niet zitten, maar de accountant raadt hem af ‘slapende honden wakker te maken’. “Dan denk ik dat je een deur opent, waarvan ik niet meer weet waar die eindigt.” De accountant wil zelf alle verantwoordingsstukken bij SON indienen. Bovendien is er angst voor twee compagnons die het risico dat miljoenen moeten worden terugbetaald nooit zouden accepteren. “Je staat met je rug tegen de muur”, laat de accountant volgens een geluidsopname die NRC bezit, aan de weigerachtige teststraatpartner weten.
Geen tijd voor beroep
De onmin tussen de zakenpartners leidt tot een rechtszaak, maar de accountant moet ook op het matje komen: hij wordt door de Accountantskamer berispt voor zijn rol in de zaak: hij had kritischer moeten zijn rond de stand-by-uren en moeten onderzoeken of die ook zijn uitbetaald aan stand-by-personeel. Tegenover de krant laat de AA weten dat die berisping onterecht is, maar hij zou uit praktische overwegingen – geen tijd, geen geld – niet in hoger beroep zijn gegaan. Hij laat verder weten dat hij niet heeft geadviseerd valse stand-by-facturen in te leveren, maar om niet in gesprek te gaan met de stichting SON omdat de mondelinge afspraak over stand-by-uren ,nooit was vastgelegd en mogelijk alsnog aanleiding zou geven voor discussie.
Geef een reactie