Op het moment dat ik dit artikel schrijf, voel ik enige frustratie. Waarom? Ik adviseer accountants over kwaliteit en toepassing van de regelgeving en dat doe ik graag. Maar de steeds elastischer geworden periode van onzekerheid over de regelgeving voor samenstellingsopdrachten heeft dat negatieve sentiment wel gevoed. We moeten namelijk nog tot 1 april 2016 wachten op het besluit van het NBA-bestuur over de al dan niet verplichte toepassing van Standaard 4410 voor microrechtspersonen. Ik zeg: pak die lastenverlichting voor microrechtspersonen en maak een efficiënt samensteldossier.
Het wachten is nu ook op de publicatie van de definitieve NBA-Handreiking ‘De herziene Standaard 4410 inzake samenstellingsopdrachten’. En dan is er ook een tijdelijke commissie van de NBA, die inzicht zal gaan geven in de toepassing van de standaard. Doel is om zowel aan gebruikers als aan toetsers duidelijk maken wat er in een samensteldossier aan documentatie moet worden opgenomen. De termijn hiervoor loopt tot 1 april 2016.
Moed en kwaliteit
Ondertussen is het jaarrekeningseizoen begonnen en proberen accountants in de samenstelpraktijk een modus te vinden om hun werk te doen. Sommigen voelen zich daarbij onzeker over de kwaliteit die de NBA verwacht. Betekent dit dat we nu dan maar met de armen over elkaar moeten gaan zitten wachten totdat alles definitief besloten is? Nee. Daarom gaat dit artikel over moed en kwaliteit: een schets van mijn visie op jaarrekeningen van microrechtspersonen met een optimale verhouding tussen kwaliteit en efficiëntie. Gewoon omdat ik weer lekker aan de slag wil met kwaliteit. Overigens, ik ga er op dit moment vanuit dat Standaard 4410 verplicht gaat worden voor micro-entiteiten.
Het gaat voor dit artikel te ver om alle aspecten van kwaliteit rondom het samenstellen van een jaarrekening te bespreken. Ik wil het accent leggen op de kwaliteitseisen voor administratieve dienstverlening, externe verslaggeving en Standaard 4410. In veel gevallen vormt administratieve dienstverlening de basis van een samenstellingsopdracht. Sterker nog, veel kantoren beschouwen administratieve dienstverlening als een onderdeel van de samenstellingsopdracht. Concrete voorbeelden van wat ik met administratieve dienstverlening bedoel zijn:
- het maken van een afschrijvingsstaat en het boeken van de afschrijvingen;
- het inboeken van de loonjournaalpost;
- de overlopende activa en passiva bepalen en boeken;
- het opstellen van de suppletieaangifte omzetbelasting.
Omdat de financiële administratie de basis vormt van de jaarrekening, geldt voor de financiële administratie uiteindelijk dezelfde wet- en regelgeving als voor de jaarrekening. Dit betreffen:
- Burgerlijk Wetboek 2 Titel 9 De jaarrekening en het jaarverslag (BW 2 Titel 9); en
- Richtlijnen voor de jaarverslaggeving voor kleine rechtspersonen (RJk).
Daarnaast geldt voor de financiële administratie natuurlijk de fiscale wet- en regelgeving.
Toevoeging Standaard 4410 aan VGBA
Vanuit accountantsregelgeving is er geen standaard voor administratieve dienstverlening. Hiervoor geldt alleen de Verordening gedrags- en beroepsregels accountants (VGBA). De standaard voor het samenstellen (4410) stelt expliciet dat administratieve dienstverlening geen onderdeel is van de samenstellingsopdracht.¹ In de VGBA staan de fundamentele beginselen van het accountantsberoep. Je zou kunnen stellen dat daardoor een deel van Standaard 4410 overbodig is: een deel van Standaard 4410 zou je namelijk al uit de VGBA kunnen afleiden. Wat voegt Standaard 4410 toe aan de VGBA? Een meer concrete invulling van de samenstellingsopdracht, met daarin onder andere aandacht voor:
- formele voorschriften (schriftelijke opdrachtbevestiging, instemming van de cliënt met de jaarrekening);
- vereiste kennis van de cliënt;
- hoe om te gaan met significante oordeelsvorming;
- hoe om te gaan met onbevredigende informatie van de cliënt;
- hoe om te gaan met fouten in de jaarrekening, fraude en niet-naleven van wet- en regelgeving;
- dossiervorming.
Voegen deze elementen veel toe aan de kwaliteit van een inrichtingsjaarrekening van een microrechtspersoon, die slechts bestaat uit een gecomprimeerde balans en winst- en verliesrekening? Nee, zeggen veel kleine accountantskantoren en serviceorganisaties. Ja, zeggen sommige accountantskantoren, koepelorganisaties en de NBA². Voor de duidelijkheid: ik behoor tot de stroming van de nee-zeggers (al respecteer ik de argumenten van de ja-zeggers). Ik denk echter wel dat het ondertussen een keer tijd is om deze specifieke 4410-discussie te beëindigen. Ik richt me liever op de vraag hoe de dienstverlening voor een microrechtspersoon eruitziet. Met een optimum in kwaliteit, efficiëntie én toch gebruikmakend van de door de wetgever geboden lastenverlichting.
Gebruikers van de jaarrekening
Het gaat uiteindelijk om de gebruiker(s) van de jaarrekening. En om de vraag: zitten de gebruikers van de jaarrekening van een microrechtspersoon te wachten op de door de wetgever geboden lastenverlichting (lees: het sterk comprimeren van de balans en de winst- en-verliesrekening en het weglaten van de toelichting)? Ik heb geen cijfers om mijn indruk te onderbouwen, maar ik hoor van veel accountants dat zij denken dat gebruikers, zoals banken, een jaarrekening met toelichting wensen. Is de directeur-grootaandeelhouder de enige gebruiker van de jaarrekening, dan is het weglaten van de toelichting wellicht geen gemis. De tijdsbesparing voor de accountant betreft dan de tijd die gemoeid is met de precieze bewoordingen van de toelichting in de jaarrekening. Wanneer een toelichting gewenst is, dan zal de micro-cliënt de accountant de opdracht geven om een jaarrekening met toelichting te maken.
Lastenverlichting bij publicatiejaarrekening
Is er dan toch ergens nog een mogelijkheid van lastenverlichting, zelfs als de cliënt of de gebruikers van de jaarrekening meer dan het wettelijk minimum wensen? Ik denk van wel. Zelfs wanneer de cliënt ervoor kiest om vrijwillig een jaarrekening met een toelichting te laten opstellen, is er nog de mogelijkheid om het publicatieverslag volgens het wettelijk minimum op te maken. Ofwel, alleen een gecomprimeerde balans. Is het maatschappelijk verkeer daarmee gediend? Geeft dit voldoende inzicht aan de gebruiker? Daar valt aan te twijfelen, maar de wetgever acht dit voldoende. Deze mogelijkheid geeft toch enige lastenverlichting, omdat de tekst van de toelichting niet hoeft te worden gepubliceerd. Dit bespaart de accountant tijd, omdat:
- de zorgvuldige redactie van de te publiceren toelichting en het overleg daarover met de cliënt achterwege kan blijven;
- de kans op een fout in de toelichting hierdoor tot nihil is teruggebracht, wat ook in het kader van toetsingen prettig kan zijn.
Efficiëntie bij samenstellen (micro)jaarrekening
Tot slot wil ik nog een paar opmerkingen maken over het samenstelproces, maar dan niet alleen toegespitst op microrechtspersonen. Er is namelijk voor veel samenstelopdrachten nog wel wat efficiencywinst te behalen. Ik zou graag alle accountants die jaarrekeningen samenstellen willen aanmoedigen om te kiezen voor het zogenaamde risicogericht samenstellen, ofwel: samenstellen volgens Standaard 4410. Dat betekent in veel situaties een splitsing van de opdracht én een splitsing van de dossiers in:
- administratieve dienstverlening , tot en met een uitgewerkte saldibalans met specificaties, gebaseerd op deskundigheid en zorgvuldigheid en geldende (fiscale) wet- en regelgeving;
- samenstelwerkzaamheden, waarbij u zich laat leiden door de kennis die u heeft opgebouwd over uw cliënt.
En natuurlijk blijven er dan nog een paar onvermijdelijke vragenlijsten over, die in veel gevallen (bij eerlijke, integere, eenvoudige cliënten) een formaliteit lijken. Maar wanneer u niet bij elke cliënt voor alle posten in detail specificaties opneemt, is er nog wel wat te winnen qua efficiëntie. Ik zie kantoren waarvoor dat vanzelfsprekend is en ik zie kantoren die hier ‒ soms door recente of minder recente ervaringen met toetsingen ‒ minder zeker van zijn. Die kantoren zou ik graag willen aanmoedigen om de ruimte te pakken die Standaard 4410 biedt. En helemaal als het gaat om een microrechtspersoon die een beperkt aantal activiteiten heeft met slechts één of enkele posten met een risico. Dit is overigens ook mijn interpretatie van wat de NBA uitdraagt. Ik verwacht dat de tijdelijke commissie hierin een duidelijk standpunt inneemt en dit een plaats geeft in Standaard 4410 of de handreiking hierbij.
Aan de slag!
Met het schrijven van dit artikel ben ik weer een stuk positiever gestemd. Ik hoop dat de NBA de tijd tot 1 april 2016 benut om onderdelen te verduidelijken, waardoor de onzekerheid die veel accountants nu voelen, kan worden weggenomen. Mijn intentie om waar mogelijk de wettelijk geboden lastenverlichting voor microrechtspersonen te benutten én Standaard 4410 efficiënt en klantspecifiek te gebruiken, geven mij wel weer zin om met dit onderwerp aan de slag te gaan. Hopelijk werkt mijn enthousiasme aanstekelijk.
Bibi van den Bragt AA RA, consultant compliance en vaktechniek bij Full•Finance Consultants
¹ Standaard 4410 Samenstellingsopdrachten paragraaf A15.
² https://www.nba.nl/Wet-en-regelgeving/Beroepsregels/In-ontwerp-zijnde-regelgeving/.
Deze opinie is eerder verschenen in ons kwartaalblad, nummer 1 2016.
Geef een reactie