Rente over een lening die is aangegaan ten behoeve van de eigen woning, is alleen aftrekbaar als duidelijk bewijs kan worden getoond dat het geld ook daadwerkelijk aan het huis is besteed. Dat leert een recente uitspraak van het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden.
Een man koopt in 2006 een woning voor € 210.000 en sluit daarvoor een hypotheek van € 255.000 afgesloten.
In de eerste twee jaar besteedt hij € 39.000 aan onderhoud en verbetering van de eigen woning. Over 2011, 2012 en 2013 brengt hij bedragen van afgerond € 20.000 € 16.000 en € 15.000 in aftrek als rente. Die zijn gebaseerd op twee leningsovereenkomsten die hij met zijn ouders heeft gesloten. Maar de Belastingdienst merkt alleen de hypotheek aan als eigenwoningschuld; de overige twee leningen kwalificeren niet als zodanig, vindt de fiscus. Aftrek van rente is daarom niet aan de orde.
Geen bewijs
De man stapt naar de rechter, die de Belastingdienst in het gelijk stelt. Het gerechtshof bevestigt die uitspraak. “Belanghebbende mag de door hem betaalde rente als aftrekbare kosten van de eigenwoning aanmerken als hij aannemelijk kan maken dat hij het geleende geld heeft gebruikt voor de eigen woning. Het geleende geld is dan aan te merken als een eigenwoningschuld en de rente over de eigenwoningschuld kan in aftrek op het inkomen uit werk en woning worden gebracht.” Maar de man kan geen bewijs leveren dat aantoont waaraan het geleende geld is besteed. Dat geldt overigens ook voor de hypothecaire lening. “Door desondanks de hypothecaire lening volledig als eigenwoningschuld aan te merken is de Inspecteur aan belanghebbende tegemoet gekomen.”
De extra leningen zijn pas in 2009 en 2010 afgesloten, na de aanschaf van de eigen woning en het uitvoeren van de onderhouds- en verbeteringswerkzaamheden. “Daarnaast zijn deze leningen aangegaan door de ouders van belanghebbende.”
Geef een reactie