De Accountantskamer heeft een AA berispt omdat hij laakbaar en in strijd met het fundamentele beginsel van vakbekwaamheid en zorgvuldigheid heeft gehandeld rond het teruggeven van een samenstellingsopdracht. De uitspraak werd gedaan nadat het kantoor van de veroordeelde AA eerst de voormalige klant dagvaardde vanwege een aantal onbetaald gebleven facturen. Die ging echter in de tegenaanval en stelden als tegeneis dat de AA de werkzaamheden niet conform de opdracht heeft uitgevoerd door geen jaarrekeningen over 2013 en 2014 op te stellen. Uitspraak: 17/1549 Wtra AK
Het accountantskantoor van de AA zou met ingang van 2013 de jaarrekeningen opstellen van de twee BV’s, waarin een autohandel en -reparatiebedrijf is ondergebracht. Na de in 2015 overeengekomen opdrachtbevestiging ontstaat volgens de AA echter een verschil van inzicht, omdat er onduidelijkheid bestaat over de juistheid van de balansposten voorraad en crediteuren. Nadat de klant om opheldering was gevraagd, verlangde deze dat de discutabele posten ongewijzigd bleven staan, in afwachting van de uitkomst van een fiscale procedure. De klant was tegelijkertijd volgens de AA niet bereid om de informatie te verschaffen die nodig zou zijn om de juistheid van de balansposten te verifiëren. De opdracht tot het samenstellen van de jaarrekeningen werd daarna teruggegeven, verdedigde de AA zich, of in elk geval in die zin gewijzigd dat zou worden volstaan met voorbereiding van de aangiften vennootschapsbelasting op basis van de aanwezige cijfers en het deponeren van die cijfers bij de Kamer van Koophandel.
Oordeel
Of er voldoende grond was om de opdracht terug te geven laat de Accountantskamer in het midden. Wel staat volgens de tuchtrechtelijke instantie vast dat de AA de in Standaard 4410 voorgeschreven stappen niet heeft gevolgd voordat de opdracht is teruggegeven. Aan de klager is bovendien niet expliciet meegedeeld dat diens weigering om nadere informatie te verschaffen voor de AA aanleiding zou zijn om de samenstellingsopdracht niet verder uit te voeren en terug te geven.
Berisping
De Accountantskamer acht daarom een berisping op zijn plaats. ‘De Accountantskamer laat daarbij wegen dat betrokkene geen enkel inzicht heeft getoond in de op hem op grond van zijn samenstellingsopdracht rustende verantwoordelijkheden en dat hij heeft gemeend de communicatie over de wijze van uitvoering van de door hem aanvaarde opdracht geheel over te kunnen en mogen laten aan [A] en [C]. Daardoor zijn klaagsters feitelijk in het ongewisse gelaten over het niet uitvoeren van de samenstellingsopdracht terwijl zij in verband met hun publicatieplicht bij de samenstelling van de jaarrekeningen een door betrokkene niet te veronachtzamen belang hadden.’
Geef een reactie