De Raad van State heeft een kritisch advies uitgebracht over het wetsvoorstel excessief lenen bij eigen vennootschap. Toch is het wetsvoorstel dat staatssecretaris Vijlbrief deze week naar de Tweede Kamer stuurde naar aanleiding van de kritiek maar op een paar kleine punten aangepast.
Advies RvS
De RvS vindt het begrijpelijk dat de regering zoekt naar een meer gelijke fiscale behandeling van aanmerkelijkbelanghouders en ondernemers voor de inkomstenbelasting, in het bijzonder voor de mogelijkheid van langdurig uitstel van belastingheffing. Desondanks zou het voorstel wat het adviesorgaan betreft niet bij de Tweede Kamer moeten worden ingediend, tenzij het is aangepast. Daarvoor noemt de Raad van State drie redenen:
- Het is van belang dat eerst de resultaten bekend zijn van een het bouwstenenonderzoek naar belastingheffing van de aanmerkelijkbelanghouder. Die resultaten horen meegenomen te worden.
- Het doel, de omvang van de problematiek en de effectiviteit van het wetsvoorstel zijn onvoldoende gemotiveerd. Voor een afgewogen oordeel is meer inzicht nodig in de problematiek. Daarbij is in het bijzonder van belang hoeveel van deze schulden (en tot welke bedragen) zogenoemde onzakelijke (niet-marktconforme) voorwaarden kennen, dan wel zijn ontspoord. Ook is meer inzicht nodig in hoe vaak van belastingafstel sprake is en welke schuld- en belastingbedragen daarmee zijn gemoeid.
- Bestaande schulden moeten worden geëerbiedigd, of in ieder geval van een ruimere overgangsperiode voorzien.
Grens arbitrair
Naar de mening van het kabinet is sprake van excessief lenen van de eigen vennootschap voor zover meer wordt geleend dan € 500.000. ‘Hoewel iedere harde grens in zekere mate arbitrair is, is naar de mening van het kabinet met het huidige maximumbedrag van € 500.000 een goede balans gevonden om excessief lenen te ontmoedigen’, stelt Vijlbrief.
Aanscherping voor nieuwe eigenwoningschulden
De uitzondering in het wetsvoorstel voor leningen die zijn aangegaan bij de eigen vennootschap ten behoeve van de financiering van de eigen woning hangt samen met de voor de aanmerkelijkbelanghouder mogelijk ingrijpende gevolgen van de maatregel. Wel heeft het kabinet gemeend een aanscherping voor nieuwe eigenwoningschulden op te moeten nemen in de vorm van de aanvullende voorwaarde dat een recht van hypotheek is gevestigd op de eigen woning, meldt de staatssecretaris.
Opgeschoven naar 2023
Ook is de inwerkingtredingsdatum opgeschoven met een jaar tot 1 januari 2023. Volgens Vijlbrief als tegemoetkoming aan de wens van de RvS om aanmerkelijkbelanghouders meer tijd te geven om te anticiperen op de inwerkingtreding van de wet. In april werd dat uitstel door het kabinet al aangekondigd als steunmaatregel in verband met de coronacrisis.
Advies RvS en reactie staatssecretaris.
_________________________________________________________________________________________________________________________________
Geef een reactie