Kan een accountantskantoor worden aangemerkt als een bedrijf met een lokaal vestigingsgebied? Om die vraag draaide het onlangs bij de rechtbank Midden-Nederland. De buurman van een accountantskantoor in de gemeente Oudewater vocht daar de omgevingsvergunning voor de bouw van een nieuw bedrijfsgebouw aan die de gemeente had verleend. De rechtbank oordeelt echter dat de zelfstandige kantoorfunctie niet in strijd is met de Provinciale Ruimtelijke Verordening en dat het bouwplan ruimtelijk aanvaardbaar is. Uit de uitspraak komt naar voren dat het om de Avant groep gaat, dat het bedrijfsgebouw huurt.
Buurman bang voor nadelige gevolgen
Aan de ontwikkelaar van het Avant-pand werd door de gemeente op 12 november 2020 een omgevingsvergunning verleend voor de bouw van een nieuw bedrijfsgebouw op een bedrijventerrein in Oudewater. De eigenaar van een tegenovergelegen perceel vreest echter dat de gebruikers van zijn pand nadelige gevolgen zullen gaan ondervinden van het bouwplan. Daarom stelde hij beroep in tegen de verleende omgevingsvergunning en de verklaring van geen bedenkingen (vvgb) die de gemeenteraad van Oudewater afgaf.
Uitzonderingssituatie voor zelfstandige kantoren met lokaal vestigingsgebied?
De buurman van het accountantskantoor voerde aan dat het bouwplan voor zover dat voorziet in een zelfstandige kantoorfunctie in strijd is met artikel 4.3 van de Provinciale Ruimtelijke Verordening (PRV). Op grond van het tweede en derde lid van dit artikel is het weliswaar in bepaalde situaties mogelijk om nieuwvesting van een zelfstandig kantoor toe te staan, maar de daarin vermelde uitzonderingssituaties zijn volgens de buurman niet aan de orde.
In een tussenuitspraak oordeelde de rechtbank onder meer dat het besluit van de gemeente onvoldoende onderbouwd was. De gemeente kreeg een herstelmogelijkheid. Om het gebrek te herstellen moest de gemeente toereikend motiveren waarom het bouwplan, voor zover dat voorziet in een zelfstandige kantoorfunctie, voldoet aan de uitzonderingssituatie uit artikel 4.3, tweede lid, aanhef en onder a en/of c, van de PRV. Daarin wordt een uitzondering gemaakt voor:
a. zelfstandige kantoren met een lokaal vestigingsgebied, oftewel zelfstandige kantoren waarvan de activiteiten in hoofdzaak een aan de gemeente gebonden karakter hebben of gebonden zijn aan één specifieke locatie, voor zover deze niet gevestigd kunnen worden in gerealiseerde gebouwen of binnen plancapaciteit op basis van het vigerende planologische regime, of;
(…)
c. transformatie naar zelfstandige kantoren tot een maximum bvo van 1.500 m2 per gebouw;
Einduitspraak
Het gebouw is inmiddels al gerealiseerd en bestaat uit twee verdiepingen. Op de begane grond zijn bedrijfshallen aanwezig en op de eerste verdieping zelfstandige kantoorruimte. Toch buigt de rechtbank zich in een einduitspraak over de vraag of het gebrek is hersteld.
In de aanvullende motivering stelt het college dat sprake is van de uitzonderingssituatie uit artikel 4.3, tweede lid, aanhef en onder a, van de PRV. Daartoe zet het college uiteen dat de activiteiten van huurder Avant in hoofdzaak zijn gericht op Oudewater en daardoor kunnen worden aangemerkt als een zelfstandig kantoor met een lokaal vestigingsgebied. Volgens het college zijn er voor Avant geen vestigingsmogelijkheden in al gerealiseerde gebouwen of binnen plancapaciteit op basis van het geldende planologische regime. Tot slot motiveert het college dat de ontwikkeling voldoet aan de ladder voor duurzame verstedelijking.
In de toelichting bij artikel 4.3, tweede lid, aanhef en onder a, van de PRV staat het volgende staat:
Bij een kantoor met een lokaal vestigingsgebied kan gedacht worden aan stadskantoren, lokaal gebonden makelaarskantoren en haven- en veilinggebonden kantoren. Nieuwvestiging van een kantoor is enkel toegestaan indien er geen vestigingsmogelijkheden zijn in gerealiseerde kantoren en er geen bestaande, geschikte plancapaciteit is in de gemeente. In het geval dat er vestigingsmogelijkheid is in bestaande gebouwen, hoeft bij eventuele herbestemming geen rekening gehouden te worden met een maximaal bruto vloeroppervlakte van 1.500 m2 zoals genoemd onder c. De voorwaarden gesteld in dit lid nemen niet weg dat conform het Besluit ruimtelijke ordening de zogenaamde “duurzame verstedelijkingsladder” moeten worden toegepast.
Buurman: accountantskantoor kan ook buiten vestigingsgebied opereren
De buurman betwist dat het om een bedrijf met een lokaal vestigingsgebied gaat. Een accountantskantoor kan, anders dan stadskantoren, makelaarskantoren en haven- en veilinggebonden kantoren, ook buiten het vestigingsgebied opereren. Voor Avant bestaat geen noodzaak om in Oudewater gevestigd te zijn. Dat het merendeel van het personeel en de cliënten afkomstig zijn uit Oudewater en dat het bedrijf een maatschappelijke binding met Oudewater heeft, vindt de buurman onvoldoende.
Oordeel rechtbank
De rechtbank overweegt dat het standpunt van de buurman erop neer komt dat objectief beoordeeld moet worden of een bedrijf gelet op aard van de activiteiten aangemerkt kan worden als bedrijf met een lokaal vestigingsgebied. Het college en de raad vinden dit een te enge interpretatie en menen dat een ruimere uitleg mogelijk is in die zin dat ook bedrijven die feitelijk activiteiten verrichten die in hoofdzaak een aan een gemeente gebonden karakter hebben daaronder kunnen vallen. De rechtbank is van oordeel dat het college en de raad met deze uitleg binnen hun beleidsruimte zijn gebleven en in redelijkheid hebben kunnen stellen dat Avant een kantoor met een lokaal vestigingsgebied is. Zij hebben bij de beoordeling mogen betrekken dat Avant al 75 jaar in Oudewater is gevestigd en daarmee volledig in Oudewater is geworteld. Dat blijkt ook uit de klandizie: het cliëntenbestand bestaat tussen de 60 en 70% uit bedrijven en particulieren uit of rondom Oudewater en meer dan 50% van de bedrijven die op het bedrijventerrein zijn gevestigd zijn klant bij Avant. Op de zitting heeft [xxx] van Avant het belang om in Oudewater gevestigd te zijn toegelicht. Het opgebouwde Ouderwaterse netwerk is cruciaal om klanten binnen te halen, omdat vertrouwen in het accountantsvak belangrijk is. Verder is het zo dat veel werknemers van Avant in Oudewater wonen en veelal op de fiets naar het werk komen. Avant huurt één van de bedrijfshallen op de begane grond voor het opladen en stallen van (elektrische) fietsen.
Vestiging elders mogelijk?
Omdat een nieuw zelfstandig kantoor op grond van de PRV verder alleen is toegestaan als er geen vestigingsmogelijkheden zijn in gerealiseerde kantoren en geen bestaande plancapaciteit beschikbaar is, moet vervolgens de vraag beantwoord worden of Avant gevestigd kan worden in al gerealiseerde gebouwen of binnen bestaande plancapaciteit. De rechtbank volgt het college in zijn standpunt dat er voor het accountantskantoor geen vestigingsmogelijkheden in gerealiseerde kantoren waren. Naar het oordeel van de rechtbank heeft het college voldoende onderbouwd dat geen kantoorgebouwen met voldoende oppervlakte beschikbaar waren.
Conclusie
De rechtbank komt uiteindelijk tot het oordeel dat het gebrek is hersteld. Het bouwplan is niet in strijd met de PRV. Ook de overige beroepsgronden van de buurman slagen niet. Omdat het college in reactie op de tussenuitspraak het gebrek heeft hersteld en de overige beroepsgronden niet slagen, laat de rechtbank de rechtsgevolgen van het bestreden besluit in stand. Dat betekent dat gebruik mag worden gemaakt van de omgevingsvergunning.
Geef een reactie