De vooruitzichten voor de retailsector als geheel blijven vooralsnog gunstig, meldt ABN AMRO. De bank verwacht zowel in 2020 als in 2021 een groei van 2 procent.
De retailsector presteert redelijk goed door de hoogconjunctuur en stijgende consumentenbestedingen, meldt ABN AMRO in een nieuwe sectorprognose. In 2019 steeg de omzet met 2,5 procent: het zesde achtereenvolgende jaar van groei. Sinds 2013 is de omzet in de sector met ruim 15 procent toegenomen. De omzetgroei vlakte vorig jaar iets af in vergelijking met 2018, toen deze 2,9 procent bedroeg. Dit is mede het gevolg van de verhoging van het lage btw-tarief van 6 naar 9 procent, waardoor met name de omzetgroei van supermarkten werd afgeremd: van 2,8 procent in 2018 naar 0,5 procent in 2019.
Minder klanten in winkels
Ondanks de verwachte omzetgroei van de retail als geheel benadrukt ABN AMRO dat de vooruitzichten voor veel individuele winkeliers minder gunstig kunnen zijn. Doordat consumenten steeds meer online kopen, komen ze steeds minder vaak in de winkelstraat. Daarom staat de omzet van fysieke winkels onder druk. Vooral mode- en elektronicazaken hebben hier last van, want het internet biedt gemak, snelle prijsvergelijking en gratis verzending.
Sinds 2013 is de waarde van alle online verkochte consumentenartikelen zo’n 270 procent toegenomen. Het aandeel online bedraagt nu ruim 20 procent van de binnenlandse non-food retail omzet en bijna 25 procent als buitenlandse webwinkels worden meegerekend. Dit aandeel zal toenemen, want de sterke groei van online houdt aan, met 15 procent in 2020 en 2021. Bovendien wordt de online keuze voor consumenten nog groter, nu Amazon zich sterker op Nederland wil richten en Bol.com heeft aangekondigd het assortiment daarom uit te breiden.
Fysieke winkels moeten verdienmodel aanpassen
Winkeliers dienen vanwege de vergrijzing ook rekening te houden met een veranderend uitgavenpatroon van consumenten, meldt de bank. De komende tien jaar stijgt het aantal 65-plussers naar schatting van het CBS met zo’n 860.000, terwijl de rest van de bevolking nauwelijks toeneemt. Ouderen hebben na pensionering vaak een lager besteedbaar inkomen, maar ook andere behoeften dan jongere generaties. Zo besteden zij een groter deel van hun inkomen aan huishoudelijke apparaten, gezondheid, voedings- en genotmiddelen en minder aan elektronica, kleding en schoenen.
Bron: ABN AMRO
Geef een reactie