Een voormalige beroepsofficier die al sinds de jaren negentig in een arbeidsconflict is verwikkeld met het ministerie van Defensie behaalde in 2015 een succesje bij de Accountantskamer, maar dat blijkt nu bij het gerechtshof Den Haag een pyrrusoverwinning.
Uitspraak: ECLI:NL:GHDHA:2021:1066
De man was van 1989 tot medio 1996 aangesteld als beroepsofficier in tijdelijke dienst bij het ministerie van Defensie. Er ontstond een arbeidsconflict nadat hij misstanden aan de kaak stelde, dat zich feitelijk tot op de dag van vandaag voortsleept. Beide partijen spraken na bemiddeling van toenmalig defensieminister Hans Hillen af om hun langlopende conflict op te lossen door het voor te leggen aan een (later uitgeschreven) registeraccountant, die als onafhankelijk deskundige een niet-bindend advies zou geven. In mei 2014 adviseerde de RA Defensie om de man professionele begeleiding aan te bieden bij het zoeken naar een andere werkkring of het opzetten van een eigen onderneming, een vergoeding voor immateriële schade van € 75.000,- en vergoeding van de kosten van rechtsbijstand. Verder zou het aanbod wat de accountant betreft niet onderhandelbaar zijn en maximaal vier weken geldig.
De voormalige beroepsofficier sloeg het aanbod af. Volgens hem voerde de accountant de opdracht niet goed uit en is de Staat de afspraak daarom nog niet nagekomen. De Accountantskamer legde de RA in 2015 een waarschuwing op. Hij had onder meer vooraf geen uitsluiting van tuchtrechtelijke aansprakelijkheid aan de betrokken partijen mogen vragen. Ook viel het hem tuchtrechtelijk te verwijten dat hij buiten medeweten van de betrokken partijen advies bij derden had ingewonnen.
Hans Hillen, bron: CDAAfspraak nagekomen?
De voormalige beroepsofficier stelde zich daarna op het standpunt dat het onacceptabel is dat de Staat de zaak wilde afdoen op basis van het – volgens hem – ondeugdelijke onderzoek van de RA. Hij vroeg om nakoming van de afspraak met minister Hillen door een nieuw onderzoek uit te laten voeren. De Staat stelde zich echter op het standpunt dat de afspraak met Hillen al was nagekomen met de benoeming en het onderzoek van de RA. Het hof geeft de Staat daarin nu gelijk. De afspraak is nagekomen: het advies is door de accountant is gegeven en de Staat heeft daarvoor betaald wat was afgesproken.
Gesprek met minister Hillen
Op 2 november 2012 had hij een ontmoeting met minister Hillen en de voorzitter van de Defensievakbond. Tijdens deze ontmoeting vertelde hij over de problemen waarop hij was gestuit tijdens zijn aanstelling bij Defensie en de misstanden die hij had waargenomen op de kazerne waar hij werkte. Hij vertelde ook dat Defensie hem een ontoereikend schadebedrag van € 75.000,- had aangeboden. Tijdens deze ontmoeting kwam de mogelijkheid ter sprake om een onafhankelijke deskundige een niet-bindend advies uit te laten brengen over de kwestie, zodat de voormalige beroepsofficier en Defensie hun conflict zouden kunnen afsluiten. Na de ontmoeting, ’s-avonds op dezelfde dag, heeft Hillen telefonisch aan de vakbondsvoorzitter laten weten dat de officier een onafhankelijke derde mocht aanwijzen voor een niet-bindend advies om de zaak snel tot een einde te brengen. Defensie zou de kosten van het onderzoek betalen en de kosten van rechtsbijstand volledig vergoeden. Wat tijdens het mondelinge gesprek en het telefoontje door Hillen is afgesproken werd door partijen daarna gezamenlijk beschouwd als ‘de afspraak met Hillen.’
Rechtbank Den Haag
Dat leidde dus niet tot een oplossing en de voormalige beroepsofficier hoopte waarschijnlijk dat hij met de veroordeling door de Accountantskamer in de hand ook succes zou hebben in de civiele zaak die hij ondertussen tegen de Staat had aangespannen. Dat viel echter tegen, want in 2019 oordeelde de rechtbank Den Haag al dat er geen sprake was van een tekortkoming in de nakoming van de afspraak. Het besluit van de minister van Defensie om het geschil ter definitieve beëindiging voor te leggen aan een deskundige was volgens de rechter deugdelijk uitgevoerd, Defensie mocht het deskundigenadvies van de accountant integraal overnemen.
Hoger beroep: afspraak uitgevoerd
De voormalige militair liet het er nog altijd niet bij zitten en tekende hoger beroep aan. Ook bij het Gerechtshof wordt de Staat nu dus echter in het gelijk gesteld. De tussen partijen overeengekomen opdracht heeft de Staat daadwerkelijk aan de accountant gegeven, constateert het hof onder meer. In het rapport van de accountant staat precies op basis van welke opdracht hij zijn advies heeft uitgebracht en dat is de door partijen gezamenlijk afgesproken opdracht. De Staat heeft een aanbod aan de officier gedaan conform het advies van de accountant. De Staat heeft de kosten van de advisering door de accountant betaald en de kosten van rechtsbijstand voor de militair vergoed. Daarmee is de Staat de tussen partijen gemaakte afspraak nagekomen, oordeelt het Hof.
Rapport accountant
Het feit dat de het niet eens is met de inhoud van het rapport van de accountant, maakt niet dat de Staat zich niet aan de overeenkomst heeft gehouden en toerekenbaar tekort is geschoten. Door het laten uitvoeren van de gezamenlijke opdracht door de accountant is de overeenkomst gestand gedaan, ongeacht de inhoud van het advies van de accountant. Dat zou mogelijk anders kunnen zijn als de accountant zozeer van de opdracht is afgeweken, dat zijn advies niet langer kan gelden als een uitvoering van de opdracht. De accountant heeft met verschillende argumenten aangevoerd dat dit het geval is. Deze argumenten gaan volgens het Hof echter niet op.
Het hof bekrachtigt daarom het bestreden vonnis van de rechtbank Den Haag van 23 oktober 2019.
Geef een reactie