De Rechtbank Den Haag heeft prejudiciële vragen gesteld aan de Hoge Raad over de afwikkeling van het rechtsherstel box 3, zoals dat na het Kerstarrest is vormgegeven. De zaak draait om de vraag of fiscaal partners de mogelijkheid moeten krijgen om hun onderlinge verdeling van de grondslag sparen en beleggen alsnog aan te passen nadat zij het individuele financiële effect van de collectieve uitspraak hebben vernomen.
