
Het conflict draait om een advies uit 2018. Witlox van den Boomen (inmiddels opgegaan in Newtone) begeleidde een echtpaar bij de gelijktrekking van de vermogens van hun drie kinderen via een schenking onder last. Hierbij werden aan twee kinderen financiële verplichtingen opgelegd ten gunste van het derde kind. Het kantoor vergat echter te wijzen op een vonnis van de rechtbank Gelderland, waarin zo’n schenking wordt aangemerkt als een belaste tegenprestatie. Hierdoor moest het echtpaar direct belasting betalen over de lasten (€906.797 en €1.200.457), in plaats van pas bij overlijden. Het ging om ruim €500.000 aan inkomstenbelasting.
Het oordeel van de rechtbank
In 2022 oordeelde de rechtbank Oost-Brabant dat WvdB inderdaad een beroepsfout had gemaakt door het vonnis niet te noemen. Toch wees zij een schadeclaim af omdat het echtpaar niet kon aantonen dat zij bij een juist advies een andere keuze hadden gemaakt. Volgens de rechtbank waren de door hen genoemde alternatieven niet overtuigend genoeg.
Hoger beroep: andere visie
Het hof gaat anders te werk. Het erkent dat het onmogelijk is met zekerheid vast te stellen wat het echtpaar zou hebben besloten als het wel op de hoogte was geweest van de fiscale risico’s. Daarom past het de zogeheten kansschadebenadering toe. Deze methode wordt gebruikt bij onzekerheid over causaal verband: in plaats van een alles-of-nietsbeslissing, wordt de schade proportioneel verdeeld op basis van waarschijnlijkheid.
Waarom 40%?
Het hof weegt verschillende factoren. Enerzijds was het echtpaar zeer gemotiveerd om de vermogens snel gelijk te trekken, wat de kans vergroot dat zij zelfs bij een waarschuwing voor de schenking onder last hadden gekozen. Anderzijds hadden de echtelieden destijds beperkte liquide middelen, waardoor een onverwachte belastingaanslag van een half miljoen euro hard aankwam. Het hof schat daarom in dat er 60% kans was dat zij toch voor de schenking onder last hadden gekozen, en 40% kans dat zij van het advies hadden afgezien. Om deze reden veroordeelde het hof WvdB tot een gedeeltelijke schadevergoeding.
Alternatieven onder de loep
Het echtpaar stelde dat zij bij een juist advies voor andere oplossingen hadden gekozen, zoals een ongelijke verdeling van aandelen of een papieren schenking. Het hof vindt deze alternatieven echter niet overtuigend. Zo zou een ongelijke verdeling fiscaal niet optimaal zijn geweest, en een papieren schenking had jaarlijks renteverplichtingen met zich meegebracht. Het hof concludeert dat geen van deze opties aannemelijk maakt dat het echtpaar de schenking onder last volledig had laten vallen.
De schadeberekening
De totale schade bedraagt €788.036. Dit bestaat uit de belastingaanslag (€506.546), extra kosten voor het vrijmaken van vermogen (€186.403) en betaalde heffingsrente (€95.087). Het hof wijst een claim van €88.876 aan advieskosten af omdat deze onvoldoende onderbouwd was. Het betekent dat WvdB een bedrag van ruim €315.000 moet vergoeden. Het accountantskantoor moet ook de proceskosten betalen, die het hof begroot op €27.573.
Lees hier de uitspraak.
Geef een reactie