Het Nederlandse Quinta Capital Partners blijkt onderdeel van de Russische Troika-witwasmachine, bericht Trouw. Het op papier in Wormer gevestigde bedrijf fungeerde als vehikel voor een Russische vermogensbeheerder die honderd miljoen dollar de wereld rondstuurde.
De krant baseert zich op gegevens van de Litouwse Ukio Bank, die door onderzoekscollectief OCCRP en de Litouwse nieuwssite 15min.lt gedeeld zijn. Spil in de zogeheten Troika Laundromat is de Armeense multimiljonair Ruben Vardanyan. Zijn Troika Bank vermengde de miljoenenopbrengst van verschillende Russische fraudezaken met privévermogens van rijke Russen. Vanuit het Europees parlement wordt gepleit voor het instellen van sancties tegen Vardanyan. Die verkocht Troika in 2012 aan de door de Russische staat gecontroleerde Sberbank.
Medewerkers zaten in Moskou
Een onderdeel van de witwasmachine is Quinta in Wormer: daar gaan tientallen betalingsopdrachten de deur van de vermogensbeheerder uit, die in handen is van Vardanyan. Maar feitelijk werken de Quinta-medewerkers vanuit Moskou en zijn ze tevens werknemer van Vardanyans bank. Vier betalingsopdrachten van Quinta springen het meest in het oog: daarmee is een kleine 6 miljoen dollar overgemaakt aan de Russische cellist Sergei Roldoegin, een jeugdvriend en vermeend stroman van de Russische president Poetin.
Rol van advocaat
Op het Nederlandse adres waar Quinta tot voor kort was gevestigd, woont een medewerker van financieel en juridisch dienstverlener Briddge Legal & Finance. Zijn vrouw was directeur van Quinta. Tot 2016 was Briddge-oprichter Marc Dunnewijk de directeur en was Quinta gevestigd op het adres van Briddge in Amsterdam. Dunnewijk stelt dat Quinta een van zijn klanten is, maar wil tegenover Trouw niet op de kwestie ingaan.
Quinta is afgelopen week verhuisd naar een kantoorpand in Amsterdam. De directeur is teruggetreden; het bedrijf heeft momenteel geen bestuurders. Briddge is niet buiten schot, denkt advocaat Steef Bartman, per 1 april hoogleraar concernaansprakelijkheid aan de Universiteit Maastricht. “Als er sprake is van het bewust mede vormgeven aan witwastransacties, kan de bestuurder strafrechtelijk vervolgd worden. Maar ook aansprakelijkstelling voor de schade door bijvoorbeeld de fiscus is niet uitgesloten. Uit een recente uitspraak van de rechtbank Amsterdam volgt dat zakelijke dienstverleners en hun bestuurders niet mogen meewerken aan transacties als het doel hun daarvan onduidelijk is. Op hen rust dus een serieuze vraag- en onderzoeksplicht.”
Geef een reactie