Een schenking die bedoeld is als kwijtschelding van een schuld is niet vrijgesteld van schenkbelasting als de schuldenaar zijn schuld uit eigen middelen had kunnen terugbetalen. Tot die middelen moet ook een eigen auto worden gerekend, zo oordeelt het gerechtshof in Den Haag.
Een stichting die tot 31 oktober 2013 de ANBI-status had, zet zich in om financieel hulpbehoevende mensen te helpen. Met dat doel wordt aan twee mannen in 2014 € 8.000 geschonken. Zij krijgen een aanslag in de schenkbelasting opgelegd van € 1.772, waarbij eenmaal de vrijstelling van € 2.092 is toegepast. Een vrouw ontvangt datzelfde jaar ruim € 5.000 en moet over het bedrag boven de vrijstelling ook schenkbelasting betalen.
De Belastingdienst stelt zich bij de beide heren later op het standpunt dat er sprake is van twee schenkingen: beide personen hebben € 4.000 gekregen en hebben allebei recht op de vrijstelling. Daarom wordt de aanslag verlaagd naar € 1.144.
Geen ANBI, genoeg geld
Het komt tot twee rechtszaken: de geschonken bedragen waren kwijtschelding van schulden, betogen de ontvangers. Daarmee zouden de schenkingen volledig zijn vrijgesteld van belasting. Maar daarin gaat de rechtbank en in hoger beroep ook het gerechtshof niet mee. De stichting was geen ANBI meer: vrijstelling op die grond is dus niet aan de orde, aldus de rechtbank. Daarnaast is een schenking vrijgesteld als die de begunstigde in staat stelt een schuld te betalen die hij anders niet (volledig) kan voldoen. Beide heren hadden begin 2014 ‘aanzienlijke banktegoeden’, aldus het hof. Met die bedragen – hoger dan de schenking – konden zijn hun schulden voldoen. De vrouw had weliswaar aanzienlijk minder geld op de bank staan, maar was wel in het bezit van een auto. Die moet ook tot het vermogen worden gerekend. Volledige vrijstelling is daarom in beide gevallen niet aan de orde. Het hof gaat in die redenering mee.
Uitspraken:
Geef een reactie