Een RA is door de Accountantskamer berispt voor het opstellen van een schade-expertiserapport voor een verzekeraar. Dat rapport mist deugdelijke onderbouwing; bovendien heeft de RA ten onrechte gedacht dat de beroepsregels op zijn werk als schade-expert niet van toepassing waren.
Een bouwbedrijf kreeg in 2008 een bouwvergunning van een gemeente, maar daar was niet iedereen het mee eens. Na diverse bestuursrechtelijke procedures is de bouwvergunning pas eind 2014 onherroepelijk geworden. Het bedrijf startte een procedure tegen de gemeente: het wilde vergoeding van de geleden (vertragings)schade. Het betreffende besluit uit 2008 was onrechtmatig, omdat aan de bouwvergunning een gebrek bleek te kleven. De rechter kende de eis toe. De schade is begroot op € 1.719.104.
Schadebegroting voor verzekeraar
De verzekeraar van de gemeente liet op haar beurt de schade begroten in een expertiserapport en schakelde daarvoor de RA in. Die concludeerde dat er geen onafhankelijk bureau is ingeschakeld voor de schadebegroting en dat de berekening niet deugt. Hij stelde de maximale vertragingsschade op € 239.575.
Geen deugdelijke grondslag
Het bouwbedrijf stapt naar de Accountantskamer. De RA heeft niet vermeld volgens welke vaktechnische regels hij het expertiserapport, dat volgens de klager een assurancerapport betreft, heeft opgesteld, welke informatie hij heeft gebruikt, welke werkzaamheden hij heeft verricht en of en hoe hij hoor en wederhoor heeft toegepast, zo luidt de klacht. De kritiek, het expertisewerk en de assurance missen een deugdelijke grondslag.
WAB geldt ook voor expertisewerk
Het verweer van de RA dat zijn expertisewerk geen accountantswerk is, vindt geen gehoor bij de tuchtrechter. De WAB is van toepassing op ‘in ieder geval alle handelingen die een accountant in een door hem feitelijk uitgeoefend beroep verricht’. ‘Ook handelingen van een accountant in het kader van zijn werkzaamheden als schade-expert vallen dus onder het bereik van het tuchtrecht.’ De RA heeft onder meer kosten, rendementen en prijzen vastgesteld en/of toegerekend, rekenkundige analyses gemaakt en de balans beoordeeld. ‘Voor deze werkzaamheden wordt (of kan) vakbekwaamheid als accountant (worden) aangewend waardoor deze kwalificeren als professionele dienst als bedoeld in artikel 1 VGBA.’
Werkzaamheden niet duidelijk
De RA had duidelijker moeten zijn over de kaders waarbinnen hij zijn expertisewerk uitvoerde, is de Accountantskamer het met de klager eens. ‘Vastgesteld moet worden dat betrokkene in het expertiserapport niet duidelijk heeft gemaakt volgens welke set van regels betrokkene zijn werkzaamheden heeft uitgevoerd, niet heeft vermeld al dan niet assurance te willen verlenen en niet dan slechts in algemene bewoordingen duidelijk heeft gemaakt welke informatie hij heeft gebruikt. Voorts heeft betrokkene zich in het rapport weliswaar geïntroduceerd als onafhankelijk deskundige maar heeft hij er geen blijk van gegeven te hebben gehandeld vanuit een onafhankelijke opstelling. Hij heeft zijn conclusies immers louter gebaseerd op van zijn opdrachtgever verkregen informatie.’
Geen wederhoor
Wederhoor plegen is op verzoek van de opdrachtgever achterwege gebleven. ‘Van betrokkene had verwacht mogen worden dat hij hiervan in zijn rapportage melding had gemaakt en daarin zou hebben aangegeven waarom hij toch meende tot een objectieve, vakbekwame en zorgvuldige rapportage te zijn gekomen.’
Schade slecht onderbouwd
Dat de RA ten onrechte assurance heeft verleend ten aanzien van de door hem in het rapport opgenomen oordelen, is niet aannemelijk geworden. Maar de Accountantskamer is het wel met het bouwbedrijf eens dat het rapport een deugdelijke grondslag ontbeert. Zo heeft de RA diverse kosten zonder onderbouwing weggelaten uit de berekening. Het expertiserapport mist daardoor een deugdelijke grondslag voor de gevolgtrekking dat de in eerdere inschatting van de vertragingsschade niet juist is opgebouwd, niet is onderbouwd en uitgaat van onjuiste uitgangspunten. ‘Hierdoor heeft betrokkene gehandeld in strijd met het fundamentele beginsel van vakbekwaamheid en zorgvuldigheid.’
Veel te partijdige rapportage
De Accountantskamer merkt op dat zich vooral hier wreekt dat de RA bij zijn expertisewerk geen hoor en wederhoor heeft toegepast. ‘Dat heeft naar haar oordeel geleid tot een veel te partijdige rapportage die een accountant in het kader van de door hem toe te passen fundamentele beginselen niet past, en een accountant die heeft toegezegd onafhankelijk te zullen rapporteren, nog minder.’ Met het opvragen van informatie bij het bouwbedrijf had hij de rapportage van een deugdelijke conclusie kunnen voorzien.
Kritiek mist basis
Ook de kritiek op de eerste schadeberekening mist onderbouwing, oordeelt de Accountantskamer tot slot. ‘Voorts getuigt het op een dergelijke wijze zonder nader onderzoek afwijzen van een rapportage van een beroepsgenoot zozeer van een partijdige houding dat betrokkene daarmee als accountant ook het fundamentele beginsel van objectiviteit heeft geschonden, laat staan dat hij daarmee blijk heeft gegeven van de in zijn rapportage vermelde onafhankelijke houding.’
Algemeen belang niet gediend
De RA krijgt de maatregel van berisping opgelegd. Grondslag daarvoor vormen de schendingen van de fundamentele beginselen van vakbekwaamheid en zorgvuldigheid en objectiviteit. ‘Daardoor heeft betrokkene tevens aangetoond onvoldoende te beseffen dat hij als accountant in onderhavige zaak niet alleen het belang van zijn opdrachtgever maar ook het algemeen belang had te dienen, zulks mede gelet op de toegevoegde waarde die in het maatschappelijk verkeer aan een accountantsrapport in een gerechtelijke procedure moet kunnen worden toegekend. Voorts is van de door betrokkene toegezegde onafhankelijke houding onvoldoende gebleken.’
Uitspraak: 17/1230 Wtra
Geef een reactie