Als partners gezamenlijk aanspraak hebben op toeslagen, wordt de toeslag uitsluitend toegekend aan de aanvrager. Dat de (ex-)partner later niet wenst mee te betalen aan het voldoen van een toeslagschuld is een aangelegenheid tussen de aanvrager en een (ex-)partner onderling.
Dit blijkt uit de antwoorden van staatssecretaris Wiebes op vragen van het lid Bashir (SP) over het betalen van een toeslagschuld na een scheiding.
In artikel 26 van de Algemene wet inkomensafhankelijke regelingen (Awir) is bepaald dat de aanvrager de terugvordering in zijn geheel verschuldigd is. Uitgangspunt is dat als partners gezamenlijk aanspraak hebben, de toeslag uitsluitend wordt toegekend aan de aanvrager. Deze aanvrager is daarna aanspreekpunt voor de Belastingdienst, ook voor een eventuele terugvordering. De keuze voor wie aanvrager is, werkt dus hier in door.
Dat de (ex-)partner later niet wenst mee te betalen aan het voldoen van een toeslagschuld vindt Wiebes een aangelegenheid tussen de aanvrager en een (ex-)partner onderling. De staatssecretaris vindt het vervelend als zulke situaties ontstaan, maar de Belastingdienst staat daar buiten, zo schrijft hij.
Juridische middelen
Op de vraag welke middelen de aanvrager van een toeslag heeft om een ex-partner te laten bijdragen aan het oplossen van een toeslagschuld, antwoordt Wiebes: ‘De aanvrager van de toeslag is gehouden de toeslagschuld te voldoen. De (ex-)partner is op grond van de Awir hoofdelijk aansprakelijk voor de toeslagschuld, hetgeen inhoudt dat hij persoonlijk door de Belastingdienst kan worden aangesproken op het voldoen van de schuld. Deze wettelijke mogelijkheid is niet bedoeld om onderlinge verrekeningen tussen (ex-)partners recht te trekken, maar om te voorkomen dat de toeslagschuld niet volledig zou worden voldaan omdat de aanvrager onvoldoende middelen heeft, terwijl er wel voldoende middelen aanwezig zijn bij de (ex-)partner. De Belastingdienst kan dan besluiten om deze (ex-)partner aan te schrijven. Voordat de Belastingdienst echter de vordering ook daadwerkelijk kan innen bij de (ex-)partner, moet een proces van aansprakelijk stelling doorlopen worden. Dat gebeurt in de praktijk waar nodig. Als de aanvrager de schuld voldoet, komt de vordering van de Belastingdienst te vervallen en vervalt daarmee ook de hoofdelijke aansprakelijkheid van de (ex-)partner. De aanvrager heeft de juridische mogelijkheid deze betaling te verhalen op de (ex-)partner. Hiervoor kent het burgerlijk recht het zogenoemde regresrecht: het recht om terug te vorderen wat betaald is voor een ander, bij voorbeeld voor een hoofdelijke medeschuldenaar.’
beantwoording-vragen-over-het-betalen-van-een-toeslagschuld-na-een-scheiding
Geef een reactie