Gepensioneerden hebben drie mogelijkheden om te voorkomen dat zij – meestal als sprake is van meerdere pensioenuitkeringen – achteraf met een aanslag inkomstenbelasting worden geconfronteerd. Staatssecretaris Vijlbrief (Financiën) licht ze in een brief aan de Tweede Kamer toe.
De vaste commissie voor Financiën had aan Vijlbrief gevraagd een reactie te geven op een anonieme briefschrijver die aangaf dat bij (alleenstaande) ouderen vaak een verschil ontstaat tussen de ingehouden en afgedragen loonheffing en de verschuldigde inkomstenbelasting. Zij krijgen dan te maken met een aanslag. ‘Als sprake is van meerdere inhoudingsplichtigen ontstaat in sommige situaties een verschil tussen de in totaal afgedragen loonheffing en de daadwerkelijk verschuldigde inkomstenbelasting. Dat komt doordat inhoudingsplichtigen in principe alleen rekening kunnen houden met het door henzelf verstrekte inkomen. De belastingplichtige heeft wel zelf een aantal mogelijkheden om genoemd verschil te verkleinen.’
Voorlopige aanslag meest accuraat
Vijlbrief geeft aan dat het fenomeen verklaarbaar is omdat inhoudingsplichtigen alleen rekening kunnen houden met het door henzelf te verstrekken bruto-inkomen. Zijn er meerdere inhoudingsplichtigen, dan kan er een verschil ontstaan tussen de in beginsel afgedragen loonheffing en de daadwerkelijk verschuldigde inkomstenbelasting. De staatssecretaris geeft drie mogelijkheden om dat te voorkomen:
- Een voorlopige aanslag inkomstenbelasting aanvragen. Dat is meest accurate manier om aanslagen achteraf te voorkomen.
- De loonheffingskorting zoals de ouderenkorting bij geen enkele inhoudingsplichtige laten toepassen. ‘De heffingskortingen kunnen na afloop van het kalenderjaar alsnog worden geclaimd bij het indienen van de aangifte inkomstenbelasting. Dit leidt er in de meeste gevallen toe dat bij de aangifte inkomstenbelasting geen belasting meer verschuldigd is.’
- De belastingplichtige kan de inhoudingsplichtige verzoeken een hoger tarief in te houden en af te dragen aan de Belastingdienst dan de loonbelastingtabel voorschrijft. ‘Hiervoor is echter ook de welwillendheid van de inhoudingsplichtige benodigd, deze is namelijk niet verplicht aan het verzoek van de belastingplichtige te voldoen. De Belastingdienst heeft goedgekeurd dat een inhoudingsplichtige op verzoek van een belastingplichtige meer loonbelasting en premie volksverzekering mag inhouden dan de toepasselijke loonbelastingtabel voorschrijft. Deze goedkeuring is juist verleend om belastingplichtigen de mogelijkheid te bieden de loonbelasting en premie volksverzekeringen beter te laten aansluiten bij de aanslag inkomstenbelasting en premie volksverzekeringen.’
Omdat deze opties bij veel pensioengerechtigden niet bekend is, wil Vijlbrief stappen nemen om de communicatie erover te verbeteren.
Martien Hermans zegt
Dit zijn over het algemeen mensen met naast AOW ook een ruim aanvullend pensioen waardoor een deel van hun inkomen belast wordt in de hoogste schijf IB. Daarnaast vaak ook nog wel box 3 vermogen. Een beetje zoeken en ze hebben de oplossing gevonden. Kortom, gewoon gezeur van een anonieme briefschrijver die het vervelend vindt belasting te moeten betalen en ook geen geld over heeft voor een goede adviseur.
Arie van Esch zegt
Dit komt omdat de belastingdienst in de tabellen die pensioenfondsen moet hanteren voor de loonheffing in de kolommen voor mensen met AOW geen / onvoldoende rekening wordt gehouden met juist die AOW. De problemen worden hierdoor volkomen ten onrechte doorgeschoven naar de gepensioneerden. Aktie voor belastingdienst niet voor gepensioneerden.