Er moest extra papier in de printer om alle klachten tegen een accountant-administratieconsulent onder elkaar te krijgen. De Accountantskamer had in zijn oordeel uiteindelijk maar heel weinig tekst nodig.
25 klachten en 11 voorbeelden
Twaalf klachten waren gericht tegen het niet-integer handelen van de AA en het in diskrediet brengen van het beroep. Tien klachten gingen over het gebrek aan vakbekwaamheid. Daarnaast waren er nog eens drie ‘algemene’ klachten en elf voorbeelden die het falen van de accountant moesten illustreren. Afgelopen vrijdag deed de Accountantskamer uitspraak in de zaak. Pikant detail: de aangeklaagde accountant maakte, in elk geval in de periode waarop de zaak betrekking heeft, deel uit van de Accountantskamer. Hij had dan ook het slechte voorbeeld gegeven, luidde één van de aanklachten.
Hoe het begon…
De klager wilde in 2016 de aandelen in een tweetal besloten vennootschappen overnemen en vroeg een bedrijfsadviseur (RAB/RV) van een accountantskantoor hem daarbij te begeleiden. Nadat de onderhandelingen met de verkopende partij medio 2017 waren stukgelopen stelde de klager de adviseur aansprakelijk omdat zijn dienstverlening ernstig te kort zou zijn geschoten. Hierdoor had de klager onder meer hoge advocatenkosten. Hij verzocht, blijkens een mail, om een creditering van (een deel van) de factuur ‘onder dreiging van een tuchtklacht’. Niet veel later volgde een mail waarin hij een klacht tegen de bedrijfsadviseur aankondigde wegens ondeskundigheid, het per abuis verstrekken van vertrouwelijke informatie aan de verkoper, onzorgvuldigheid (werkzaamheden waren niet toetsbaar door het ontbreken van vastleggingen in het dossier), gemakzuchtigheid en mogelijk onethisch gedrag. Hij vroeg een accountant-administratieconsulent om de klachten tegen de bedrijfsadviseur en het kantoor waarvoor deze werkzaam was te onderzoeken. In zijn onderzoeksrapport concludeerde de AA dat de klachten niet terecht waren en dat hij geen grond zag voor de ingediende schadeclaim van € 425.000.
Klacht tegen bedrijfsadviseur
De klacht tegen de adviseur werd behandeld door de Raad van Tucht Nederlands instituut voor Register Valuators. Begin 2019 verklaarde deze Raad de klacht deels gegrond en legde de bedrijfsadviseur een waarschuwing op. Deze waarschuwing werd in een hoger beroep vernietigd. De klager liet het er niet bij zitten en stapte naar de Accountantskamer. Dit keer waren zijn grieven gericht tegen de accountant-administratieconsulent die de klacht tegen de bedrijfsadviseur had onderzocht en in zijn rapport had geconcludeerd dat de adviseur niet veel te verwijten viel.
Klacht tegen AA
Niet minder dan 25 aanklachten telde het document waarover de Accountantskamer zich onlangs boog. Die kwamen erop neer dat klager vond dat de accountant-administratieconsulent zich in hoge mate niet-integer en niet-vakbekwaam had betoond, niet onpartijdig en bovendien onethisch zou hebben gehandeld. Zo zou een door de accountant geschreven onderzoeksrapport inhoudelijk rammelen en zou hij zich te weinig voor zijn cliënt hebben ingezet. Elf concrete voorbeelden voerde de klager aan om zijn grieven te onderbouwen. Maar in de zitting van afgelopen vrijdag veegde de Accountantskamer ze één voor één van tafel. Een deel van de klachten had niet betrekking op de AA maar op het bedrijf waarvoor hij werkte en dit deel was daarom niet ontvankelijk. Dat de accountant niet-integer had gehandeld vond de Kamer niet aangetoond, en hetzelfde gold voor het vermeende gebrek aan integriteit. Ook alle aangevoerde voorbeelden faalden stuk voor stuk.
14 woorden
Na een lang exposé luidde het tot een conclusie waarvoor maar 14 woorden nodig waren. ‘De Accountantskamer verklaart de klacht niet-ontvankelijk dan wel ongegrond zoals hiervoor is vermeld.’
Lees hier de uitspraak: 20-710 ANONIEM AA
Geef een reactie