
In een eerder artikel op Accountancy Vanmorgen belichtte ik al de sluimerende spanningen en de rol van governance in dit dossier. Dit vervolgstuk gaat een stap verder: het verkent de alternatieven, benoemt de risico’s en bevat concrete aanbevelingen voor zowel de leden als het bestuur.
Een verdeelde beroepsgroep
De kern van het debat is verrassend eenvoudig, maar tegelijk diepgaand: doet het voorgestelde profiel recht aan de essentie van het beroep en is er voldoende draagvlak voor? De NBA verdedigt het profiel als toekomstbestendig en flexibel, met keuzevrijheid voor aankomende accountants. De tegenstanders – onder wie SRA, NOVAA, MKB-Nederland en Auxilium – maken zich zorgen over de uitholling van de AA-titel, de afname van herkenbaarheid en de gevolgen voor het marktaandeel van mkb-kantoren.
Intussen zien de Young Profs en grotere kantoren vooral voordelen: het profiel zou het beroep aantrekkelijker maken voor nieuwe generaties. Het resultaat is een patstelling, waarin beide kanten spreken in frames – de een over pluriformiteit en modernisering, de ander over verdamping en statusverlies – zonder elkaar werkelijk te raken.
Proces en perceptie
Wat de impasse verdiept, is het gevoel dat het profiel in besloten kring tot stand is gekomen. Mkb-partijen voelden zich onvoldoende gehoord. De consultaties zijn breed geweest, maar de perceptie van uitsluiting is blijven hangen. Juist dat gebrek aan transparantie voedt het wantrouwen – en dus de polarisatie.
Toch is er aan beide zijden meer overeenstemming dan soms wordt gedacht. De zorgen van het mkb zijn stevig onderbouwd met consultaties, amendementen en debatbijdragen. De voorstanders wijzen terecht op de aansluiting van het profiel bij veranderende wensen in het onderwijs en de arbeidsmarkt. De crux zit hem in het ontbreken van een verbindend perspectief.
Naar een gedeeld toekomstbeeld
Wat het beroep nodig heeft, is een profiel dat gedragen wordt door álle geledingen: van grote kantoren tot mkb-praktijken, van toezichthouders tot studenten. Een profiel dat duidelijk maakt waar het beroep voor staat – betrouwbaarheid toevoegen aan informatie – en tegelijk ruimte biedt voor specialisatie en diversiteit.
Zo’n profiel zou opgebouwd moeten zijn vanuit een heldere kern, met daaromheen modulaire opleidingsroutes die recht doen aan verschillende rollen: samenstel, audit en advies. Belangrijk is dat de certificerende bevoegdheid de norm blijft, maar niet de bottleneck vormt voor toetreding tot het beroep. Een breed participatief proces – bijvoorbeeld een Delphi-aanpak – kan helpen om dit toekomstbeeld in gezamenlijkheid vorm te geven.
Wat als we het profiel nu aannemen?
Zonder amendementen bestaat het risico op verwarring in de markt. Mkb-ondernemers en banken zijn gewend aan een helder onderscheid: een AA met certificeringsbevoegdheid. Als dat verwatert, dreigt reputatieschade – niet alleen voor individuele accountants, maar voor het hele beroep.
Een ander risico is dat de opleiding voor álle AA’s zwaarder wordt, met dalende instroom en afhakende studenten tot gevolg. Zeker adviesgerichte studenten zouden zich dan elders gaan oriënteren. Daarbij komt dat de polarisatie in stand blijft zolang er geen breed gedragen oplossing ligt. Juridische en praktische onzekerheden – over bevoegdheden, routes en implementatie – maken het geheel nog complexer.
Wat moet er dan wel gebeuren?
Als het profiel wordt aangenomen, is één ding cruciaal: communicatie. Richting ondernemers, banken en studenten moet volstrekte helderheid komen over wat het profiel betekent. Daarnaast is continue monitoring essentieel. Denk aan een dashboard met instroomcijfers, klanttevredenheid en arbeidsmarkteffecten. Op basis van die data moet het profiel jaarlijks kunnen worden bijgesteld.
De governance verdient eveneens herziening. Een onafhankelijke commissie die periodiek herijkt, met structurele inspraak van alle segmenten. Juridische borging – inclusief eventuele wetsaanpassing – is randvoorwaardelijk. En in de opleiding moet flexibiliteit leidend zijn: ruimte voor specialisatie, zonder exclusie.
Hoe voorkomen we herhaling?
De sleutel ligt in een combinatie van dialoog, data en governance. Een permanente werkgroep die divergente belangen verbindt, beslissingen onderbouwd met feiten, en een herijkte rolverdeling in raden en commissies. Ook moet het profiel aansluiten bij maatschappelijke thema’s – zoals ESG, digitalisering en ethiek – om zijn relevantie te behouden.
De beroepsidentiteit zelf verdient herijking. Niet als iets statisch, maar als iets dat communiceerbaar, herkenbaar én toekomstbestendig is.
Moet er nu gestemd worden?
De afweging is delicaat. Argumenten vóór stemmen zijn er zeker: het proces is grondig geweest, vernieuwing is nodig, en de amendementen kunnen zorgen deels wegnemen. Maar als het draagvlak onvoldoende is, als statusverlies en juridische onzekerheden niet zijn afgedekt, dan is uitstel het verstandiger pad.
Een korte pas op de plaats, in combinatie met een onafhankelijk beraad, kan juist vertrouwen herstellen en een betere uitkomst opleveren.
Advies aan de ledenvergadering
Stel het besluit uit als er twijfel is over draagvlak of juridische houdbaarheid. Gebruik die tijd om te investeren in dialoog en verduidelijking. Moet er toch gestemd worden? Zorg dan in elk geval voor garanties op het gebied van monitoring, governance en heldere communicatie.
En aan het bestuur
Erken de zorgen. Borg de kern van het beroep, versterk de governance en werk aan juridische én praktische houdbaarheid. Alleen zo ontstaat er een profiel dat niet alleen overleeft, maar ook verbindt.
Tot slot
Het beroepsprofieldebat is meer dan een beleidskwestie. Het is een lakmoesproef voor de manier waarop het beroep met verandering omgaat. Traditie en vernieuwing hoeven elkaar niet uit te sluiten – mits er ruimte is voor dialoog, adaptiviteit en gedeeld eigenaarschap.
Of, om het in eenvoud te zeggen: beter ten halve gekeerd dan ten hele gedwaald.
Jan Wietsma is mkb-bedrijfscoach, columnist voor Accountancy Vanmorgen en betrokken bij beroepsontwikkeling en governancevraagstukken binnen de accountancy.
Luister ook de podcast AV On Air over het beroepsprofiel.
Helemaal eens Jan, we lijken de PvdA wel 😉
Hoe lang wordt er nu al gezeurd over het accountantsberoep?
Waarom certificeringsbevoegdheid als je nooit controles uitvoert?
Andere beroepsgroepen hebben ook maar 1 variant.
Vervang de zinsnede: – betrouwbaarheid toevoegen aan informatie – nu een door een helder criterium: goed werk leveren. En dan altijd goed voor elke gebruiker.