Aan het eind van het eerste kwartaal van 2019 bedroeg de stand op de rekening-courant van akkerbouwbedrijven gemiddeld ruim 54.000 euro. Dit is ruimschoots meer dan een jaar eerder, meldt ABN Amro in een nieuwe liquiditeitsbarometer. Ook de liquiditeit van melkveebedrijven heeft zich over de eerste 3 maanden van 2019 verder verbeterd. De stand op de rekening-courant steeg gemiddeld met 10.600 euro ten opzichte van eind 2018.
Melkveehouderij
Na oktober 2018 werd de kentering in de melkveehouderij al zichtbaar, constateert ABN Amro. Ondanks de dalende melkprijs nam het saldo op de rekening-courant toe doordat de melkopbrengsten in januari door extra betalingen over het voorgaande jaar, zoals premies voor verduurzaming en weidegang, altijd hoger zijn. In vergelijking met het vorige kwartaal werd er gemiddeld minder geïnvesteerd en lagen de toegerekende kosten op een lager niveau. De gemiddelde stand op de lopende rekening komt aan het eind van het eerste kwartaal in 2019 uit op 7.000 euro. Dit is een stijging van 10.600 euro ten opzichte van de stand aan het eind van 2018, maar 10.000 euro lager dan de stand een jaar eerder. De daling op jaarbasis kwam vooral door lagere inkomsten uit melk en zuivel. De laatste maand van het eerste kwartaal stond de rekening-courant positie onder druk doordat de investeringen en de toegerekende kosten toenamen. Een deel van de extra aflossingen bestaat uit aflossing van de aankoop van fosfaatrechten waarvan de aflossing in het eerste kwartaal van 2019 is gestart.
Akkerbouw
De waarde in de akkerbouw liep vooral op door inkomsten voor de verkoop van gewassen voor gemiddeld betere prijzen als in 2018. Tevens werden er premies van RVO uitbetaald. In het eerste kwartaal van 2019 is er per saldo ruim 17.000 euro bijgeschreven op de rekening-courant. Dit is meer dan in het eerste kwartaal van 2018. Mogelijk is door de gemiddeld kleine oogst van 2018 in combinatie met hoge marktprijzen een deel van de producten vroeger afgezet dan anders, waardoor de opbrengsten van de gewassen eerder zijn gerealiseerd. De toegerekende kosten namen af. Zowel de bij- als de afschrijvingen waren in het eerste kwartaal 2019 hoger dan in de vergelijkbare periode in 2018. In de bijschrijvingen in maart 2019 is ook het effect te zien van de opbrengsten van gewassen. In deze maand werd beduidend meer ontvangen voor gewassen dan in maart in het jaar ervoor. Daartegenover stond ook dat er in maart fors werd afgelost. Mede hierdoor waren de gemiddelde afschrijvingen hoger waren dan een jaar eerder. Zowel hogere leningen als hogere aflossingen kan een indicatie zijn van de grote verschillen in liquiditeit tussen bedrijven als gevolg van de droogte in 2018. Enerzijds zijn er bedrijven met een redelijke oogst die voor hoge marktprijzen kon worden verkocht en anderzijds zijn er bedrijven met een kleine oogst met mogelijk lage contractprijzen.
Geef een reactie