Vallei Accountants heeft een eigen variant opgezet van de partnerstructuur die een aantal accountantskantoren hanteren: een Stichting Administratiekantoor, waarmee collega’s kunnen participeren in het bedrijf. Eigenaar Marfred de Leeuw legt uit hoe dat werkt.
Het partnermodel in de accountancy heeft zijn langste tijd gehad, stelde ING onlangs in een studie: de sector vergrijst en de toch al schaarse jongeren hebben er weinig mee. Fiscaal gezien is het partnermodel ook geen populair onderwerp omdat veel partners bij accountants-, advies- en advocatenkantoren op de Zuidas maar eindeloos belasting zouden blijven uitstellen dankzij deals met de Belastingdienst over het gebruikelijk loon. De AFM constateerde tot slot al eerder dat het partnermodel ook al niet echt bijdraagt aan kwaliteitverbetering op het gebied van audits.
Waarom een andere eigendomsstructuur?
Maar wat is dan een alternatief om werknemers aan je te binden? Eigenaar Marfred de Leeuw van Vallei Accountants denkt het antwoord gevonden te hebben. ‘Waarom zou een accountantskantoor anders zijn dan een reguliere onderneming qua eigendomsstructuur?’, vraagt De Leeuw zich af op LinkedIn. ‘Bij Vallei kennen we geen partnerstructuur, wij kiezen ervoor om door middel van een Stichting Administratiekantoor (STAK) collega’s de gelegenheid te geven om te participeren.’ Een van de ‘stakkers’, zoals de deelnemende medewerkers worden genoemd, is per 1 januari Hylke Frankena. Accountancy Vanmorgen vroeg De Leeuw hoe het werkt.
Hoe ziet jullie medewerkersparticipatiemodel er precies uit?
‘Collega’s kunnen investeren in certificaten van aandelen en verkrijgen hiermee het winstrecht op de aandelen.’
Hoe lang hanteren jullie dit model al en hoeveel deelnemers zijn er inmiddels?
‘Er zijn inmiddels zeven Stakkers bij Vallei. In 2018 zijn we hiermee gestart. Het voordeel is dat wij niet de beperkingen kennen van het partnermodel dat een bepaald winstaandeel per partner overeind moet blijven en dat er geen plaats meer is voor meer participanten. Met dit model kunnen we voorlopig nog wel door blijven gaan qua participaties. Verder is fulltime werken hiervoor ook geen vereiste.’
Wat levert een participatie op?
‘Mede-eigenaarschap en dus een evenredig deel van de winst dat wordt uitgekeerd op deze certificaten. Het mooie is ook dat er jong geparticipeerd kan worden, een aantal van de laatste participanten was nog geen 30. Verder hebben we een periodiek Stak-overleg, waar meer inzicht wordt gegeven en zaken worden gedeeld.’
Wanneer kun je participeren?
‘De drempel is het voldoen aan bepaalde kwalificaties en natuurlijk ook wel langere tijd bij Vallei in dienst zijn. Een aantal voorbeelden van kwalificaties zijn het hebben van de accountantstitel en als zodanig functioneren, het zijn van senior fiscalist of het hebben van een ander specialisme, het aansturen van een team, werk van hoge kwaliteit leveren et cetera. De standaarden zijn dus zeker ook aanwezig, omdat wij als kantoor kwaliteit en ondernemerschap willen uitdragen. Daarin wordt van ‘stakkers’ een voortrekkersrol verwacht.’
‘De werk-privébalans botst geregeld met het partnermodel’
En bij jullie hoef je dus niet tien jaar lang tachtig uur per week te maken?
‘Belangrijk verschil met het traditionele partnermodel is de weg naar het medewerkersparticipatiemodel. Bij traditionele accountantsorganisaties is het maken van lange werkweken in aanloop naar het partnerschap vaak toch wel een vereiste. Als partner worden deze lange werkweken vervolgens een groot deel van de carrière ook nog verwacht. Bij jonge talentvolle mensen ligt de nadruk niet alleen meer op carrière maar ook op privé: het gezin, een gezonde levensstijl en de sociale omgeving. Dat botst geregeld met het traditionele partnermodel. Wij zijn met een gemiddelde leeftijd van 30 jaar de volgende generatie accountants. Het is echt jammer om te zien dat zoveel jonge en talentvolle mensen vertrekken uit de accountancy. Vallei Accountants wil dit anders doen en op deze wijze mensen op een extra manier binden. De participatie kan echter nooit het enige middel zijn om de collega’s te binden. Alhoewel het in de praktijk niet altijd lukt, is het zeker ons streven een goede balans tussen zakelijk en privé te hebben.’
Bob Seemann zegt
Door alleen die professionals die anders vennotabel zouden zijn te laten participeren heeft Vallei Accountants een variant van het partnermodel geintroduceerd. Oude wijn in nieuwe zakken en een gemiste kans.
Bij Countus Accountants + Adviseurs kunnen wel alle medewerkers participeren. Meer dan de helft van onze medewerkers mag zich daarom trotse mede-eigenaar noemen van ons bedrijf. Dat is pas echt vernieuwend maar al wel jaren oud.
Kritische meelezer zegt
Het is maar net wat je onder vernieuwend verstaat, Bob. Als ik het zo lees, wordt er een alternatief geschetst en wordt er verder niet gesproken over een al dan niet vernieuwend model waarvoor Vallei gekozen heeft. Je mening over het échte vernieuwende model van Countus even afgezet tegen de praktijk bij Countus:
Countus heeft over het jaar 2020 een nettoresultaat behaald van € 831.000, afgezet tegen 558 medewerkers. Als meer dan de helft van de medewerkers mede-eigenaar is en dus meedeelt in het resultaat, is dat nog geen € 3.000 per medewerker (waarvoor ze mogelijk zelfs hebben moeten betalen om hier recht op te krijgen). Countus noemt dat vernieuwend mede-eigenaarschap. Andere kantoren, misschien Vallei ook wel, noemen dit al jarenlang een variabele bonus, beschikbaar voor álle medewerkers, niet alleen aan de medewerkers die gekozen en (indirect) betaald hebben om te participeren zoals bij Countus.
Over oude wijn in nieuwe zakken gesproken.
Bob Seemann zegt
Grappig dat je als kritische meelezer (anoniem helaas) alleen kijkt naar de winstgevendheid. Dat is de oude wereld van de vennoten waar we in het belang van het vak juist vanaf moeten.
Blijven investeren in mensen (ook tijdens Corona) en in het blijven ontwikkelen van mensen is juist de grootste uitdaging en daar steken wij ons geld nu in. Zouden meer kantoren moeten doen. Want daar komen de collega’s echt verder mee.
Overigens kent het participatiemodel bij ons niet alleen dividend maar ook een waardering. De waardestijging van het belang is de laatste jaren zeer goed. Countus is daarom waardevol en vernieuwend bezig. Zowel voor onze medewerkers als voor onze klanten.
Wat voeg jij toe?
Peter Mulder zegt
Dag Bob, dank voor je reactie.
Had inderdaad gekozen voor een alternatieve naam, ook omdat mijn echte naam net zo veel (of weinig) zegt dan mijn alter ego. Maar dat terzijde.
Ben het overigens helemaal eens met je dat het kunnen laten participeren van medewerkers goed is voor de binding van medewerkers, de continuïteit van de onderneming en daarmee ook de binding van klanten en het op niveau kunnen blijven bedienen van deze klanten. Dat geldt niet alleen voor de accountancy, maar voor veel meer sectoren denk ik.
Waar ik in eerste instantie vooral om reageerde, was de stellingname van jezelf over het ‘oude wijn in nieuwe zakken’ bij Vallei en ‘echt vernieuwend zijn’ bij Countus. Dat las ik als reclamespotje voor Countus ten opzichte van Vallei en dat verdiende mijns inziens wel enige nuancering. Het partnermodel wat alom bekend is, het gekozen STAK-model van Vallei en de brede medewerkersparticipatie bij Countus zijn allemaal gestoeld op dezelfde intentie, namelijk het binden van medewerkers, vasthouden van kennis en en het goed kunnen blijven bedienen van klanten. En of de medewerkers nu beloond worden in de vorm van dividend, een waardestijging van de participatie, een variabele bonus en/of het investeren in de ontwikkeling, per saldo worden bij veel kantoren de medewerkers goed beloond en maakt de gekozen participatievariant niet zoveel uit. En hoewel ik Vallei en Countus beiden inhoudelijk niet goed genoeg ken, geloof ik er zeker in dat beide kantoren goed zijn voor hun medewerkers, ongeacht of ze nu wel of geen participatie hebben in de club.
Hartelijke groet,
Peter Mulder