![](https://www.accountancyvanmorgen.nl/wp-content/uploads/sites/2/2023/09/shutterstock_1879675894-390x225.jpg)
Dit jaar is € 431 miljoen aan aftrekmogelijkheden voor energiezuinige oplossingen beschikbaar, een verhoging van € 172 miljoen vergeleken met 2024. In 2026 wordt de pot vergroot naar € 460 miljoen. De Energielijst is de basis van de EIA. Daarop staan verschillende innovatieve, energiebesparende en duurzame energietechnieken. Bedrijven die investeren in bedrijfsmiddelen van de Energielijst kunnen 40% van de investeringskosten aftrekken van hun fiscale winst. De Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO) past de lijst elk jaar aan. Voor 2025 zijn er bedrijfsmiddelen toegevoegd en verwijderd. Ook zijn de eisen van een aantal investeringen aangepast.
Kleinverbruikersaansluiting niet meer verplicht
Zo is bijvoorbeeld bij investeringen in zonnepanelen voor elektriciteitsopwekking het niet langer verplicht dat die aangesloten zijn op een kleinverbruikersaansluiting. Hierdoor hebben bedrijven die investeren in een zonnepaneelsysteem op een grootverbruikersaansluiting en hiervoor geen SDE++-subsidie kunnen krijgen, nu onder bepaalde voorwaarden wel belastingvoordeel van de EIA.
Andere bedrijfsmiddelen op de Energielijst zijn aangepast om beter aan te sluiten bij marktontwikkelingen. Zo moeten bedrijven die investeren in warmtepompen voor gebouwen nu voldoen aan hogere Seasonal Coëfficiënt Of Performance (SCOP)-eisen. Door de warmtepompen uit te breiden met een extra temperatuurstap, krijgen ook die nu belastingvoordeel en er zijn hogere maximale investeringsbedragen voor isolatie in bestaande constructies en isolerende beglazing. Door stijgende marktprijzen stijgt zo ook het belastingvoordeel op deze investeringen.
Netbalancering van de lijst gehaald
Aan de lijst is verder het boilersysteem op ijzerbrandstof toegevoegd. “Dit innovatieve systeem kan gasgestookte boilers vervangen. Het systeem levert daarmee een belangrijke bijdrage aan de energietransitie.” Anderzijds zijn er ook investeringen van de Energielijst gehaald, zoals investeringen in een ‘intelligent lokaal energienetwerk’ (smart grid) en netbalancering door actieve sturing van installaties. “Het verdienmodel voor technieken die bijdragen aan het in balans houden van vraag en aanbod van elektriciteit op het elektriciteitsnet wordt steeds aantrekkelijker. Bij sommige investeringen is de terugverdientijd inmiddels minder dan vijf jaar. Om deze reden zijn die van de lijst gehaald.”
MIA/Vamil
Voor 2025 trekt de overheid € 189 miljoen uit voor de Milieu-investeringsaftrek (MIA) en € 20 miljoen voor de Willekeurige afschrijving milieu-investeringen (Vamil). Om zoveel mogelijk bedrijven belastingvoordeel te bieden, is de regeling aangepast. Bedrijven krijgen daarnaast eerder duidelijkheid over hun aanvraag, doordat de RVO vanaf 1 januari de bezwaar- en beroepsprocedure overneemt van de Belastingdienst.
Nieuw is dat het maximale jaarlijkse investeringsbedrag waarvoor bedrijven belastingvoordeel kunnen krijgen, per belastingplichtige voor alle bedrijfsmiddelen is verlaagd naar € 25 miljoen. Voor bepaalde bedrijfsmiddelen is dit maximale bedrag lager. Bedrijven kunnen het belastingvoordeel van de MIA\vamil niet meer combineren met een aantal subsidies voor verkeer en vervoer, zoals subsidies voor de aanschaf van een uitstootvrije vrachtwagen (AanZet) of private laadinfrastructuur (SPRILA).
Voor investeringen in duurzame en circulaire gebouwen zijn de maximale investeringsbedragen en enkele aftrekpercentages voor de MIA verlaagd.
Nieuw op de Milieulijst zijn onder meer investeringen in grondstoffen- en watergebruik, een inzamel- en het geldretoursysteem voor herbruikbare bekers, een tankinstallatie voor ruitensproeiervloeistof om het gebruik van verpakkingen te verminderen en bepaalde investeringen in de landbouw.
Geef een reactie