Het Europese Hof van Justitie heeft recent geoordeeld over het aftrekken van voorbelasting op het verkopen van verlengde garanties op retailproducten. Volgens BDO is het voor retailondernemers een belangwekkende uitspraak.
BDO gaat in op een recente uitspraak van het Europees Hof van Justitie. In die zaak ging het om de Portugese elektronicazaak Rádio Popular die als tussenpersoon voor een verzekeraar een verlengde garantie verkocht op producten. Geen slechte business, want van de kosten voor elke verkochte extra garantie streek het bedrijf 35% zelf op. De winkel ging ervan uit dat het om een vrijgestelde activiteit ging en bracht dus geen btw in rekening; anderzijds werd de voorbelasting over alle activiteiten wel afgetrokken. Dat klopte niet, vond de Portugese fiscus. Voor de rechter ontstond de vraag of er bij de bemiddeling bij de verkoop van extra garantie op huishoudelijke apparaten sprake is van financiële handelingen wanneer de bemiddeling gebeurt door een btw-plichtige die zich voornamelijk bezighoudt met de verkoop van huishoudelijke apparaten aan consumenten.
Pro-rataberekening
Ondernemers die kosten maken voor zowel belaste als vrijgestelde prestaties, hebben een beperkt aftrekrecht van de btw in deze kosten. Om de mate van aftrek van de btw op deze zogenaamde algemene kosten te bepalen, zal een pro-rataberekening moeten worden gemaakt. Eén van de Europese btw-regels is dat het bedrag van de omzet dat kan worden toegerekend aan bijkomstige financiële prestaties, buiten beschouwing wordt gelaten. Het meenemen van deze prestaties zou namelijk verstorend werken bij de vaststelling van het pro rata.
Oordeel Europees Hof
Het Europees Hof van Justitie oordeelde in de Portugese zaak dat het verlengen van garanties als aanvullende dienst onder de verzekeringsvrijstelling valt. Het is niet mogelijk om deze vrijgestelde verzekeringsdienst voor het pro rata aan te merken als bijkomstige (financiële) prestatie. Voor de Europese wetgeving kunnen verzekeringsdiensten niet worden gelijkgesteld met financiële diensten. Daarom moet de vrijgestelde verzekeringsdienst worden meegenomen in de noemer van de pro-rataberekening. Daarmee is de pro rata lager en kan minder btw in aftrek worden gebracht.
Belangrijk voor retailers
Volgens BDO is het oordeel met name van belang voor de retailbranche, waarin regelmatig extra verzekeringen of garanties worden verkocht aan klanten door retailers die optreden als tussenpersoon. ‘De Hoge Raad oordeelde eerder dat de verkoop van een servicecertificaat bij verkoop van huishoudelijke apparaten juist geen afzonderlijke prestatie is voor de btw, maar op gaat in de belaste levering van het huishoudelijke apparaat. Met een beroep op dit arrest is het wellicht mogelijk om een beperking van het aftrekrecht te vermijden. Verricht u als retailer deze diensten, dan is het wellicht raadzaam om te (her)beoordelen of dit gevolgen heeft voor uw aftrekrecht. Als achteraf blijkt dat omzet toch had moeten worden meegenomen in de pro-rataberekening, loopt u naast een correctie mogelijk risico op een boete. Ingeval u vrijgestelde omzet onterecht heeft meegenomen in de pro-rataberekening, heeft u mogelijk te weinig btw in aftrek gebracht.’
Geef een reactie