Beleggersvereniging VEB heeft ABN AMRO aansprakelijk gesteld voor de door beleggers geleden schade die er volgens de VEB is doordat de bank een beschuldiging van schuldwitwassen lang stil zou hebben gehouden. De maandag door de VEB aan ABN AMRO verzonden brief daarover is de opmaat naar een collectieve schadevergoedingsactie ten behoeve van gedupeerde beleggers, meldt de belangenvereniging.
Nieuws over Wwft-onderzoek
Er loopt al een tijdje een onderzoek naar overtredingen van Wwft bij ABN Amro. Vorige maand werd bekend dat daar ook het vermoeden van het zogeheten schuldwitwassen bij was gekomen. Daarbij is de beschuldiging dat de bank het vermoeden had dat er transacties werden gedaan met geld dat is verkregen uit een misdrijf, maar daar geen actie op ondernam. Dat kan leiden tot vervolging van directieleden. Dat nieuws zorgde voor flinke onrust onder beleggers. De koers van het aandeel ABN AMRO zakte significant. De VEB noemt die koersdaling logisch, gezien de eerdere schikking van honderden miljoenen die ING trof vanwege nalatigheid rond witwassen. De verdenking van het OM jegens ABN AMRO is van een zwaardere categorie.
Geen kennis over schuldwitwassen
Weinig beleggers hadden kennis genomen van deze informatie, stelt de VEB. Onvoldoende geïnformeerd kochten zij tegen een te hoge prijs ABN AMRO aandelen. ABN AMRO vermeldde het feit dat het OM haar nu ook beschuldigd van schuldwitwassen pas in het laatste deel van het eigen jaarverslag. Bovendien had ABN AMRO deze nieuwe verdenking volgens de beleggers bekend moeten maken op een eerder tijdstip: het moment dat het OM haar informeerde over de aanvullende, ernstigere verdenking.
De VEB verwijt ABN AMRO in deze kwestie twee zaken:
1. ABN AMRO heeft voorwetenschap – te weten de aanvullende, ernstigere beschuldiging door het OM dat sprake was van schuldwitwassen – niet onverwijld naar buiten gebracht. ABN AMRO was niet gerechtigd tot uitstel van deze openbaarmaking.
2.Toen uiteindelijk – te laat – deze informatie wereldkundig is gemaakt, deed ABN AMRO dit op een plek die niet passend is voor dergelijke essentiële informatie; op pagina 282 achterin het jaarverslag. Hierdoor was deze informatie niet snel toegankelijk en kon deze informatie niet op correcte wijze en tijdig worden beoordeeld door het publiek.
Op vragen van de VEB geeft ABN AMRO volgens de beleggersvereniging geen afdoende antwoord waarom zij deze informatie heeft weggestopt achterin het jaarverslag: “In onder andere jaarverslagen is ten aanzien van dit onderzoek een vermelding gemaakt, zonder dat die informatie naar haar aard als uitputtend kan worden beschouwd. Deze disclosures staan op de gebruikelijke plaatsen en kunnen, naar zo ver wij begrijpen, goed gevonden worden.”
Geef een reactie