Een vraag die een RA stelde aan een collega over een kwestie waarvoor die RA later een waarschuwing kreeg opgelegd was geen formele consultatie. De geraadpleegde collega kan dan ook geen passieve houding worden aangewreven, oordeelt de Accountantskamer in een zaak die was aangespannen door de voormalig financieel manager van de stichting Sportbedrijf Amstelveen.
Uitspraak: 19-948 RA
Waarschuwing
Die financieel manager moest vertrekken nadat hij de Raad van Toezicht van het sportbedrijf, dat een aantal buitensportaccommodaties in Amstelveen beheert, over de angstcultuur die binnen de organisatie zou heersen informeerde. Hij spande vervolgens een zaak aan tegen de controlerend accountant die betrokken was bij een kwestie waar ook flinke onenigheid over was ontstaan. De tuchtrechter ging daar begin vorig jaar deels in mee en oordeelde dat de RA bij de controle van een gevormde voorziening voor groot onderhoud in verschillende opzichten was tekortgeschoten. Daarvoor kreeg hij een waarschuwing opgelegd.
Tweede tuchtzaak
De vertrokken financieel directeur liet het daar niet bij zitten en spande een tweede tuchtzaak aan tegen de RA die senior manager is bij het accountantskantoor waar de veroordeelde RA werkt. Door zijn passieve houding had hij niet voorkomen dat zijn collega een fout maakte die uiteindelijk heeft geresulteerd in de maatregel van waarschuwing, voerde de klager aan.
Vraag aan collega
De RA had een vraag gesteld aan zijn collega over het verschil van inzicht tussen de financieel directeur enerzijds en de directie en de Raad van Toezicht anderzijds over de voorgestelde wijze van verwerken van de voorziening groot onderhoud. Die collega was niet bij de controle betrokken, was niet op de hoogte van de onderliggende stukken en beantwoordde de vraag in algemene zin. De RA ging niet in op het verzoek van zijn collega om overleg. Hij vond dat niet passend omdat hij geen deel uitmaakte van het controleteam. Wel liet hij hem weten bereid te zijn tot een gezamenlijk overleg met hem en de financieel directeur. Op de zitting verklaarde de geraadpleegde RA dat hij de vraag van zijn collega over de verwerking van de voorziening heeft opgevat als een informele interne gedachtewisseling. Er was geen sprake van een formele consultatie.
Oordeel Accountantskamer
De Accountantskamer overweegt dat het controleteam, dat onder leiding van de veroordeelde RA de controlewerkzaamheden verrichtte, verantwoordelijk is voor het juist uitvoeren van die werkzaamheden. De andere RA had daarin geen enkele rol. Hij antwoordde vanuit zijn specifieke deskundigheid op een vraag van zijn collega, verder ging zijn taak niet. Er kan dan ook niet worden gezegd dat hij tekort is geschoten in de door de financieel directeur bedoelde zin, oordeelt de tuchtrechter. De Accountantskamer is van oordeel dat het gezien de gestelde adviesvraag niet op de weg van de geraadpleegde RA lag verdere actie jegens zijn collega te ondernemen in verband met de door klager gestelde fout. Ook hoefde hij er niet op toe te zien dat zijn advies werd opgevolgd, omdat van een formele consultatie geen sprake was.
De Accountantskamer verklaart de klacht daarom ongegrond.
Geef een reactie