De AFM zou een laagdrempelige voorziening moeten inrichten voor meldingen uit de accountancy. Ook zou de toezichthouder vaker kantoren kunnen bezoeken zonder directe aanleiding. Dit is een van de aanbevelingen uit een evaluatie van zowel AFM als DNB.
Gedegen toezichthouder
Alle zbo’s worden elke vijf jaar geëvalueerd. Woensdag stuurde minister Hoekstra de evaluatie van de AFM, uitgevoerd door bureau Kwink, aan beide Kamers. Het algemene beeld is dat het financiële gedragstoezicht in Nederland door de AFM van een goed niveau is. De AFM is een professionele en gedegen toezichthouder, die aan de hand van uitgewerkte en goed doordachte strategieën invulling geeft aan haar toezichttaak.
‘Toonzetting beter’
Toch komt Kwink met een aantal aanbevelingen. Het toezicht op accountantskantoren, zo schrijft het onderzoeksbureau, is vaker aangehaald door gesprekspartners om de ontwikkeling in de houding en werkwijze van de AFM te illustreren. Er is een breed gedragen beeld dat dit toezicht in de evaluatieperiode (2016–2020) is verbeterd en dat de AFM daarmee bijdraagt aan het verbeteren van de kwaliteit van wettelijke accountantscontroles en kwaliteitssystemen in de accountancysector. De AFM heeft de problemen in de sector inzichtelijk gemaakt en durfde hieraan stevige conclusies te verbinden. ‘Waar volgens sommigen aanvankelijk de toonzetting soms wel erg negatief was en de progressie bij accountantskantoren onderbelicht bleef, gaat dit nu ook beter’.
Afstand tot sector
Ruimte voor verbetering is er volgens gesprekspartners nog bij het ophalen van signalen uit de sector. In gesprekken is genoemd dat de afstand tussen de toezichthouder en onder toezicht staande instellingen (te) groot is. Instellingen zouden soms terughoudend zijn met het stellen van vragen en het delen van signalen en incidenten met de AFM, omdat ze bang zijn dat ze ‘meteen de toezichthouder over zich heen krijgen’. De Commissie Toezicht Accountantskantoren doet de aanbeveling om bij de toezichthouder een laagdrempelige voorziening in te richten waar accountants en accountantsorganisaties gebreken in de uitvoering van controles door andere accountants of accountantsorganisaties kunnen melden. Kwint beveelt de AFM daarom aan een laagdrempelige voorziening in te richten voor accountancy gerelateerde meldingen. Ook zou de toezichthouder instellingen vaker kunnen bezoeken zonder directe aanleiding (met een ‘open’ agenda), zodat de afstand tussen de toezichthouder en sector verkleind wordt en onder toezicht staande instellingen eerder signalen en incidenten zullen delen.
Niet terughoudend
Kwink: ‘De AFM is niet terughoudend met optreden als er grote risico’s of misstanden zijn. Recente productinterventies en het optreden van de AFM in de accountancysector illustreren dit. Over de jaren is wel een trend zichtbaar dat de AFM over het geheel genomen minder vaak formele instrumenten inzet en juist vaker gebruik maakt van informele toezichtinstrumenten. De daling in het aantal tegen de AFM ingediende bezwaren en aangespannen gerechtelijke procedures houdt hiermee waarschijnlijk rechtstreeks verband. Deze cijfers sluiten aan bij het beeld uit de gesprekken dat de AFM minder snel dan voorheen direct de confrontatie aangaat, vaker eerst de dialoog zoekt en passender omgaat met publiekelijke communicatie. Een werkwijze die kan worden getypeerd als ‘hard op de inhoud, zacht op de relatie’ draagt bij aan de effectiviteit van het toezicht. De AFM creëert daarmee een omgeving waarin goedwillende instellingen bereid zijn om signalen te delen en incidenten te melden, terwijl instellingen die de grenzen van de wet opzoeken of daar overheen gaan (weten dat ze) worden aangesproken en – waar nodig – aangepakt.’
Beter voorspelbaar
Voor de buitenwereld is niet altijd duidelijk waarom de AFM bij bepaalde risicovolle financiële producten, die nog niet (voldoende) worden gereguleerd of nog niet onder het toezicht van de AFM vallen, wel optreedt en bij bepaalde andere producten niet. Ook is het belangrijk dat de AFM bij legale schadelijke zaken eerst de dialoog zoekt met de wetgever en de sector, en alleen als de situatie daar echt om vraagt, en na zorgvuldige afweging, waarschuwt in de media. De AFM kan volgens het rapport nog beter aangeven bij welke risico’s ze ingrijpt en bij welke niet.
Download hier het rapport.
Geef een reactie