Duurzaamheid komt meer ‘van het papier af’. Een voorbeeld is Campina’s ‘topmelklijn’. Wil je hier als melkveehouder aan meedoen, dan stelt Campina extra eisen. Dan krijg je wel 3 cent extra per liter melk. Maar het gaat verder. Wat nu als banken alleen nog maar melkveehouders willen financieren die in die topmelklijn zitten? Lees deze AV-longread.
Afnemende biodiversiteit, Sustainable Development Goals die niet worden gehaald, ontbrekende politieke consensus over de juiste aanpak; beschadigen we onze planeet niet met tomeloze kracht? Het vergt dan ook een grote inspanning om dat om te buigen. Iedereen heeft daarin een eigen taak en een eigen verantwoordelijkheid, van de overheid tot de burger die zijn boodschappen doet bij de supermarkt. Dat verlangt een andere mindset van burgers, bedrijven, overheden, politiek – en dus ook van accountants en financiële instellingen.
Ronde tafel
Voldoende aanleiding voor een rondetafelsessie ‘Groen en non-financial reporting’ op 10 januari jl. bij ING, met de volgende tafelschikking: Bas Groenveld (Logius), Fou-Khan Tsang (Alfa Accountants & Adviseurs), Hilde de Jong (Topicus Finance), Ferdy van Beest (Nyenrode Business Universiteit, Flynth), Jan Wietsma (o.a. MKB Kredietcoach en bestuurslid NBA), Ad van Egmond (Grant Thornton), Paul Staal (Global lead XBRL, structured data ING) en Frans Heitling (hoofdredacteur Accountancy Vanmorgen), met Elly Stroo Cloeck (adviseur risicomanagement/auditing) als voorzitter. Aan de hand van zes gelaagde stellingen kwam de discussie snel op gang. Een (waar mogelijk) gecomprimeerde uitwerking per stelling en conclusie.
Stelling 1. Accountants/intermediairs moeten hun maatschappelijke verantwoordelijkheid nemen voor ecologische en sociale vraagstukken
Fou-Khan Tsang: ‘Correct; accountants hebben een grote maatschappelijke taak ten aanzien van het doorprikken van greenwashing (het zich groener voordoen dan een bedrijf c.q. organisatie daadwerkelijk is).’ Elly Stroo Cloeck: ‘Met andere woorden: je vindt het dus een maatschappelijke verantwoordelijkheid van de accountant om ervoor te zorgen dat bedrijven geen onzin rapporteren?’ Tsang knikt stevig en Bas Groenveld haakt daar nog even op aan: ‘Zowel voor de overheid, de burger als het bedrijfsleven is het interessant dat de accountant er in zijn rol aan kan bijdragen dat er transparantie en waarheid wordt geleverd.’ De snelle conclusie luidt daarmee: ja, accountants en intermediairs moeten hun maatschappelijke verantwoordelijkheid hiervoor nemen, maar het ‘waarom’ en het ‘hoe dan precies’….dat vraagt nog wel om nadere uitwerking.
Stelling 2. In de discussie over het milieu moet het financiële risico als vertrekpunt worden genomen
‘Veel grote bedrijven schrikken van de mogelijke financiële risico’s naarmate duurzaamheid steeds belangrijker moet worden binnen hun bedrijfsvoering’ merkt Tsang op. ‘Maar dat geeft ook gelijk aan dat ze vooral nog ‘vastzitten in geld’. Alleen een zuivere focus op financiering is in mijn ogen te beperkt, je moet ook naar andere waardeoordelen gaan.’ Jan Wietsma spreekt op zijn beurt liever over financiële robuustheid dan over financiële risico’s. ‘De vraag voor de ondernemer is hier: als ik nu niets doe, ben ik dan over tien jaar nog wel relevant? Dan wordt het wel een ander verhaal.’
Ferdy van Beest: ‘Als bedrijven dit zelf niet of onvoldoende oppakken, is wetgeving het alternatief. Maar als doelen in wetgeving te scherp worden gesteld, gaan bedrijven failliet. Investeren in duurzaamheid kost geld. Dat moet niet te ver doorschieten, omdat je anders je concurrentiepositie verliest als Nederland.’ Paul Staal, bedachtzaam: ‘Je kunt niet alle waardes in geld uitdrukken. Als je zegt ‘het leven van een bij definieer ik niet, daar hang ik geen financiële waarde aan’, dan kun je roofbouw plegen. Want het risico bestaat zogenaamd niet, omdat je het niet beprijst.’ Groenveld: ‘Als we alles willen inprijzen, alle risico’s meewegen, zijn we misschien ook helemaal niet meer rijk.’ Hilde de Jong: ‘Ik denk dat Integrated Reporting en de circulaire economie ervoor zorgen dat je ook naar ándere waardes kijkt, meer dan we nu doen. Althans, ik hoop dat we daar in Nederland meer gebruik van gaan maken!’ Een rake opmerking.
Verschillende rollen
Frans Heitling: ‘We moeten hier naar de verschillende rollen kijken; het totaal aan checks and balances. De consument wil geen rotzooi, maar wie houdt de producent bij de les? Dat zijn jullie, in je rol van accountant, en daar hoort een moreel besef bij. Dan gaat het onder meer om controle van financiële stromen, heel veel zaken waar je een prijskaartje aan kunt hangen. Van beroepsgroepen tot politieke partijen, van accountants tot wetshandhavers en burgers; iedereen heeft daarin een rol. Als iedereen zich daarvan bewust is, dan kun je als groot geheel stappen maken. Laat als accountant zien dat je in dat spel een rol hebt – en dat je die ook durft te pakken.’ Stroo Cloeck: ‘Conclusie: het financiële risico is belangrijk, maar neem het niet als enig vertrekpunt.’
Stelling 3. People Profit Planet moeten alledrie in het jaarverslag
Wietsma trapt af: ‘Integrated reporting (IR) is ontzettend breed; ik denk dat we op dit moment te veel raamwerken hebben waarbinnen we kunnen rapporteren. Hierdoor weet niemand wat-ie eraan heeft. Ondernemers verdwalen al in het begrip IR; daarom is er duiding nodig en een goed begrippenkader, voordat je verder kunt met rapportages.’ Van Beest: ‘Ik ben het hier 180 graden mee oneens. De uitgangspunten van het IIRC (International Integrated Reporting Council) vind ik fantastisch. Het gaat mij er niet om dat alle bedrijven allemaal exact hetzelfde moeten rapporteren; ze moeten in substance nadenken over wat hun businessmodel is, hun license to operate. Het IIRC zegt niet zoveel over duurzaamheid, maar meer over het incorporeren van het financiële en het niet financiële in het jaarverslag, op transparante wijze. Het gaat erom wat je als bedrijf nou daadwerkelijk doet. Als je daar goed over rapporteert, creëert dat transparantie. En dan maakt het dus niet uit of je framework A of framework B gebruikt. Ik zeg dus: ja, het moet juist in een verslag, het gaat om de betrouwbaarheid naar buiten toe in je rol als accountant.’
IR in het MKB
Tsang: ‘Ik ben het met beiden eens. De financiële weergave van een onderneming zegt nu eenmaal niet altijd hoe het met de onderneming gaat – en dat gaan we steeds vaker merken. Mooi voorbeeld daarvan zijn de luchtvaartmaatschappijen. Zelfs in hun Integrated Reports kun je nergens lezen hoeveel CO2 ze nu helemaal uitstoten. IR is nu nog iets voor heel grote bedrijven, maar du moment dat het echt omarmd wordt in het MKB, wordt het echt relevant.’ Voor het MKB is IR nu nog te belastend, stelt Ad van Egmond. ‘Het besef is er gewoon niet, ze gebruiken het nergens voor. Dus waarom zouden ze die moeite gaan doen, om dat alsnog ergens vast te gaan leggen? Die informatie kan ook nog eens concurrentiegevoelig zijn. Aan de andere kant: zo heel ingewikkeld hoeft het nou ook weer niet te zijn! Waarom zou de MKB’er niet kunnen bijhouden hoeveel liter brandstof er in een auto gaat, waaruit hij kan afleiden welke chauffeur zuinig rijdt en welke chauffeur de boel afcrosst? Daar wil ik overigens nog wel aan toevoegen dat het uiterst lastig is (en blijft) om bedrijven met elkaar te vergelijken; het blijft ‘appels met peren vergelijken’. In die zin is het vaak zinvoller om scherp te kijken hoe een bedrijf zichzelf door de tijd heeft ontwikkeld en welke stappen zijn gezet.’
Groenveld schakelt vervolgens nog even terug naar de frameworks: ‘Een framework is maar ‘een’ representatie van de werkelijkheid, met een bepaald doel. Het is daarom niet zozeer de wens om naar maar één enkel framework toe te gaan, misschien wel naar wat minder frameworks. Maar dat hangt van je doel af – en de vrager van informatie heeft daar de macht in. Zoals Paul Staal al aangaf: banken financieren op basis van bepaalde kenmerken, die willen bepaalde informatie weten. Je hebt dan dus wel een bepaald model – een bepaald framework (of een bepaalde taxonomie) – nodig, dat zo’n vragende partij in staat stelt om beslissingen daarop te nemen.’
Stroo Cloeck: ‘Oftewel, het framework van het IIRC is breed genoeg voor alle bedrijven om daar hun eigenheid in te kunnen brengen.’ De Jong: ‘Er zijn ook bedrijven die in hun jaarverslag rapporteren welke – en hoeveel – impact zij hebben gemaakt op de door hen geselecteerde Sustainable Development Goals (SDG’s). Maar wat zegt het als bedrijf A SDG 2, 3 en 4 nastreeft, terwijl bedrijf B focust op SDG 4, 5 en 6? Het gaat erom dat je moet weten welke afhankelijkheden er zijn, waar bedrijven de accenten leggen. Hoe vergelijk je dergelijke bedrijven met elkaar, heeft de ‘gemiddelde’ lezer van een jaarverslag genoeg kennis om die SDG’s te kunnen beoordelen?’ Stroo Cloeck voegt daaraan toe: ‘Tegelijkertijd blijft greenwashing een issue. Ter illustratie: je bent misschien wel blij als je leest dat een voedselproducent veel minder palmolie is gaan gebruiken, maar zoom even uit: vergeet niet dat die producent misschien de grootste palmoliegebruiker op onze planeet is!’
Stelling 4. De overheid gaat met haar milieumaatregelen te hard voor intermediairs om de impact voor het bedrijfsleven op de jaarrekening te kunnen bepalen
Alle aanwezigen zijn het erover eens dat de implementatie van nieuwe rapportages een proces van lange adem is. Staal: ‘Ik trek hier voor het gemak even de parallel met de SBR- bankentaxonomie, die redelijk dicht bij de financiële wereld zit. Daarbij ging het ook om een bredere gegevensset die gedefinieerd en gedragen moest gaan worden. Het duurde tien jaar om mensen hiervan te overtuigen, waarbij steeds de vraag terugkwam ‘wie gaat dat betalen?’. Persoonlijk denk ik dat het voor accountants heel moeilijk wordt als er niet met een paar drukken op de knop gerapporteerd kan worden. Met name wanneer ik zie hoeveel effort het al vraagt om iets als SBR Assurance omarmd te krijgen, terwijl dat toch echt geen rocket science is.’ Stroo Cloeck: ‘Voor de NBA spreekt het voor zich dat de accountant aan de slag gaat met duurzaamheidsrapportages.’
Tsang verzucht: ‘Ja, maar we vergeten met elkaar dat dit een transitie is, die maatschappelijk gewoon zo’n dertig jaar duurt. Je kunt ook niet zeggen: volgende week dinsdag om 15.15 uur gaan alle huishoudens van het gas af. Er zijn slimme interventies nodig; kleine stapjes, maar wel steeds in de goede richting. Het laat onverlet dat accountants wel achterlopen. Voor een deel komt dat ook doordat we te veel gefocust zijn op het financiële, waardoor we de wereld om ons heen niet meer zien.’ Wietsma: ‘Als ik zie hoe druk kantoren zijn, denk ik dat ze geen tijd hebben (en nemen) om het tussen de oren te krijgen. We moeten van reactief naar proactief. Duurzaamheid wordt wel als onderdeel meegenomen bij de aanvraag van grotere kredieten. Ook denk ik dat een tool als Fyndoo Planet, die Hilde de Jong ontwikkeld heeft, goede gespreksstof oplevert om met die ondernemer over dit onderwerp om tafel te gaan zitten.’ Maar helpt het nu ook wanneer je als bank een incentive neerlegt bij een goede Integrated Report? Staal: ‘Ja, we wegen milieu al mee; zo bestaat er de ING Groenbank, waar we groen mee financieren. Alleen: het grote publiek weet niet dat het gebeurt.’ Groenveld: ‘Ik zie het zo: als banken klimaatgerelateerde financiële risico’s gaan meewegen, gaat de markt zijn werk doen en is er minder overheidsbemoeienis nodig.’ Stroo Cloeck maakt de balans op: ‘Ik weet niet of we het hier nu met elkaar over eens zijn of niet, maar de stap van de keten is belangrijk! Bedrijven zullen last krijgen van maatregelen door druk vanuit hun keten. Daarbij zullen financiële instellingen misschien wel de partner zijn die de grootste druk uitoefent met financiering.’
Stelling 5. Accountants en intermediairs hebben een belangrijke rol bij de verantwoording van groene maatregelen
Tsang: ‘Op dit moment is het nog een trigger om je ermee te onderscheiden, maar over tien jaar doet iedereen het gewoon. De accountant vertegenwoordigt het maatschappelijk verkeer – en datzelfde maatschappelijk verkeer vindt dit nu heel belangrijk. Dus: kun je niet achterblijven en moet je dit gewoon doen. Accountants moeten die rol publiekelijk op zich nemen. En ook heel duidelijk: als iets oncontroleerbaar is, kun jij als accountant je rol niet spelen. Verder: zolang een kantoor in haar Integrated Report nog steeds zegt dat de CO2-uitstoot van de auto’s van haar partners niet meegenomen is… Kijk, als we daar nou eens mee stoppen, dan worden we zelf ook nog wat betrouwbaarder.’ Wietsma: ‘MKB-accountants willen hier wel wat mee, maar het moet eerst handen en voeten krijgen. En dat begint met awareness.’
Stelling 6. SBR moet een leidende rol krijgen in de milieurapportages, standaarddefinities zijn nodig
De Jong: ‘Hier zie ik wel een probleem; de circulaire economie heeft 114 definities, hoe gaan we dat doen?’ Staal: ‘Ik pak dan toch even het succes van de vastgoedtaxonomie erbij. Je krijgt het voor elkaar als je samenwerkt met partijen die voldoende macht hebben om dingen af te dwingen in de keten.’ Tsang: ‘Juist, de kracht van de keten bepaalt!’ Dit zie je overigens niet alleen bij een bedrijf als Campina, dat nu zo’n topmelklijn introduceert, maar bijvoorbeeld ook bij een bedrijf als McDonald’s, dat scherpe keuzes maakt op het gebied van productverpakkingen, afvalvermindering en foodleveranciers.
SBR-infrastructuur
Groenveld: ‘Je hebt wel de GRI-taxonomie, maar die is gericht op bedrijven die GRI toepassen, vaak de grote bedrijven. Het tijdperk van alleen maar ‘mensleesbaar’ uitwisselen is wel voorbij, het wordt ‘computerleesbaar’ uitwisselen. Overigens zegt dat niet dat alles daarmee per se in getallen moet worden uitgewisseld. Wel moeten we naar structured data voor gegevensuitwisseling; standaardisering van je gegevens, processen en technieken. Voorzitter Stroo Cloeck: ‘Dan is het toch onlogisch om iets anders te kiezen dan XBRL, we hebben daar toch de hele infrastructuur voor opgetuigd?’ Groenveld: ‘Ja, we moeten dit elektronisch gaan doen. En ja, we hebben al SBR, dus waarschijnlijk is dat de beste keuze. Het is immers al een bestaande stroom.’
Deze eerste rondetafelsessie ‘Groen en non-financial reporting’ krijgt in 2019 vervolg. In wisselende samenstelling zullen accountants, vertegenwoordigers vanuit financiële instellingen, ondernemers en overige betrokkenen de dialoog hierover met elkaar voortzetten. Daarbij wordt steeds een specifiek thema of uitgelichte branche c.q. doelgroep als vertrekpunt genomen.
Geef een reactie