De economische bijdrage van het MKB is met circa 60% nog onverminderd groot. De dynamische rol van het MKB in de vorm van de bijdrage aan de economische groei van Nederland is echter afgenomen. Dit blijkt uit onderzoek van Panteia.
Nederland heeft zich in de 20e eeuw ontwikkeld van een statische ‘managed’ economie naar een dynamische, ondernemende economie. Niet langer waren schaalvergroting en het grootbedrijf de sleutels voor welvaartsgroei en banencreatie. Door het toenemende belang van ICT en globalisering is in Nederland een andere wind gaan waaien, waarbij behoefte is aan een dynamisch en innovatief MKB. Daarnaast dwingt een dergelijk MKB het grootbedrijf om bij de les en innovatief te blijven, en kan het grootbedrijf door uitbesteding aan dit MKB flexibeler opereren en gespecialiseerde kennis en producten inkopen waardoor hun productiviteit toeneemt. Naar dit laatste fenomeen is echter nog weinig empirisch onderzoek gedaan.
Economische bijdrage van het MKB is circa 60%
De aanwezigheid van het MKB in de Nederlandse economie is groot: vrijwel alle bedrijven in Nederland hebben minder dan 250 werkzame personen. Deze MKB-bedrijven zijn goed voor circa 60% van de werkgelegenheid, omzet en bruto toegevoegde waarde. Het veel geringere aantal van circa 2.500 grootbedrijven neemt dus ongeveer de andere 40% voor hun rekening. Het grootbedrijf kent ook een hogere arbeidsproductiviteit dan het MKB.
De dynamische rol van het MKB is afgenomen
Uit het onderzoek van Panteia blijkt dat de bijdrage van het MKB aan de groei van de Nederlandse economie, ofwel de dynamische rol van het MKB in de loop der jaren is afgenomen. Alleen het aandeel in het aantal bedrijven is iets toegenomen, wat vooral het gevolg is van een snel toenemend aantal ZZP-ers. Daar waar voorheen het MKB dé banenmotor van Nederland was, is dat sinds de crisis niet langer het geval. Het verlies aan banen in het MKB komt zowel door een negatief saldo van toe- en uittreding van bedrijven, als door een krimp van werkgelegenheid bij bestaande bedrijven. Naar verwachting zal dit zich weer herstellen als de Nederlandse economie (flink) aantrekt. De bijdrage aan de groei van de bruto toegevoegde waarde en de arbeidsproductiviteit is eveneens afgenomen; (groten)deels zal dit samenhangen met het toenemende aantal ZZP-ers.
Circa de helft van het MKB speelt een innovatieve rol
De helft van het Nederlandse MKB heeft in de drie voorafgaande jaren aan 2013 ten minste één innovatie gerealiseerd, waaronder 12% een radicale innovatie en 42% een productinnovatie. Het zijn met name dit soort innovaties die volgens empirische studies leiden tot een hogere productiviteit. Ook circa de helft van het MKB investeert in innovatie in de vorm van tijd en middelen, en bijna de helft geeft aan dat voortdurend vernieuwen onderdeel is van de bedrijfsstrategie. Empirie laat zien dat R&D-activiteiten leiden tot positieve kennisspillovers; de kennisspillovers van kleinere bedrijven lijken kleiner te zijn dan die van grote bedrijven alhoewel daar erg weinig onderzoek naar is gedaan.
Geef een reactie