De mogelijke miljardenclaim van beleggers die zich om de tuin geleid voelen door de van oorsprong Zuid-Afrikaanse meubelgigant Steinhoff komt in Nederland voor de rechter.
De VEB heeft meubelconcern Steinhoff vorig jaar aansprakelijk gesteld vanwege de schade die aandeelhouders hebben ondervonden van een miljardenfraude die in december bij het concern ontdekt is. Het bedrijf zelf is van mening dat de Nederlandse rechter niet bevoegd is om over de zaak te oordelen, maar de rechtbank schoof dat verweer woensdag aan de kant. Ook een verzoek tot opschorting in afwachting van een procedure in Duitsland, waar Steinhoff een beursnotering heeft, werd afgewezen.
Hoofdzetel
Steinhoff is een van oorsprong Duits bedrijf dat in de jaren negentig richting Zuid-Afrika trok. In 2015 verplaatste Steinhoff zijn hoofdzetel naar Amsterdam en vroeg een notering aan op de beurs in Frankfurt. Inmiddels was de onderneming uitgegroeid tot het – op Ikea na – grootste meubelconcern ter wereld. Sinds de beursgang in Frankfurt in 2015 is Steinhoff nog harder gegroeid dan in voorgaande jaren, voornamelijk vanwege enkele zeer grote en dure overnames, merendeels gefinancierd met schulden. Het concern koppelde die groei aan solide winstcijfers en zeer zonnige vooruitzichten voor de toekomst.
Deloitte
De fraude die in december 2017 bij Steinhoff aan het licht kwam, betekende een grote schadepost voor veel beleggers. Volgens de VEB was ‘van meet af aan duidelijk dat de malversaties diep geworteld waren in de organisatie’. Deloitte kwam als controlerend accountant van het bedrijf onder vuur te liggen en trok bij nader inzien zijn controleverklaring over 2016 in. Steinhoff moest de financiële resultaten over 2016 herzien. Zeker €6 miljard aan bezittingen op de balans konden niet hard gemaakt worden. Ook het Europese vastgoed van de meubelgigant bleek de helft waard te zijn van de €2,2 miljard die in de boeken stond.
De Zuid-Afrikaanse onderneming ondertekende een driejarige overeenkomst met schuldeisers en bereikte ook overeenstemming over de verkoop van een aantal bezittingen. Cijfers over de afgelopen jaren moesten worden herzien en onderdelen werden verkocht om financiële ruimte te creëren. Steinhoff heeft tot 7 november de tijd om inhoudelijk te reageren op de aanklacht, meldt het ANP.
Geef een reactie