Staatssecretaris Van Rij (fiscaliteit) komt voor de zomer van volgend jaar met een plan om fiscale regelingen aan te pakken, meldt hij aan de Tweede Kamer. Aan die regelingen is de overheid jaarlijks € 129 miljard, ofwel 40% van de totale belasting- en premieopbrengsten kwijt. De algemene heffingskorting, arbeidskorting en de fiscale behandeling van het pensioen leggen het meeste gewicht in de schaal.
Financiën heeft op verzoek van de Tweede Kamer een onderzoek uitgevoerd naar de diverse fiscale regelingen. ‘Die kunnen een effectief instrument zijn om overheidsdoelen te bereiken. Tegelijkertijd kunnen de kosten snel oplopen doordat de meeste fiscale regelingen niet zijn gebudgetteerd. Daarnaast dragen sommige regelingen bij aan extra complexiteit, uitvoeringskosten en het in stand houden van specifieke deelbelangen in het huidige stelsel’, aldus de onderzoekers in het rapport.
Kortingen op arbeid en pensioen hebben grote impact
Vorig jaar bedroegen de kosten van fiscale voordelen € 129 miljard. ‘Meer dan de helft van de budgettaire derving wordt verklaard door de algemene heffingskorting, arbeidskorting en de fiscale behandeling van het pensioen. Deze drie regelingen maken de budgettaire impact van fiscale regelingen in Nederland ook uitzonderlijk hoog in internationaal vergelijkend perspectief. Als hiervoor wordt gecorrigeerd, ligt de budgettaire derving van Nederland dicht bij het EU- en Oeso-gemiddelde.’ Overigens lijkt Nederland meer dan gemiddeld over de budgettaire omvang en doelstellingen van fiscale regelingen te rapporteren, constateren de onderzoekers. ‘Doordat er internationaal relatief weinig wordt gerapporteerd over beleidsdoelstellingen van fiscale regelingen is een zinvolle vergelijking van de doelstellingen tussen Nederland en het buitenland lastig.’ Het aantal fiscale regelingen is in ons land iets lager dan het EU- en Oeso-gemiddelde.
Mede door de uitbreiding van de monitoring het gerapporteerde budgettaire belang van fiscale regelingen de laatste jaren sterk toegenomen, ook in verhouding tot het bruto binnenlands product. ‘Maar ook zonder dit effect is er een substantiële toename in het budgettair belang te zien. De budgettaire kosten van fiscale regelingen met data vanaf 2001 zijn in verhouding tot het bruto binnenlands product (bbp) opgelopen met bijna 1 procentpunt. Ook de implementatie van nieuwe fiscale regelingen heeft een opwaarts effect van ongeveer 1 procentpunt van het bbp.’ Met name het belang van de arbeidskorting, de mkb-winstvrijstelling, het verlaagde tarief in de overdrachtsbelasting, de innovatiebox en de stimulering van zuinig en elektrisch rijden is een stuk groter geworden.
Negatieve evaluatie heeft geen effect
Het opruimen van de grabbelton aan fiscale regelingen is de laatste twintig jaar niet gelukt. Er zijn evenveel regelingen bijgekomen als afgeschaft. ‘Negatieve evaluatie-uitkomsten in de afgelopen jaren hebben niet geleid tot versobering of afschaffen van de regelingen. Slechts 10% van de fiscale regelingen kent een overtuigend positieve evaluatie. De doelmatigheid en doeltreffendheid van het gros van de fiscale regelingen kan niet goed worden vastgesteld, onder meer door een gebrek aan empirisch bewijs. Er zijn beduidend meer negatieve dan positieve evaluatie-uitkomsten, echter wordt aan deze uitkomsten zelden opvolging gegeven.’
Vier criteria
Van Rij ziet de uitkomsten als een reden om snel aan de slag te gaan. ‘Vereenvoudiging is hoognodig. In beginsel geldt namelijk dat elke uitzondering op een hoofdregel leidt tot een ingewikkelder belastingstelsel. Ook leiden fiscale regelingen tot een omvangrijke budgettaire derving. Dit is alleen maatschappelijk te verantwoorden wanneer fiscale regelingen doelmatig en doeltreffend zijn. Naast de negatief geëvalueerde regelingen zijn er regelingen waarvan het doel stamt uit vervlogen tijden, ook dat is maatschappelijk niet verdedigbaar.’
Regelingen worden getoetst aan de volgende criteria:
- Een beleidsdoel dat niet meer actueel is / waarbij geen onderbouwing voor overheidsingrijpen (meer) bestaat;
- Negatieve evaluatie-uitkomsten doeltreffendheid en/of doelmatigheid (zie bijlage 1 onderzoek fiscale regelingen);
- Als de regeling complex in de uitvoering en/of handhaving is voor de Belastingdienst;
- Als sprake is van slechte uitlegbaarheid, veel foutief gebruik of bovenmatige belasting van het doenvermogen van belastingplichtigen.
BPM en dga-loon dit jaar aan de beurt
Voor dit jaar nog staan op de planning de evaluaties van fiscale regelingen rondom de BPM en de motorrijtuigenbelasting en de tussenevaluatie van het Klimaatakkoord op het gebied van mobiliteit. Economische Zaken buigt zich als eerste over het verlaagd gebruikelijk loon voor dga’s van start-ups en de bedrijfsopvolgingsregeling. Bij VWS staat de aftrek van specifieke zorgkosten op de rol. Volgend jaar zijn onder meer de werkkostenregeling, de giftenaftrek, MIA en Vamil aan de beurt.
Geef een reactie