Jeugdzorginstellingen moeten extra mankracht inzetten wegens de administratieve rompslomp die het gevolg is van de hervormingen in de jeugdzorg. Dat blijkt uit een rondvraag van NRC Handelsblad onder regionale en landelijke jeugdzorginstellingen.
Per 1 januari is de jeugdzorg overgeheveld naar de gemeente. Gemeenten zitten het dichtst bij de inwoners en kunnen, volgens het kabinet, deze zorg effectiever, met minder bureaucratie en goedkoper leveren. Tot en met 2017 bezuinigt de Rijksoverheid daarom vijftien procent op het jeugdzorgbudget van gemeenten. Die berekenen dat door aan de instellingen.
De instellingen constateren echter meer versnippering in hun administratie. Zo is het verzenden van de rekeningen voor geleverde zorg tijdrovend. Die moeten naar vele gemeenten. Maar veel gemeenten zijn vaak nog niet aangesloten op het communicatiesysteem hiervoor, Vecozo.
Marjanne Sint, voorzitter van de Transitie Autoriteit Jeugd (TAJ) die toeziet op de continuïteit van de jeugdzorg, noemt het probleem van de bureaucratie een “serieus en onbedoeld effect” van de decentralisatie. “Niet alleen instellingen hebben er last van, ook gemeenten zelf”. Een snelle oplossing is er niet, zegt ze: “Het is nu eenmaal de uitkomst van het inkooptraject dat door de wetgever bedoeld is.”
Staatssecretaris Van Rijn (VWS, PvdA) laat weten “intensief in gesprek” te zijn met brancheorganisaties en gemeenten over “standaardisatie” van declaraties.
Geef een reactie