Werkgevers en zieke werknemers moeten vanaf 1 juli 2023 bij het plan van aanpak en de eerstejaarsevaluatie hun visie op het re-integratietraject geven.
De Regeling tot wijziging van de Regeling procesgang eerste en tweede ziektejaar en de Regeling procesgang eerste en tweede ziektejaar voor vangnetters zonder werkgever in verband met regels over de re-integratievisie en een enkele andere wijziging is op 17 mei 2023 in de Staatscourant gepubliceerd.
Grotere betrokkenheid
De rol van de zieke werknemer tijdens de loondoorbetalingsperiode bij ziekte wordt verstevigd, doordat deze tijdens het opstellen van het plan van aanpak, het bijstellen daarvan en bij de eerstejaarsevaluatie, zijn visie op het re-integratietraject moet geven. Dit geldt ook voor de werkgever, zodat de wijziging leidt tot een grotere betrokkenheid van zowel de werknemer als de werkgever bij het re-integratieproces.
Re-integratieproces
Werkgevers zijn verplicht het loon van zieke werknemers gedurende een periode van twee jaar door te betalen.
De werkgever is samen met de werknemer verantwoordelijk voor het re-integratieproces. Als sprake is van dreigend langdurig verzuim, vraagt de werkgever de bedrijfsarts of arbodienst uiterlijk in de zesde week van de ongeschiktheid tot het verrichten van arbeid een oordeel te geven over de zieke werknemer. Als blijkt dat het ziekteverzuim langdurig is, legt de werkgever een re-integratiedossier aan. Onderdeel hiervan is het plan van aanpak.
Plan van aanpak
Het plan van aanpak stelt de werkgever op in overeenstemming met de werknemer. Dit betekent dat er een belangrijke rol voor de werknemer is neergelegd bij het opstellen van het plan van aanpak. De werknemer verleent ook medewerking aan het re-integratieverslag dat moet worden meegestuurd naar UWV bij de WIA-aanvraag.
Een werknemer heeft, conform artikel 6, eerste lid onder l, van de Regeling procesgang eerste en tweede ziektejaar, de gelegenheid om zijn oordeel te geven op de onderdelen van het re-integratieverslag. In aanvulling hierop is aan deze regeling toegevoegd dat de werkgever en de werknemer hun visie over de re-integratie geven bij het opstellen van het plan van aanpak, het bijstellen daarvan en de eerstejaarsevaluatie.
Visie op re-integratie
De visie is gericht op zowel de kortere als de langere termijn en kan, net als het plan van aanpak zelf, regelmatig bijgesteld worden als daar aanleiding toe is. De regeling geeft een werkgever en werknemer al ruimte om gemotiveerd af te wijken van de gestelde termijn voor het opstellen van het plan van aanpak. Deze ruimte geldt zodoende ook voor het geven van een visie daarop.
In de praktijk wordt al vaak een visie opgenomen in het plan van aanpak. In het (niet-verplichte) format van het plan van aanpak op de website van UWV wordt al expliciet de visie van de werkgever en van de werknemer gevraagd. Dan gaat het vooral om de visie over de functie en de arbeidsmogelijkheden.
Visie werkgever en werknemer in plan van aanpak
Met deze wijzigingsregeling is expliciet de visie op de re-integratie toegevoegd aan het plan van aanpak, bijstellingen daarop en de eerstejaarsevaluatie. Om een visie te kunnen geven is enige kennis van de relevante wet- en regelgeving, het re-integratieproces en de eigen verantwoordelijkheden vereist.
In het huidige poortwachtersproces kan de arbodienst, casemanager of bijvoorbeeld een arbeidsdeskundige hier inzicht in geven. Als een werknemer en/of werkgever niet in staat zijn om hun visie op de re-integratie te geven en er is behoefte aan ondersteuning, dan kan in overleg worden besloten om bijvoorbeeld een onafhankelijk casemanager of jobcoach te betrekken.
Verlenging loondoorbetalingsverplichting
UWV toetst voorafgaand aan de WIA-beoordeling de re-integratie-inspanningen van de werkgever en werknemer en kijkt daarbij of het re-integratieverslag compleet is, inclusief het plan van aanpak en de eerstejaarsevaluatie. Een niet compleet re-integratieverslag kan leiden tot een verlenging van de loondoorbetalingsverplichting voor de werkgever.
In het plan van aanpak, de bijstellingen daarop en de eerstejaarsevaluatie moet, naast afspraken over de te ondernemen acties om de mogelijkheden tot werken te vergroten, nu ook de visie van zowel de werkgever als de werknemer zijn vastgelegd.
Deze wijziging geldt ook voor de werkgever die eigenrisicodrager is voor de Ziektewet en zijn (ex-)werknemer. Bij het eindigen van het dienstverband tijdens de eerste twee ziektejaren is de eigenrisicodrager op dezelfde wijze verantwoordelijk voor de re-integratie als iedere andere werkgever.
Overgangsrecht
Voor werknemers van wie de eerste ziektedag vóór 1 juli 2023 ligt, is overgangsrecht opgenomen om te voorkomen dat werknemers en werkgevers in het al opgestelde plan van aanpak, de bijstellingen van het plan van aanpak en de eerstejaarsevaluatie verplicht worden om achteraf alsnog hun visies op het re-integratietraject op te nemen. De maatregel geldt daarom voor de stukken die na 1 juli 2023 zijn opgesteld.
In situaties waarin sprake is van samengesteld ziekteverzuim worden de ziekteperiodes bij elkaar opgeteld als zij elkaar met een onderbreking van minder dan vier weken opvolgen. Als hierdoor de eerste ziektedag voor 1 juli 2023 ligt, geldt de maatregel alleen voor de stukken die na die datum zijn opgesteld.
Vangnetter zonder werkgever
Voor een vangnetter zonder werkgever geldt dat hij bij ziekte aanspraak maakt op een Ziektewetuitkering, uitbetaald door UWV op grond van de Ziektewet. Bij vangnetters zonder werkgever moet worden gedacht aan zieke uitzendkrachten, zieke werklozen en werknemers van wie het tijdelijke contract is afgelopen. UWV is samen met de vangnetter verantwoordelijk voor de verzuimbegeleiding en re-integratie.
In de Regeling procesgang eerste en tweede ziektejaar voor vangnetters zonder werkgever wordt, op dezelfde wijze als hiervoor beschreven, de visie van de vangnetter zonder werkgever aan het gezamenlijke plan van aanpak toegevoegd, evenals aan eventueel bijgestelde versies daarvan.
De maatregel geldt voor de stukken die na 1 juli 2023 zijn opgesteld. In de situaties waarin sprake is van samengesteld ziekteverzuim worden de ziekteperiodes bij elkaar opgeteld als zij elkaar met een onderbreking van minder dan vier weken opvolgen. Als hierdoor de eerste ziektedag voor 1 juli 2023 ligt, geldt de maatregel alleen voor de stukken die na die datum zijn opgesteld.
Financiële en administratieve effecten
De wijziging van de Regeling procesgang eerste en tweede ziektejaar en de Regeling procesgang eerste en tweede ziektejaar voor vangnetters zonder werkgever heeft geen effect op de financiële lasten voor werkgevers en een beperkt effect op de administratieve lasten voor werkgevers.
Werkgevers waren al verplicht om bij langdurig ziekteverzuim een plan van aanpak op te stellen. Deze wijziging brengt alleen de verplichting met zich mee dat werkgevers in het plan van aanpak en de eerstejaarsevaluatie hun visie op de re-integratie moeten opnemen en werknemers moeten vragen hun visie in het plan van aanpak op te nemen. Dit geldt op dezelfde manier voor de Regeling procesgang eerste en tweede ziektejaar voor vangnetters zonder werkgever waar de werknemer zijn visie op de re-integratie aanvullend moet opnemen in het plan van aanpak en de eerstejaarsevaluatie.
Regeling van de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van 9 mei 2023, nr. 2020-0000231089
Geef een reactie