Breman, een van de grootste installatiebedrijven in ons land, ligt overhoop met PwC. Dat weigert de jaarrekening over 2016 goed te keuren en heeft de goedkeuring over 2015 ingetrokken. De verstrekte informatie is onvoldoende om een oordeel op te baseren, zo stelt PwC in de toelichting bij de oordeelsonthouding.
“Gegeven de inrichting van de organisatie is het niet mogelijk gebleken om voldoende en geschikte controle-informatie te verkrijgen omtrent de volledigheid van de in de jaarrekening verantwoorde omzet, de juistheid van de verantwoorde kosten en de juistheid, volledigheid en waardering van de voorraad en de juistheid, volledigheid en waardering van de onderhanden projecten. Als gevolg van de hiervoor genoemde omstandigheden zijn wij niet in staat geweest voldoende controledocumentatie te verkrijgen om vast te stellen of er eventuele correcties nodig zouden zijn met betrekking tot de volledigheid van de omzet en de juistheid van de kosten en de verantwoorde of niet-verantwoorde voorraden en onderhanden projecten en de hieraan gerelateerde jaarrekeningposten.” De omstandigheden waren vorig jaar hetzelfde als in 2015, gaat PwC verder. “Dit betekent dat het tevens niet mogelijk is gebleken tot het oordeel te komen dat de balans per 31 december 2015 een getrouw beeld geeft van de grootte en samenstelling van het vermogen, welk oordeel kan dienen als uitgangspunt voor de controle van de jaarrekening over het boekjaar 2016.”
Rente over eigen vermogen
Bovendien berekent de overkoepelende BV Breman Beheer rente over het beschikbaar gestelde eigen vermogen aan de dochterbedrijven. “Deze verwerking zou gezien moeten worden als een eigen-vermogensinstrument, waarbij een (vaste) vergoeding op het eigen vermogen is afgesproken.” Die vergoeding moet worden vastgesteld als onderdeel van de winstverdeling en niet als onderdeel van de winstbepaling, betoogt PwC. “Dit betekent voor de enkelvoudige jaarrekening van Breman Beheer BV dat de interestbaten over 2016 vóór het effect van vennootschapsbelasting € 793.000 lager zouden moeten zijn en het aandeel in resultaat van ondernemingen waarin wordt deelgenomen € 793.000 vóór het effect van vennootschapsbelasting hoger zou moeten zijn.”
De controleverklaring over 2015 is op 1 september “van onwaarde verklaard”.
Aanvullende eisen PwC
Breman, eigendom van de gelijknamige familie, was vorig jaar goed voor € 233 mln omzet en rapporteerde een winst van € 3,5 mln. Directeur Jeu Bielders van Breman Beheer was verrast door het besluit om de goedkeuring van de jaarrekening 2015 alsnog in te trekken. Volgens hem is er bij leveranciers en klanten nog geen onrust ontstaan over de niet-goedgekeurde jaarrekening. PwC kwam in april met aanvullende eisen aan de cijfers: “We waren verrast door de mededeling. Wij konden die extra informatie niet uit onze systemen halen en hebben een werkgroep ingesteld die nu werkt aan een betere informatievoorziening die tegemoet komt aan de nieuwe wensen van de accountant. Eind dit jaar moet alles op orde zijn”, aldus Bielders tegenover het FD. PwC, waar controlerend accountant Jan Boom van Breman dit jaar is vervangen door Jeanet Makkinga, zal in elk geval worden ingeruild voor een andere accountant.
Oeps, dat wordt uitkijken geblazen! PwC begint kennelijk te begrijpen hoe het “hoort” en durft.