De meeste werknemers zullen op onderaan hun eerste loonstrook van 2019 netto 1% tot 2,5% meer zien staan, ook zonder salarisverhoging. Dat blijkt uit berekeningen van het ministerie van Sociale Zaken. Middeninkomens profiteren relatief het meest.
Middeninkomens profiteren relatief het meest. De stijging is het gevolg van lagere belastingtarieven en verhoging van de algemene heffingskorting en de arbeidskorting. Wie jaarlijks €40.000 bruto verdient gaat er zelfs ruim 2,6% op vooruit. Voor de hogere inkomens van twee keer modaal of meer is de stijging minder groot: net geen 1,5%. Dat komt door een steilere afbouw van de arbeidskorting. Uitkeringsgerechtigden en gepensioneerden gaan er netto relatief nog meer op vooruit. Zowel de bijstand als de AOW valt volgend jaar 2,9% hoger uit door de hogere heffingskorting en aanpassing aan de inflatie. Ouderen met alleen AOW krijgen daardoor ruim drie tientjes per maand extra.
Een overzicht:
INKOMEN | 2019 |
Werkenden: | |
Minimumloon (20.600) | +1,2% |
Modaal (35.000) | +2,5% |
2 x modaal (70.000) | +1,7% |
3 x modaal (105.000) | +0,7% |
Uitkeringen: | |
Bijstand | +2,9% |
Bijstand alleenstaande ouder | +2,9% |
Uitkering bruto 30.000 euro | +3,1% |
Maximale sociale uitkering (41.000) | +3,7% |
Gepensioneerden: | |
AOW | +2,9% |
Aanvullend pensioen (10.000) | -0,2% |
Aanvullend pensioen (30.000) | +1,1% |
Geef een reactie