De Wet aanvullende maatregelen accountantsorganisaties zal niet op 1 januari, maar op 1 juli volgend jaar worden ingevoerd. Dat schrijft minister Dijsselbloem (Financiën) aan de Tweede Kamer. “Gelet op de stappen die nog gezet dienen te worden in het wetgevingsproces is het inmiddels realistischer om uit te gaan van inwerkingtreding bij het eerstvolgende vaste verandermoment voor wet- en regelgeving, te weten 1 juli 2018.”
Dijsselbloem laat dat weten in antwoord op vragen uit de Kamer over het AFM-rapport over de kwaliteit van OOB-accountants en over de trage kwaliteitsverbetering bij deze kantoren. “Door de kritische rapporten van de MCA en de AFM wordt de vraag steeds dringender of de sector wel op de goede weg is, of zij het vertrouwen verdient om zelf stappen te zetten en of het pakket aan maatregelen wel de kern van het probleem raakt. De AFM heeft in het rapport geconcludeerd dat het doorvoeren van veranderingen bij OOB-accountantsorganisaties om de kwaliteit van hun controles te verbeteren, te langzaam gaat. Ik deel deze mening.”
Teleurstellend
Dat de kwaliteit van onderzochte wettelijke controles bij de Big Four-accountantsorganisaties nog niet op orde is, noemt de minister “teleurstellend”. “Daarbij merk ik op dat de onderzochte dossiers weliswaar uit 2014 en 2015 stamden toen een deel van het geheel aan maatregelen en wet- en regelgeving nog niet was ingevoerd of de effecten daarvan in ieder geval nog niet volledig zichtbaar konden zijn. Ik ben echter, met de AFM, van mening dat kwaliteit van controle altijd geborgd zou moeten zijn.”
Bij OOB-accountantsorganisaties moet nog veel gebeuren, aldus Dijsselbloem. “Een verandering van gedrag en cultuur, waarbij accountants het publiek belang van de wettelijke controle vooropstellen, vraagt doorzettingsvermogen van de sector. De lat zal hoger moeten worden gelegd door de sector om een duurzame kwaliteitsverbetering te bereiken.
Met de AFM en de MCA ben ik van mening dat het huidige pakket aan maatregelen, dat een duurzame cultuuromslag moet gaan bewerkstelligen, de kans moet krijgen om effect te sorteren. Het is nu nog te vroeg om te stellen dat de verandertrajecten, NBA-maatregelen en te implementeren nieuwe wetgeving op (middel)lange termijn niet tot het gewenste effect zullen gaan leiden.”
Geen ander verdienmodel
Dijsselbloem vindt een ander verdienmodel nog geen optie: “Als van overheidswege besloten zou worden tot een volledig ander model, bijvoorbeeld door van overheidswege de controle van jaarrekeningen te organiseren, zou dat de wijze waarop de beroepsgroep altijd heeft gefunctioneerd ingrijpend veranderen. Er moeten dan veel middelen en energie gestoken worden in een veranderingsproces waarvan de voor- en nadelen niet op voorhand evident zijn, kwaliteitsverbetering geen garantie is en weer nieuwe dilemma’s kunnen ontstaan. Ook kan moeilijk worden overzien wat internationaal de gevolgen zijn als uitsluitend Nederland hier een andere koers zou gaan volgen en welke mogelijkheden daar binnen de grenzen van het EU-recht voor bestaan. Om deze redenen is een volledig ander (verdien)model van overheidswege thans niet nastrevenswaardig.”
Omdat de branche middenin een ingrijpend verandertraject zit, is Dijsselbloem geen voorstander van meer wet- en regelgeving. “Indien de kwaliteit van wettelijke controles de komende jaren onvoldoende verbetert, zal opnieuw de afweging moeten worden gemaakt of er een meer fundamentele hervorming van de accountancysector nodig is.”
Langere overgangstermijn
In het wetsvoorstel is de overgangstermijn voor de geschiktheidseis van dagelijkse beleidsbepalers verlengd van zes naar twaalf maanden. De AFM verwacht de geschiktheid te toetsen van ongeveer 45 bestaande dagelijks beleidsbepalers, ongeveer 20 leden van het bestuur van het binnen het netwerk hiërarchisch hoogste netwerkonderdeel met zetel in Nederland en ongeveer 40 leden van organen belast met het interne toezicht. Voor die laatste groep gaat de overgangstermijn naar 18 maanden. “Gelet op deze aantallen en het tijdsbeslag van de geschiktheidstoetsing verwacht de AFM een langere overgangsperiode nodig te hebben om alle onderzoeken tijdig en zorgvuldig af te kunnen ronden.”
Geef een reactie