Volgens het Belastingplan 2017 wijzigt de regelgeving inzake het oprichten van een vrijgestelde beleggingsinstelling (VBI) met box 3 vermogen per 1 januari 2017. Het voor een kort durende periode overbrengen van vermogen van box 3 naar de VBI in box 2 wordt ontmoedigd. Daarnaast wordt de verschuldigde forfaitaire rendementsheffing over het vermogen in de VBI ook verhoogd. Hierna ga ik in op de vraag of het overbrengen van box 3 vermogen in de VBI nog wel interessant is.
Met een VBI bedoelen wij een NV of open fonds voor gemene rekening waarin een belang wordt gehouden groter dan 5%. Het lichaam zelf is vrijgesteld van vennootschapsbelastingheffing, alleen de aandeelhouder wordt in box 2 in de belastingheffing betrokken.
Vermogen moet box 3 langer dan 18 maanden verlaten
Het vermogen dat in de VBI wordt ingebracht en zo box 3 verlaat, moet minimaal 18 maanden in de VBI blijven. Wordt het vermogen eerder teruggehaald, dan zal het zowel in box 2 als in box 3 in de belastingheffing worden betrokken. In de wet is nog een tegenbewijsregeling opgenomen. Als aannemelijk gemaakt kan worden dat het zakelijk is om het vermogen weer uit de VBI terug te halen, geldt dat er geen dubbele heffing zal plaatsvinden. De belastingplichtige moet zelf de Belastingdienst informeren als deze binnen een termijn van 18 maanden zijn vermogen heeft teruggehaald uit box 2.
Hoger forfaitair rendement in box 2
Om het overbrengen van vermogen van box 3 naar box 2 te ontmoedigen, was in 2015 al tot een verhoging van het forfaitaire rendement besloten. Als vermogen ingebracht wordt in een VBI krijgt de aandeelhouder in box 2 ook te maken met een forfaitaire rendementsheffing. Tot en met 2016 werd uitgegaan van een forfaitair rendement van 4% (vergelijkbaar met dat van box 3) waarover 25% inkomstenbelasting verschuldigd was. Vanaf 1 januari 2017 wordt het forfaitaire rendement verhoogd van 4% naar 5,39%. Met het forfaitaire rendement wordt gerekend op het moment dat er geen of onvoldoende dividend wordt uitgekeerd in een jaar. Het forfaitaire rendement wordt berekend over de intrinsieke waarde van het aandeel in de VBI.
Rekenvoorbeeld: het overbrengen van box 3 vermogen naar de VBI is nog steeds interessant
De hiervoor beschreven maatregel is bedoeld om het zogenaamde boxhoppen tegen te gaan. Het volgende rekenvoorbeeld laat zien dat het boxhoppen interessant blijft. Uitgaande van een vermogen van € 1 miljoen is uitgerekend wat er bespaard kan worden door € 750.000 over te brengen naar box 2,. Daarbij is rekening gehouden dat het vermogen minimaal 18 maanden naar box 2 overgaat.
Vermogen box 3 | 1.000.000 | |||
Rendement | 1% | |||
Inbreng in VBI | 750.000 | |||
Inbreng VBI | ultimo december 2016 | |||
Opheffen VBI | medio juli 2018 | |||
2017 | 2018 | Totaal | ||
Box 3: 1,38% | 10.351 | 10.351 | 20.702 | |
VBI: fictief 5,39% *25% | 10.106,25 | 10.106,25 | ||
AB heffing werkelijk rendement | 2.891 | |||
AB verliesverrekening (uiterlijk 2017) | -7.215 | |||
Verschil belastingheffing | 17.811 |
In bovenstaande berekening zijn wij uitgegaan van een rendementsheffing van 1,38% voor vermogens tot € 1 miljoen. Voor vermogens groter dan € 1 miljoen is de heffing 1,62%. Met boxhoppen wordt dan nog meer bespaard. Overigens is er geen rekening gehouden met de kosten van het oprichten van de VBI.
Door in 2016 nog een deel van het box 3 vermogen over te brengen naar box 2, kan een fors bedrag aan vermogensbelasting bespaard worden in 2017. Dan moet nog in 2016 worden overgegaan tot oprichting van de VBI.
Ewoud de Ruiter is fiscaal jurist en directeur van Apollo Tax BV
Je kan vermogen (spaarrekening) overbrengen naar een open fonds voor gemene rekening. Dan geldt volgens mij niet het forfaitaire rente ment in box 2, maar valt dit open fonds voor gemene rekening wel onder de VPB en het box 2 regime