Ondernemer overlijdt, zijn bedrijf gaat failliet en zijn weduwe blijft zonder pensioen achter. Dat is kort de tragische samenloop die 6 mei j.l. leidde tot een zaak bij de accountantskamer.
Het kwam allemaal boven water na het overlijden van een Achterhoekse ondernemer. Zijn geld zat in een beheersmaatschappij die zijn eigen naam droeg en hij was daarnaast actief in technische productiebedrijven bedrijven.
Fiscalist wordt bestuurder bij klant
Klager neemt – naar eigen zeggen op verzoek van de betrokken accountant – na overlijden de rol van bestuurder over, eerder was klager als belastingadviseur betrokken bij het bedrijf. De beheersmaatschappij gaat vervolgens failliet. Saillant detail: het faillissement wordt aangevraagd door de broer van de overleden ondernemer.
Curator stelt nieuwe bestuurder aansprakelijk
Na het faillissement stelt de curator de klager aansprakelijk als bestuurder vanwege materiële posten in de jaarrekening die niet zouden kloppen. Dat is voor klager – die overigens jaren voor de betrokken accountant heeft gewerkt – redenen om de betrokken accountant die de jaarrekeningen van de beheersmaatschappij samenstelde voor de accountantskamer aan te spreken.
Foute jaarrekeningen?
De klachten gaan over de jaarrekeningen van 2008 tot en met 2012. De accountant heeft die jaarrekeningen samengesteld. Overigens op basis van gegevens verstrekt door de inmiddels gefailleerde onderneming en de in 2014 overleden eigenaar. De eigenaar voerde zelf de administratie. De cijfers werden jaarlijks besproken en de opdrachtbevestigingen en LOR’s waren allemaal in orde. Over 2013 heeft de accountant alleen een conceptjaarrekening opgesteld.
Pensioen in Eigen Beheer
De onregelmatigheden in de boeken betreffen o.a. een al dan niet vermeende investering – in het kader van Pensioen in Eigen Beheer- in een Turks vakantieresort ter hoogte van € 735.000. Waarvan niet duidelijk is of er ook daadwerkelijk geld is overgemaakt, aldus de klager. Accountant zou hier ook onvoldoende over hebben doorgevraagd.
De betrokken accountant verklaart hierover dat hij over deze posten in het verleden wel gesproken heeft met de overleden ondernemer en dat die hem documentatie toonde die de posten voor hem acceptabel maakten.
De accountant wordt daarnaast verweten de weduwe van de ondernemer verkeerd advies te hebben gegeven om een vorderingen van € 60.000 te betalen waardoor zij in financiële problemen zit waardoor zij inmiddels haar huis heeft moeten verkopen. Klager neemt dat de accountant kwalijk. De betrokken accountant vindt ook dit verwijt niet terecht. Hij heeft geen zorgplicht t.o.v. de weduwe en ontkent het advies.
Wel of niet verjaard?
Betrokken accountant ontkent verkeerd bezig te zijn geweest. Hij stelt bovendien dat de klacht verjaard is. Zijn laatste handtekening staat onder de jaarrekening van 2012. Klager is het daar niet mee eens. De feiten kwamen pas in 2018 boven water en zijn volgens hem daarom klachtwaardig. De Accountantskamer neemt zo’n 15 weken voor het komen tot een vonnis. Wtra 18/2163
Geef een reactie