Op schadevorderingen van het Chinese staatsbedrijf COFCO tegen de Nederlandse en Braziliaanse takken van EY is Nederlands recht van toepassing. Dat heeft de rechtbank Rotterdam onlangs geoordeeld in een langslepende zaak tussen de bedrijven, blijkt uit een dinsdag gepubliceerd vonnis. Een tegenvaller voor EY, want het accountantskantoor had juist betoogd dat de door COFCO gestelde schade in Brazilië is geleden.
door Misha Hofland
Boekhoudschandaal Nidera
Uit een uitspraak van dezelfde rechtbank, die Accountancy Vanmorgen in 2020 wist te achterhalen, bleek dat COFCO EY aansprakelijk stelt voor de schade die het zegt te hebben opgelopen bij de aankoop van de Rotterdamse graanhandel Nidera. COFCO verwierf in 2014 en 2016 alle aandelen in Nidera Capital BV, de topholding van de Nidera-groep. De Chinezen constateerden naderhand dat er diverse boekhoudkundige onregelmatigheden binnen Nidera Brazilië hebben plaatsgevonden. EY NL en EY Brazilië waren de accountants van respectievelijk Nidera Capital en Nidera Brazilië.
Schadeclaim
De onregelmatigheden werden volgens COFCO door het accountantskantoor ten onrechte niet opgemerkt. Daardoor gaven de door hen gecontroleerde (geconsolideerde) jaarrekeningen van de boekjaren 2013 tot en met 2015 van de Nidera-groep en van Nidera Brazilië volgens COFCO een onjuist beeld. COFCO zegt daardoor schade te hebben geleden en stelde EY NL en EY Brazilië daarvoor aansprakelijk. Hoeveel er geclaimd wordt is nog niet duidelijk, maar vermoedelijk gaat het om een fors bedrag. COFCO betaalde in 2014 $1,3 miljard voor 51% van de aandelen in Nidera, voor het resterende belang werd later nog eens $450 miljoen overgemaakt. De graanhandel leed in de jaren na de aankoop forse verliezen als gevolg van het nieuws over de Braziliaanse boekhoudtrucs.
Toepasselijk recht
De aansprakelijkstelling is een buitengewoon langdurige kwestie, want pas nu komt de rechtbank Rotterdam toe aan een uitspraak over de vraag welk recht op de schadeclaims van toepassing is. COFCO stelde bij de Rotterdamse rechter dat de schade die het bedrijf zegt te hebben opgelopen door het handelen van EY Brazilië in Nederland is ingetreden. COFCO Coöp, een in Nederland gevestigde rechtspersoon, heeft namelijk de aandelen van de in Nederland gevestigde topholding van de Nidera-groep gekocht. COFCO Coöp kocht die aandelen bovendien via het in Nederland gevestigde bedrijf Cygne BV. EY Brazilië stelt zich daarentegen op het standpunt dat de door COFCO Coöp gestelde schade in Brazilië is geleden. De rechtbank geeft COFCO gelijk en oordeelt dat de schade waarvan vergoeding wordt gevorderd in Nederland is ingetreden. Ook het betoog van EY Brazilië dat er vanwege de nauwe band met Brazilië een uitzondering gemaakt zou moeten worden waardoor Braziliaans recht van toepassing is, wordt verworpen.
Rekening houden met Braziliaans recht
Dat betekent niet dat het Braziliaanse recht geen enkele rol speelt, oordeelt de rechtbank: ‘Bij beantwoording van de vraag of EY Brazilië naar Nederlands recht onrechtmatig heeft gehandeld door een op haar rustende zorgplicht jegens derden te schenden, komt op grond van artikel 6:162 BW betekenis toe aan alle omstandigheden van het geval. Eén van die omstandigheden is dat EY Brazilië – in beginsel, behoudens misschien bijzondere bijkomende omstandigheden – niet is onderworpen aan de in Nederland geldende regelgeving voor accountants, maar wel aan de in Brazilië geldende regelgeving op dat vlak, en mogelijk ook aan internationaal geldende gedragsnormen uit de beroepsgroep, het samenwerkingsverband waarin zij opereert en met klanten gemaakte contractuele afspraken. Daarmee komt indirect toch betekenis toe aan het Braziliaanse recht. EY Brazilië heeft als Braziliaanse accountant immers controlewerkzaamheden bij Nidera Brazilië uitgevoerd. Haar handelen zal daarom mede beoordeeld moeten worden in de feitelijke context van de destijds aldaar geldende regelgeving, normen, standaarden en voorschriften voor auditaccountants. Dit is in lijn met de gedachten achter artikel 17 Rome II. Of beroepsnormen van accountants kunnen worden gebracht onder het begrip ‘gedragsregels’ in de zin van artikel 17 Rome II kan in het midden blijven. Met inachtneming van dat feitelijk voor EY Brazilië geldende kader moet worden vastgesteld hoe ver de (eventuele) zorgplicht van EY Brazilië jegens derden als COFCO Coöp reikte en of zij die zorgplicht heeft geschonden.’
Of de door COFCO gestelde fouten van EY werkelijk zijn gemaakt en hebben geleid tot schade zal pas in een later stadium van de procedure bij de Rotterdamse rechtbank worden beoordeeld. De volgende zitting staat gepland in juli.
Chinees staatsbedrijf COFCO klaagt EY aan in miljardenzaak Rotterdamse graanhandelaar
Geef een reactie