De dekkingsgraden van pensioenfondsen kelderen verder, maar uitwerking van het pensioenakkoord laat waarschijnlijk nog langer op zich wachten. Dat stelt ABN AMRO in haar nieuwste pensioenmonitor.
Dekkingsgraden
De dekkingsgraden van pensioenfondsen kenden een piek op het cruciale meetmoment 31 december door de tijdelijk hogere 10-jaarsrente. De renteontwikkeling aan het eind van het jaar compenseerde zelfs voor fondsen die eind 2019 hun sterftegrondslagen aanpasten. De sinds de jaarwisseling weer dalende rente heeft zijn weerslag op zowel de beleggingsresultaten als de waardering van toekomstige verplichtingen. ABN AMRO verwacht dat door de dalende rente de gemiddelde actuele dekkingsgraad daalt van 103% in december naar 100% in januari en 98% in februari. De economen van de bank denken dat de ECB daarna een nieuw pakket van maatregelen aankondigt. Dit duwt de lange rente en daarmee de dekkingsgraden verder omlaag.
De kans op een extra jaar uitstel neemt flink toe
Ondertussen lijkt de impact van de nieuwe UFR-methode steeds groter te worden, waarmee de waarde van de verplichtingen wordt gemeten. Aanvankelijk zou deze methode, die op op 1 januari 2021 ingaat, de dekkingsgraden met ongeveer 2,5 procentpunt laten afnemen. Die schatting was echter gebaseerd op de rente van eind 2018. De dekkingsgraden zouden door de nieuwe UFR-methode met 7 procentpunt moeten dalen op basis van de huidige rente en tegen de 10 procentpunt als de ECB met een nieuw opkoopprogramma komt.
In economische zin zou het logisch zijn als dergelijke ontwikkelingen vaart zetten achter de uitwerking van het pensioenakkoord, omdat de noodzaak van maatregelen toeneemt. De uitwerking van het pensioenakkoord – die we eerst in april verwachtten en nu na de zomer – lijkt zich echter niet te voltrekken volgens economische, maar politieke logica. Dus hoe lager de dekkingsgraden, hoe groter het draagvlak voor uitstel.
Er zijn argumenten voor uitstel nodig en daarom zal een technisch punt als collectief invaren bewust worden uitvergroot aan de onderhandelingstafel, voorspelt ABN AMRO. Collectief invaren is, versimplificeerd, het overzetten van bestaande pensioenen naar het nieuwe systeem. Dat is niet alleen een bestuurlijke, juridische en administratieve operatie waar veel tijd voor nodig is, er zijn ook signalen dat het in zijn geheel onmogelijk is.
Door de combinatie van lage rente, kortingsdreiging, politieke overwegingen en juridische bezwaren is het nieuwe hoofdscenario van de ABN-economen dat eind 2020 opnieuw een jaar uitstel wordt verleend. Pensioenfondsen met een actuele dekkingsgraad van tussen de 90% en 100% hoeven dan pas vanaf 1 januari 2022 te korten.
Premie blijft stijgen
Sommige fondsen zullen op een jaar uitstel reageren door te stellen dat tot 2022 de premies ook niet hoeven te stijgen, verwacht de bank. Hiermee sluiten zij aan bij de opvatting van het ministerie dat maatregelen ‘proportioneel’ en ‘evenwichtig’ moeten zijn: niet korten betekent ook de premie niet verhogen. Andere fondsen zullen vinden dat ze toch hun verantwoordelijkheid moeten nemen. Weer anderen (waaronder grote fondsen als PMT, PGB en BPL) hebben hun premies al voor meerdere jaren vastgelegd. In de premieprognose van ABN blijft daardoor een meerjarige stijging zichtbaar, maar verschuift de grootste sprong van 2021 naar 2022.
Bron: ABN AMRO
Geef een reactie