
EY zou vergevorderde plannen hebben om de controle- en adviestakken wereldwijd op te splitsen. In Nederland lijkt er vooralsnog echter weinig animo te zijn voor een sectorbrede opsplitsing. Dat komt naar voren uit een Kamerbrief die minister Kaag van Financiën woensdag heeft verstuurd naar aanleiding van de vierde voortgangsrapportage van de Kwartiermakers Toekomst Accountancysector.
Onderzoek naar audit only
SEO Economisch Onderzoek heeft in opdracht van kwartiermakers Marlies de Vries en Chris Fonteijn de afgelopen tijd onderzoek gedaan naar drie vormen van audit only: een structurele splitsing, een operationele splitsing en transparantie. Bij een structurele splitsing wordt de controletak van een accountantsorganisatie volledig gescheiden van de adviestak en vallen beide niet meer binnen dezelfde onderneming. Een operationele splitsing betekent dat de advies- en controletak van een accountantsorganisatie nog binnen dezelfde onderneming opereren, maar dat de geldstromen tussen de controletak en de rest van de onderneming worden beperkt. Transparantie betreft het inzicht geven van financiële stromen tussen de controle- en adviestak van een accountantsorganisatie, bijvoorbeeld door middel van separate winst- en verliesrekeningen.
Nadelen structurele splitsing
SEO ziet nadelen aan een structurele splitsing terwijl het niet vaststaat of dit leidt tot de gewenste verbeteringen voor de kwaliteit van wettelijke controles. Als belangrijkste nadelen van de structurele splitsing noemt SEO het wegvallen van synergievoordelen tussen de advies- en controletak en het internationaal uit de pas lopen op dit gebied. In het rapport stelt SEO dat de nadelen van een operationele splitsing veel beperkter zijn dan bij de structurele splitsing terwijl het – bij goede vormgeving – de commerciële prikkels binnen de controletak kan inperken. Het verbeteren van de transparantie op gebied van geldstromen tussen advies en controle bij accountantsorganisaties noemt SEO een ‘no regret’ optie en een voorwaarde voor de operationele splitsing.
‘De kwartiermakers zien in het rapport geen aanleiding om de structurele splitsing verder te verkennen’, schrijft minister Kaag in de Kamerbrief. ‘Wel zien ze de meerwaarde van het stellen van nadere eisen aan de transparantie van de controle- en adviestak van accountantsorganisaties. De kwartiermakers zien de operationele splitsing als waardevolle optie indien ingrijpen in de structuur van de accountancysector nodig blijkt. De kwartiermakers constateren wel dat de vormgeving van de operationele splitsing complex is en in het rapport niet verder wordt uitgewerkt. De kwartiermakers vragen daarom de sector en mij om de komende tijd na te denken over de vormgeving van een verdere analyse van de operationele splitsing. Ik ga graag in op dit verzoek van de kwartiermakers, en zal met hen in gesprek gaan over een nadere analyse van de operationele splitsing, zodat alle beleidsopties in beeld zijn bij de uiteindelijke weging van de structuurmodellen die plaatsvindt nadat alle drie de onderzoeken naar structuurmodellen zijn afgerond.’

Vierde voorgangsrapportage: kwartiermakers voorzichtig positief
De vierde voortgangsrapportage markeert de helft van de termijn van de kwartiermakers, merkt minister Kaag in de Kamerbrief op. ‘In de vierde voortgangsrapportage zijn de kwartiermakers voorzichtig positief over de ontwikkelingen die zij in de sector zien. Als aandachtspunt merken de kwartiermakers op dat er nog steeds grote stappen van de sector nodig zijn op het gebied van cultuur, educatie en innovatie. Daarnaast schrijven de kwartiermakers dat het tempo van verandering een uitdaging blijft voor de sector. De kwartiermakers beschrijven ontwikkelingen in de sector ten aanzien van fraude en (dis)continuïteit, cultuur, educatie en innovatie. De kwartiermakers vragen ook mij om de vaart erin te houden met het wetsvoorstel toekomst accountancysector. Ik deel het belang van een voortvarende behandeling en ik zal mij inspannen door het wetsvoorstel voor advies voor te leggen aan de Raad van State.’
Geen wettelijke verankering in control statement
De kwartiermakers pleiten in hun vierde voortgangsrapportage verder onder meer voor wettelijke verankering van een verklaring omtrent risicobeheersing (het zogenaamde ‘in control statement’). Ze wijzen hierbij op de belangrijke rol die de onderneming zelf speelt bij fraude en continuïteit. Minister Kaag ziet dat echter (nog) niet zitten: ‘Ik ben het met de kwartiermakers eens dat een verklaring omtrent risicobeheersing belangrijk is om die verantwoordelijkheid van de onderneming en haar bestuur tot uitdrukking te brengen. Wettelijke verankering vind ik op dit moment echter nog niet nodig. Ik heb op dit moment een voorkeur voor uitbreiding van de verklaring die reeds is vereist op basis van de Nederlandse Corporate Governance Code (de Code). De Code bepaalt immers reeds dat beursvennootschappen een verklaring moeten afgeven ten aanzien van de verslaggevingsrisico’s. Ik vind het voor de hand liggen om deze verplichting uit te breiden naar compliance- en operationele risico’s. De Monitoring Commissie Corporate Governance (de Commissie) heeft het voorstel van de Universiteit Leiden voor uitbreiding van deze verklaring vanwege de complexiteit nog niet opgenomen in de huidige actualisatie van de Code, die thans ter consultatie is voorgelegd, maar wil dit eerst nader bespreken. Indien uitbreiding van de verklaring in de Code niet wordt opgepakt door de nieuwe Commissie, die per 1 januari 2023 start, zal ik in gesprek gaan met de minister voor Rechtsbescherming om te bezien hoe wettelijke verankering mogelijk is.’
Kamerbrief bij 4e voortgangsrapportage Kwartiermakers accountancy sector
4e voortgangsrapportage Kwartiermakers toekomst accountancysector
Onderzoek SEO Controle en advies bij accountantsorganisaties
Na het debacle van Arthur Anderson zit de schrik er bij de grote kantoren er goed in en met het verbod op het leveren van adviesdiensten aan OOB cliënten is er weinig noodzaak voor een algehele splitsing. Voor het overgrote deel van de cliënten is een splitsing een overkill. Dat geldt al helemaal voor het MKB segment. Er is daarom geen reden voor ingrijpen door de wetgever. Gelukkig wil de regering evenmin aan het in-control statement, dit heeft geen plaats in de continentale civil law rechtstraditie. Het verhaal spreekt over “accountantsorganisaties”. Dat is niet geheel correct. De accountantsorganisaties zijn de vergunninghouders en in Nederland voornamelijk zo goed als lege vennootschappen die als enkele functie hebben de overeenkomsten tot wettelijke controle af te sluiten. Het personeel en het vermogen zit (met uitzondering van EY) buiten deze vergunninghouders. Advieswerk valt ook buiten deze vergunninghouders.