Ondernemers kunnen hun vingers lelijk branden aan de verhuur van hun dak voor de plaatsing van een Zon-PV-installatie. De huurconstructie kan de toekenning en mogelijke overdracht van de SDE+-subsidie behoorlijk bemoeilijken.
De SDE+ (Stimulering Duurzame Energieproductie) is een van de populairste subsidieregelingen wanneer het gaat om de productie van hernieuwbare energie in Nederland. Ondernemers doen ook graag een beroep op deze regeling, wanneer zij een Zon-PV-installatie willen laten plaatsen op het dak van hun bedrijf. Omdat deze installaties erg duur zijn, kiezen ondernemers ervoor om hun dak te verhuren aan marktpartijen. Daar kun je als ondernemer lelijk je vingers aan branden; de huurconstructie kan de toekenning en mogelijke overdracht van de SDE+-subsidie behoorlijk bemoeilijken.
Het ministerie van Economische Zaken gebruikt de SDE+-regeling sinds 2008 om de productie van hernieuwbare energie in Nederland te stimuleren. De SDE+ is een exploitatiesubsidie, wat wil zeggen dat producenten subsidie ontvangen voor de duurzame energie die zij opwekken. Omdat de kostprijs van duurzame energie hoger is dan die voor energie uit fossiele brandstoffen, is de productie van duurzame energie niet altijd rendabel. SDE+ vergoedt het verschil tussen de kostprijs van duurzame energie en de marktwaarde van de geleverde energie: de zogeheten onrendabele top.
Verbreding tot SDE++
De huidige regeling SDE+ wordt vanaf 2020 verbreed tot SDE++. Richt de huidige regeling SDE+ zich op duurzame energieproductie, onder de regeling SDE++ komt daar CO2-reductie bij. Ook bij de SDE++ zal het gaan om het stimuleren van technieken om de onrendabele top te vergoeden. Bij de SDE++-regeling concurreren de technieken op basis van het vermijden van CO2 en andere broeikasgassen in plaats van op de opgewekte duurzame energie. Welke technieken precies in aanmerking komen, wordt nog onderzocht.
Belangstelling voor Zon-PV
Terug naar de SDE+ en de vergoeding op de onrendabele top. Op dit moment – van 29 oktober tot en met 14 november – is er namelijk nog een najaarsopenstelling 2019. Verwacht wordt dat Zon-PV (fotovoltaïsche zonnepanelen) binnen deze openstelling de meest populaire categorie zal zijn. Die verwachting berust op het feit dat in de voorjaarsronde maar liefst 5.175 van de 5.376 aanvragen waren ingediend binnen de categorie Zon-PV. Dat is ook niet verwonderlijk, omdat het investeren met behulp van de SDE+-subsidie een goed rendement oplevert. In combinatie met de grote roep vanuit externe stakeholders om bedrijfspanden te verduurzamen, is het begrijpelijk dat veel bedrijven over een Zon-PV-installatie nadenken.
Het kost wat
Er is echter een maar: niet iedere ondernemer kan direct voldoende werkkapitaal investeren in een Zon-PV-installatie. Hier spelen andere marktpartijen weer slim op in. Deze partijen huren het dakoppervlak of een deel van een bedrijfspand om er een fotovoltaïsch zonnepanelenpark op te plaatsen en uit te baten. Dit blijkt nogal eens complex te zijn voor de ondernemer, gezien het aantal verschillende soorten huurcontracten en de bijbehorende huurprijzen. Echter, een dergelijke constructie kan ook complexe situaties opleveren met betrekking tot de toekenning van de SDE+ subsidie en een mogelijke overdracht hiervan. Onderstaande praktijkcasus illustreert dit.
Praktijkcasus
Een maatschap exploiteert een akkerbouwbedrijf. Als dakeigenaar heeft deze maatschap een opdracht verstrekt aan een marktpartij voor de verhuur van het dak en het aanvragen van een SDE+subsidie. Dit leidde uiteindelijk tot een toekenning op de SDE+ aanvraag. Nadat de SDE+ subsidie was toegekend, besloot de marktpartij dat zij het project niet meer wilde realiseren. Toenemende concurrentie en toekomstige exploitatierisico’s maakten het voor deze partij niet meer interessant om het projectmanagement te voeren en het project te realiseren. De eerste reactie van beide partijen was om de huidige positief beoordeelde aanvraag in te trekken en simpelweg opnieuw in te dienen op naam van de maatschap. Dit bleek echter geen optie, aangezien – na afgifte van een positieve beschikking – een aanvraag in dezelfde categorie op die locatie voor 3 jaar vanaf de datum van de subsidieverlening wordt geblokkeerd.
Overdracht SDE+-beschikking
De marktpartij was echter wel bereid om de SDE+-beschikking over te dragen en de maatschap wilde zelf wel investeren in dit project. Op basis van de intenties van beide partijen werd daarom een verzoek tot overdracht van de SDE+-beschikking ingediend bij de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland. Die wees de overdracht vervolgens af, omdat het op grond van de toelichting op artikel 61 van het Besluit SDE niet is toegestaan om de beschikking tot subsidieverlening over te dragen tot de datum van ingebruikname. Dit om speculatief gedrag tegen te gaan en om onnodig reserveren van de middelen te voorkomen. Er was bewust voor gekozen om het project uit te laten voeren door de marktpartij en vanuit de maatschap had zij expliciet toestemming had gevraagd en gekregen om het project uit te voeren op de locatie van de maatschap. Om die reden werd er geen ontheffing verleend.
Productie-installatie al bijna een feit
De maatschap had inmiddels al maanden geleden besloten om te investeren in het Zon-PV-systeem en was nog maar enkele stappen verwijderd van ingebruikname. Hiermee kon worden aangetoond dat de bouw van de productie-installatie al ver gevorderd was en dat deze binnen afzienbare tijd in gebruik kon worden genomen. Het intrekken van het besluit tot subsidieverlening zou hierdoor onevenredig zijn. Daarnaast valt in de toelichting op artikel 61 van het Besluit stimulering duurzame energieproductie van 16 oktober 2007 het volgende te lezen: “Overdracht van de beschikking tot subsidieverlening is na de datum van ingebruikname wel toegestaan.” Aangezien de marktpartij en de maatschap een zakelijke overeenkomst en transactie voor ogen hadden zonder enig winstoogmerk, moest hier een opening zijn. Uiteindelijk bleek die opening er na meerdere gesprekken ook te zijn, waarmee de overdracht van de toekenning SDE+ van de marktpartij naar de maatschap na ingebruikname alsnog kon worden afgerond.
Financieren of huren?
Deze casus heeft de betrokken partijen veel tijd, energie en geld gekost om tot een goede afloop te komen. Ben jij – of is jouw klant – ook van plan om te investeren in zonnepanelen? Bedenk dan goed via welke weg het Zon-PV-systeem wordt aangeschaft. Dat kan uiteraard via een financieringsconstructie voor wie zelf wil investeren, maar een huurconstructie is ook een optie. Besef daarbij wel dat:
- je als ondernemer bij een dergelijke huurconstructie bent overgeleverd aan de grillen van de marktpartij;
- er door de huurconstructie ook een complexe situatie wordt gecreëerd om de SDE-toekenning eventueel over te dragen.
In het geval jij of je klant te maken heeft met een vergelijkbare casus, is het wellicht verstandig om er een expert bij te betrekken.
Rogier Teunissen is Subsidieadviseur bij Fiscount.
Ondernemers ervaren belangrijke processtappen in het subsidietraject als obstakels. In de cursus Wegwijs worden in subsidieland neemt Fiscount adviseurs mee op reis door de subsidiewereld om ze de basisvaardigheden aan te leren en ze wegwijs te maken in subsidieland.
Geef een reactie