In aanloop naar de kabinetsreactie op de twee recente rapporten over de accountancy vraagt Accountancy Vanmorgen enkele partijen alvast naar hun kijk op de sector. Coalitiepartij ChristenUnie blijkt weinig te zien in nieuwe ingrepen en pleit vooral voor meer vertrouwen, vertelt Kamerlid Eppo Bruins.
Wat is uw beeld van de accountancy en hoe de sector op dit moment functioneert?
‘Er gaat in de branche heel veel goed. Er zijn een heleboel accountants die bezig zijn met goede dienstverlening aan organisaties en bedrijven, mannen en vrouwen met beroepstrots. Maar de focus ligt heel erg op de Big Four en op audit, de controle. Dat vind ik eigenlijk jammer, omdat accountancy zoveel breder is dan dat alleen. En dat doet ook wel iets met het imago van de sector.’
MKB-accountants hebben soms niet het gevoel dat de kritiek van buitenaf over hen gaat.
‘Nee precies. Zoals je ook ziet in het CTA-rapport ligt eigenlijk nagenoeg alle nadruk op de controlepraktijk. Terwijl de accountant zoveel meer te bieden heeft dan alleen maar die controle achteraf en eigenlijk vaak de steun en toeverlaat is van de kleine ondernemer. Dat aspect van het vak mist in dat rapport, in de beeldvorming en ook vaak bij de blik die politici op hebben. Het zou goed zijn als er meer aandacht komt voor maatwerk in de dienstverlening.
Wat ik ook heel belangrijk vind om te benoemen is dat er heel vaak wordt gekeken naar meer van hetzelfde. Eén van de problemen is dat we omkomen in de regels. De ChristenUnie is op zoek naar wat de oorzaak is van het wantrouwen, waardoor we zoveel regels hebben gekregen. Kunnen we de accountancy weer gaan opbouwen vanuit het principe van vertrouwen? Aan de oorzaken van het wantrouwen wordt eigenlijk nauwelijks aandacht besteedt.’
En waar heb je het dan over?
‘Daar zijn we momenteel bij de ChristenUnie over aan het nadenken, over de vraag waar dat wantrouwen vandaan komt. Waar komt het vandaan dat we in deze samenleving oplossingen creëren met meer regels, terwijl de oorzaken niet worden aangepakt? We willen kijken hoe we weer naar een maatschappij van vertrouwen kunnen gaan, een maatschappij van tweede kansen. Van genade, waar je ook fouten mag maken. We moeten stoppen met denken dat we het hebben geregeld wanneer we alles maar met wetgeving dichtschroeien. Daar los je niet de problemen van de praktijk mee op en ik denk dat de accountant nou precies zo’n beroep heeft waar je dat dagelijks tegenkomt. Dat je niet de situatie oplost met meer regels, maar dat je het daarmee eigenlijk verergert. Waardoor ook jonge mensen zich afvragen: wil ik in deze situatie eigenlijk nog wel accountant worden? Er is echt een vergrijzing gaande en er komen te weinig mensen de accountancybranche binnen, omdat het een onaantrekkelijk beroep dreigt te worden. Dat de oplossingen gezocht worden in meer regels, daar maak ik me zorgen over.’
De twee commissies die recent rapporten hebben uitgebracht over de accountancy stellen juist veel nieuwe maatregelen voor.
‘Dat is zo, maar dat gaat dus niet helpen. We weten nog niet wat de kabinetsreactie gaat worden, maar de overheid kan niet heel veel meer doen dan nog meer regels bedenken. En daar heb ik weinig vertrouwen in. Ook audit only gaat niet de problemen oplossen. Want het probleem zit veel dieper in onze samenleving, in heel veel sectoren. Er worden meer en meer regels gemaakt op basis van wantrouwen, terwijl een cultuurverandering toch echt een zaak van het hart is. Daar kun je als politiek nauwelijks op sturen.’
Wat zou er dan wel moeten gebeuren?
‘Ik denk dat we meer moeten gaan vertrouwen op het vakmanschap van de accountant. En regels beter op elkaar afstemmen, in plaats van meer regels stellen. Zorg dat samenstelpraktijk en audit wat dat betreft goed op elkaar aansluiten. Er is meer rust en ontspanning nodig in onze samenleving. Het kan niet zo zijn dat we straks meer en meer accountants nodig hebben om steeds kleinere fouten te ontdekken. Ook de controlepraktijk is gebaat bij minder regels. Aan een afvinkcultuur heeft niemand iets, dat is schijnzekerheid. Een uur met een directeur praten heeft vaak meer zin dan weer een reeks nieuwe vinkjes erbij.’
Heeft die focus op regelgeving ook te maken met de verwachtingen die er van de accountant zijn, met de rol van de accountant als het bijvoorbeeld gaat over fraude, witwassen, de poortwachtersfunctie?
‘Zeker. We komen op dat vlak met steeds meer taken, ook als het gaat om bijvoorbeeld de poortwachtersrol van banken bij witwassen. We leggen heel veel in de private sector neer en de politiek denkt dat ze het daarmee dichtgeregeld heeft. Maar daarmee creëer je een schijnzekerheid. Het enige wat je daarmee bereikt is het vak van accountant steeds onaantrekkelijker maken en zoveel vragen dat de kwaliteit er juist onder lijdt.’
Hoe ziet u wat dat betreft de vaak zeer kritische rol van de AFM? PwC-topvrouw Agnes Koops wees er onlangs op dat de dossiers die volgens de toezichthouder niet op orde waren al van enkele jaren geleden zijn en dat er sindsdien veel ten goede zou zijn verbeterd.
‘We houden elkaar een beetje bezig met woorden. We zijn bezig om die 1 procent uitwassen te bestrijden en daarmee belast je de 99 procent goede ondernemers en accountants. Ergens houdt de maakbaarheid van de samenleving op en ik denk dat die grens in de accountancy al lang is overschreden. Nog meer regels en nog meer vinkjes leiden tot slechtere controles en minder plezier in het werk. En dat is gewoon heel erg slecht voor de branche.’
Dus wanneer doet minister Hoekstra het wat u betreft goed als het kabinet straks met een reactie op de rapporten van CTA en MCA komt?
‘Als hij het vak niet onaantrekkelijker maakt en niet met nog meer instanties en regels komt. We moeten zorgen dat we uit de cyclus komen van: uitwassen bestrijden, meer regels, nieuwe uitwassen, weer meer commissies, rapporten en regels. Zoek de oplossing in de vertrouwensband tussen accountants en ondernemers.’
MH
Uitsluitend meer vertrouwen is wellicht een te smalle basis, voor de rest volkomen mee eens. Weg met die ‘cover my ass’ regeltjes- en afvinkcultuur waarmee politiek, ministerie, AFM, DNB, NBA, accountantskantoren, audit partners, controleteams tot individuele accountant elkaar in een wurgende houdgreep hebben. Laat het denken weer prevaleren. Geldt niet alleen voor kwaliteit van controles, maar ook voor veel andere gebieden.