De fiscale fraudekamer van het Gerechtshof ’s-Hertogenbosch heeft de voorzitter van een goededoelenstichting tot 12 maanden gevangenisstraf veroordeeld omdat het hof bewezen acht dat hij van 2005 tot 2010 BTW-fraude pleegde. Als gevolg van de belastingfraude werd in totaal een belastingnadeel van 257.848,00 euro geleden door de Staat en de EU. De straf is hoger dan eerder bij de rechtbank Zeeland West-Brant, waar de rechter hem negen maanden celstraf had opgelegd.
Valse facturen
De oorspronkelijk uit Angola afkomstige voorzitter claimde op basis van valse facturen onterecht voorbelasting en vroeg omzetbelasting terug over het tweede kwartaal 2016. De stichting had daarop geen recht, omdat de inkopen van kantoorartikelen in werkelijkheid nooit hadden plaatsgevonden. In andere tijdvakken is voorbelasting teruggevraagd terwijl daaraan geen inkopen of inkoopfacturen ten grondslag lagen.
Schenkingen aan Afrikaanse doelen niet bewezen
Het hof rekent het de man zwaar aan dat hij heeft gehandeld zoals bewezen is verklaard. ‘De verdachte heeft door zijn handelwijze deze gemeenschapsbelangen geschonden. Hij heeft de fiscus als financier gebruikt voor eigen geldelijk gewin. Het hof is met de rechtbank van oordeel dat niet aannemelijk is geworden dat (het overgrote deel van) de onterecht ontvangen gelden is geschonken aan goede doelen in Afrika. Al moge dat wel zo zijn geweest, dan doet dit niet af aan de ernst van de belastingfraude. […] Het hof merkt ten overvloede op dat de verdediging, in aanmerking genomen dat de verdachte heeft verklaard dat de bijdragen aan goede doelen per bank werden overgemaakt en dat de administratie van de stichting zich in Nederland bevindt, door overlegging van bankafschriften van de stichting op relatief eenvoudige wijze het beweerdelijke bestedingsdoel van de onterecht ontvangen belastinggelden had kunnen aantonen. Daartoe is de verdediging echter in geen enkel stadium van de procedure overgegaan.’
Uitspraak: ECLI:NL:GHSHE:2019:3313
Geef een reactie