In mei zei Ahold Delhaize-topman Frans Muller tegen het FD dat het bedrijf in Nederland € 40 mln investeert in het pensioenfonds. Toch blijkt er op korte termijn geen cent extra richting het pensioenfonds te gaan.
40 mln ‘vrijgemaakt’
De vraag van het FD luidde of de vakkenvullers een bonus krijgen omdat Ahold Delhaize zo’n goed eerste kwartaal had gedraaid. Topman Muller antwoordde: ‘We willen onze mensen marktconform betalen, ook als het gaat om secundaire arbeidsvoorwaarden als ziektekosten en pensioen. In Nederland investeren we dit jaar €40 mln om het pensioenfonds gezond te houden.’ In De Telegraaf zei de topman dit bedrag te hebben ‘vrijgemaakt’ om ‘ons pensioenfonds te versterken’.
IFRS-pensioenlast
Pensioen Pro ontdekte echter dat er op korte termijn geen euro extra richting het pensioenfonds gaat. Desgevraagd verklaart een woordvoerder tegenover het blad: ‘Het gaat in dit geval om een zogeheten IFRS-pensioenlast als gevolg van een lagere disconteringsrente. Dit staat los van de premies die we betalen aan het pensioenfonds en het bedrag dat het fonds ontvangt van Ahold Delhaize.’ In een analistenpresentatie in februari verwees het supermarktconcern ook al naar de ‘non-cash service charge’ voor de Nederlandse pensioenregeling in 2020. Het blijkt in totaal om een bedrag van €45 mln te gaan voor al het personeel, inclusief het hoofdkantoor. De €40 mln die Muller in de kranten noemde, betreft alleen het supermarktpersoneel.
Dalende disconteringsrente
In Pensioen Pro legt accountant Dick Korf (KPMG) uit dat ondernemingen met een db-regeling onder de boekhoudregels IFRS verplicht zijn om jaarlijks hun pensioenverplichtingen op de balans te waarderen. Deze worden onder standaard IAS19 contant gemaakt tegen de marktrente voor hoogwaardige AA+ bedrijfsobligaties. De disconteringsrente bij Ahold daalde vorig jaar van 1,9 naar 1,2%, blijkt uit het jaarverslag. Hierdoor steeg de netto-pensioenverplichting op 31 december 2019 (pensioenverplichting min de waarde van de pensioenbezittingen, zoals beleggingen). Deze netto-verplichting vormt de basis voor de berekening van de zogeheten pensioenrentekosten in 2020, die bij het supermarktconcern in 2020 €45 mln hoger uitkomen.
Geen kasstromen naar het fonds
Korf stelt dat topman Muller niet zomaar een link kan leggen tussen een hogere pensioenlast voor een bedrijf en het versterken van het eigen ondernemingspensioenfonds. ‘Bij versterking van het fonds moet je denken aan extra premiestortingen of het verbeteren van de rechten van de werknemers via extra pensioentoezeggingen. Hogere IFRS-rentelasten zijn geen kasstromen, zeker niet naar het fonds. Het is het gevolg van een boekhoudkundige toerekening,’ aldus Korf in Pensioen Pro. Leen Paape, hoogleraar corporate governance op universiteit Nyenrode en accountant, vindt het noemen van de €45 mln in relatie met de coronacrisis ‘niet netjes’ en ‘bezijden de waarheid’. ‘De hogere pensioenlast voor Ahold-Delhaize was er sowieso geweest. Of het bedrijf nu een goed of slecht eerste kwartaal had gedraaid. Ik zie dit toch als een gevalletje onjuiste framing.’
Reactie Ahold Delhaize
De woordvoerder van Ahold zegt in het pensioenmagazine dat Muller in de interviews met het FD en De Telegraaf op een toegankelijke wijze heeft proberen uit te leggen wat het bedrijf allemaal doet voor de medewerkers. ‘Hij heeft duidelijk willen maken dat wij, los van de coronacrisis, in alle opzichten goed voor onze medewerkers zorgen. Via een marktconform salaris en via secundaire arbeidsvoorwaarden, zoals een goede pensioenregeling. Het bedrag dat wij dit jaar opzijzetten, is daar een goede illustratie van. Ter verduidelijking: Frans Muller bedoelde dat de extra pensioenlast die voortvloeit uit de lagere marktrente, voor de onderneming betekent dat zij dit bedrag moest vrijmaken in de begroting van 2020 voor hogere personeelskosten. Dit bedrag kon dus niet worden geïnvesteerd in bijvoorbeeld lagere prijzen of productinnovaties.’
Geef een reactie