Het hof deed uitspraak in twee vergelijkbare zaken die waren aangespannen door de bedrijfstakpensioenfondsen voor het schilders- en bakkersbedrijf. Het bedrijfstakpensioenfonds voor het schildersbedrijf besteedt het beheer van de pensioenen uit en betaalt over de uitvoeringskosten btw. Het fonds wil die btw als voorbelasting in aftrek brengen. Maar is het uitvoeren van de pensioenregeling een belaste prestatie? De fiscus vindt van niet: die valt onder de vrijstelling voor verzekeringen.
Premiebetaling geen voorwaarde voor uitkering
Het gerechtshof is echter van oordeel dat de uitvoering van de pensioenregeling door het fonds aan de werkgevers, ten aanzien van deelnemers-werknemer, niet is vrijgesteld. Een van de voorwaarden daarvoor is dat tegen voorafgaande betaling van een premie het verzekerde risico (invaliditeit, ouderdom, overlijden) wordt overgedragen aan de verzekeraar. “De wetgever heeft bij het maken van de Pensioenwet aangegeven dat voor werknemers premiebetaling geen voorwaarde mag zijn om de pensioenuitkering te ontvangen. Belanghebbende heeft dit ook zo opgenomen in haar pensioenregeling. Voor een deelnemer is het dus niet noodzakelijk dat de werkgever de premie heeft betaald om de pensioenuitkering te ontvangen.” Daarom is sprake van een btw-belaste pensioenuitvoeringsdienst en kan het pensioenfonds de btw aftrekken.
Dat geldt echter niet voor alle deelnemers: bij niet-werknemers als de directeur en de IB-ondernemer is betaling van een premie wel noodzakelijk, net als bij een deelnemer die de regeling vrijwillig voortzet. In die gevallen is er dus geen btw-belaste dienst.
Volledige pensioenpremie btw-belast
Het hof oordeelt verder dat over het geheel van de premie btw verschuldigd is. “Belanghebbende ontvangt de premie voor het uitvoeren van de pensioenregeling en kan vrij beschikken over de totale premie om de pensioenregeling uit te voeren te behoeve van deelnemers-werknemer. Het gevolg is dat de totaal ontvangen vergoeding (de premie) die belanghebbende van de werkgevers als vergoeding ontvangt voor het uitvoeren van de pensioenregeling voor deelnemer-werknemers btw-belast is.”
Kortom: pensioenfondsen moeten volgens deze uitspraak bij werkgevers btw gaan heffen over de volledige pensioenpremies die ze innen voor werknemers. Het FD voorziet grote gevolgen voor werkgevers die de btw niet mogen aftrekken: banken, verzekeraars, zorginstellingen en onderwijs.
‘Potentiële bom’
Volgens pensioendeskundige Anne Laning zijn de uitspraken een “potentiële bom”. “Ik heb dit niet zien aankomen”, zegt hij in het FD. De gevolgen zijn vooral groot voor werkgevers die zijn aangesloten bij pensioenfondsen ABP en PFZW, verwacht hij. Die kunnen zelf geen btw rekenen. Laning vindt het opmerkelijk dat het hof de mening is toegedaan dat er in sommige gevallen geen premie wordt betaald terwijl deelnemers wel pensioen kunnen opeisen. Dat heeft te maken met de verplichte aansluiting bij bedrijfstakpensioenfondsen. Werknemers van bedrijven die zich toch niet aansluiten, zouden dan alsnog wel pensioen kunnen opeisen, zonder dat er premie is betaald. Maar volgens Laning wordt van die mogelijkheid nauwelijks gebruikgemaakt.
Pensioenfederatie: vrijstelling is wettelijk geregeld
De Pensioenfederatie gaat de uitspraken bestuderen. “Ook zal nauw overleg worden gevoerd met pensioenfondsen- en uitvoerders, relevante overheidsinstanties en andere stakeholders om samen tot een goede toepassing te komen. Hierbij is en blijft het uitgangspunt dat pensioenadministratiediensten vrijgesteld moeten zijn van btw, zoals dat overigens ook is geregeld in het vernieuwde pensioenstelsel.”
De uitspraak zal dus alleen impact hebben voor zover het gaat om pensioenen vóór overgang naar het nieuwe pensioenstelsel.
De btw-vrijstelling rondom pensioendiensten is al jaren onderwerp van rechtszaken. De Hoge Raad moet in zo’n kwestie dit jaar nog uitspraak doen. Die oordeelde eerder al eens dat het beheer van pensioenvermogen niet is vrijgesteld van btw.



Het is binnen Europa een doel om te nivelleren tussen de rijke en arme landen. De grote pensioenpotten van de rijke landen worden openlijk en bloot vernietigd. Gelukkig stemt de massa nog steeds D66 dus dit soort praktijken gaan we vaker zien.
@ Janpeter: even twee vraagjes: 1) zijn de pensioenen dan niet van en voor de werknemers en 2) het betrokken Hof heeft op basis van bestaande wetgeving en feiten geoordeeld dat hier geen sprake is van gelijke gevallen en er dus ook verschil moet of mag zijn. Wat heeft dit dan met politiek te maken? Tot slot als algemene opmerking: het er voor kiezen om niet mee te doen ( met de Wet Omzetbelasting 1968) heeft voordelen, denkt men, maar heeft ook nadelen.
Een bizarre gang van zaken! Pensioenpremie (“premie” is wellicht een onjuiste benaming) betreft voor het overgrote deel de afstorting in een fonds van uitgesteld loon. Dat daar dan BTW over berekend en geheven zou moeten worden is volstrekt idioot. Over loon wordt geen omzetbelasting geheven! Er is immers geen sprake van een “vergoeding” aan het pensioenfonds.
Deels bevat de “premie” wellicht een verzekeringsdeel, voor dekking van de risico’s als die van invaliditeit, ouderdom, overlijden etc. Daarop zou eerder assurantiebelasting verschuldigd kunnen zijn dan omzetbelasting.
Overigens, gaat de uitspraak niet louter over dat deel van de “premie” dat de pensioenuitvoerder wél als vergoeding voor de door haar verrichte diensten ontvangt? De afstorting van het uitgesteld loon zou dan buiten de heffing van omzetbelasting blijven. Dat lijkt mij, zonder de uitspraak in detail gelezen te hebben, méér voor de hand te liggen.
Ook uitermate vreemd is het feit dat het oordeel in belangrijke mate is gebaseerd op het gegeven dat een werknemer óók recht op pensioen zou hebben indien er geen “premies” voor hem of haar zouden zijn gestort. Dat is bepaald geen normale gang van zaken, slechts zeer uitzonderlijk. Premiebetaling is misschien dan geen voorwaarde, in 99,99% van de gevallen volgt een pensioenuitkering na jarenlange premiebetaling.
Voor de zoveelste keer verbijsterende uitspraken van een hof, rechter of raad, passend in een stroom aan zeer bijzondere interpretaties van de wet of regels, estoeld op de uitzonderingen/letterlijkheid ipv de reguliere gang van zaken en intentie(s).
Het maakt Nederland zo langzamerhand een “vrij gestoord” land. Begrijpelijk dat zowel bedrijven als personen overwegen te vertrekken, men weet niet meer waar men aan toe is. Waar je voorheen nog uit kon gaan van de ratio ihkv “zo gek kun je het niet bedenken”, ben je in ons land vaak alweer ingehaald door een volstrekt ontsporende realiteit.
Een deelnemer heeft inderdaad recht om een pensioen dat losstaat van de premiebetaling van de werkgever.
Echter, de hoogte van het pensioen is een evenredig deel van de totale collectieve pensioenvermogen. M.a.w. als er 0 euro in de pot zit, krijg je een pensioen van 0.
De premie moet niet gezien worden als het in rekening brengen van dienstverlening aan werkgevers, maar als een bijdrage aan het pensioenvermogen, dus een betaling van (uitgesteld) loon.
De deelnemers betalen de uitvoeringskosten en zouden daar eventueel btw over moeten betalen. Die kosten worden in rekening gebracht onafhankelijk of de werkgever een premie betaalt.