
De huidige box 3-heffing moet al komend jaar worden omgezet van een rendements- naar een vermogensbelasting, bepleiten hoogleraar Philippe Albert en MFAS-directeur Henry Meijer.
Vooralsnog wordt de box 3-heffing in 2023 en 2024 nog gebaseerd op een forfaitair spaarrendement. Maar Albert, hoogleraar internationaal belastingrecht aan Nyenrode en Meijer denken dat de overheid zich daarmee in de vingers kan snijden als de forfaitaire spaarvariant niet voldoet aan de eisen van het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens (EVRM). In het Weekblad fiscaal recht schrijven de twee fiscalisten dat de Hoge Raad de forfaitaire spaarvariant als strijdig met het EVRM kan aanmerken en dan, net als in het kerstarrest, rechtsherstel zal bieden.
Vlag dekt lading
Een vermogensbelasting met het huidige box 3-vermogen als grondslag is beter, adviseren de twee. Die variant moet gelden in een overbruggingsperiode totdat heffing op basis van het reële rendement mogelijk is. ‘Als de heffing conform de werkelijkheid wordt gepresenteerd als vermogensbelasting, is er geen strijdigheid met het gelijkheidsbeginsel en neemt de wetgever de risico’s op massale bezwaren en beroepen en eventueel een nieuw rechtsherstel weg.’ Bovendien zijn er geen additionele uitvoeringsproblemen. ‘Door de box 3-heffing als vermogensbelasting te benoemen erkent de wetgever dat het werkelijke rendement geen rol speelt. Burgers zullen minder het gevoel hebben bij de neus te worden genomen, omdat de vlag de lading dekt’, aldus Albert en Meijer.
Bron: Taxlive
We zakken gewoon weer af naar de oude situatie van IB 1964. Hoeft overigens niet slecht te zijn.
Wanneer de vermogensbelasting wordt ingevoerd dan moeten ook weer de jaarlijkse afschrijvingen op onroerende zaken en alle gemaakte onkosten die het betreffen aftrekbaar worden gemaakt. Is daar ook aan gedacht?